Personen met een uitkering; soort uitkering, wijken en buurten 2020

Personen met een uitkering; soort uitkering, wijken en buurten 2020

Wijken en buurten Perioden Regioaanduiding Gemeentenaam (naam) Personen per soort uitkering Werkloosheidsuitkering (aantal) Personen per soort uitkering Bijstandsuitkering (aantal) Personen per soort uitkering Arbeidsongeschiktheidsuitkering (aantal) Personen per soort uitkering AOW-uitkering (aantal) Personen per soort uitkering, relatief Werkloosheidsuitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Personen per soort uitkering, relatief Bijstandsuitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Personen per soort uitkering, relatief Arbeidsongeschiktheidsuitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Personen per soort uitkering, relatief AOW-uitkering (% van het aantal inwoners vanaf 15 jaar) Inwoners Inwoners vanaf 15 jaar (aantal) Inwoners Inwoners vanaf 15 jr tot AOW-leeftijd (aantal) Inwoners Inwoners vanaf de AOW-leeftijd (aantal)
West-Graftdijk 2020 maart Alkmaar 10 0 30 190 1 1 5 27 690 500 190
West-Graftdijk 2020 juni Alkmaar 10 10 30 180 1 1 5 27 680 490 180
West-Graftdijk 2020 september Alkmaar 10 10 30 180 1 1 5 27 680 490 180
West-Graftdijk 2020 december Alkmaar 10 0 40 190 2 1 5 27 680 490 190
Oost-Graftdijk 2020 maart Alkmaar 0 0 0 40 0 1 2 26 140 100 40
Oost-Graftdijk 2020 juni Alkmaar 0 0 0 40 1 1 2 27 140 100 40
Oost-Graftdijk 2020 september Alkmaar 0 0 0 40 1 1 2 27 140 100 40
Oost-Graftdijk 2020 december Alkmaar 0 0 0 40 1 1 2 27 140 100 40
West-Indiëkwartier 2020 maart Hilversum 0 0 0 60 2 1 1 28 210 160 60
West-Indiëkwartier 2020 juni Hilversum 0 0 0 60 2 1 1 28 210 150 60
West-Indiëkwartier 2020 september Hilversum 0 0 0 60 2 1 1 26 220 160 60
West-Indiëkwartier 2020 december Hilversum 0 0 0 60 2 0 1 25 220 170 60
Buitenhof-Oost-Zuid 2020 maart Leiderdorp 20 40 90 570 1 2 5 33 1.750 1.180 570
Buitenhof-Oost-Zuid 2020 juni Leiderdorp 30 50 80 570 2 3 5 33 1.750 1.180 570
Buitenhof-Oost-Zuid 2020 september Leiderdorp 20 40 80 570 1 2 5 33 1.740 1.170 570
Buitenhof-Oost-Zuid 2020 december Leiderdorp 20 40 90 570 1 2 5 33 1.740 1.170 570
Oost-Loon 2020 maart Loon op Zand 0 0 0 60 1 0 2 24 230 170 60
Oost-Loon 2020 juni Loon op Zand 0 0 0 60 1 0 2 24 240 180 60
Oost-Loon 2020 september Loon op Zand 0 0 0 50 0 0 2 21 250 200 50
Oost-Loon 2020 december Loon op Zand 0 0 10 50 0 0 2 20 260 200 50
Wijk 02 Middelbeers en Westelbeers 2020 maart Oirschot 40 20 90 730 1 1 3 23 3.220 2.490 730
Wijk 02 Middelbeers en Westelbeers 2020 juni Oirschot 40 20 90 730 1 1 3 23 3.240 2.510 730
Wijk 02 Middelbeers en Westelbeers 2020 september Oirschot 40 20 90 750 1 1 3 23 3.240 2.500 750
Wijk 02 Middelbeers en Westelbeers 2020 december Oirschot 50 20 90 750 1 1 3 23 3.230 2.480 750
Middelbeers 2020 maart Oirschot 30 20 80 580 1 1 3 24 2.390 1.810 580
Middelbeers 2020 juni Oirschot 30 20 70 580 1 1 3 24 2.410 1.820 580
Middelbeers 2020 september Oirschot 30 20 70 590 1 1 3 25 2.410 1.820 590
Middelbeers 2020 december Oirschot 30 20 80 590 1 1 3 25 2.400 1.810 590
Verspreide huizen Middelbeers 2020 maart Oirschot 10 0 10 100 1 0 1 17 570 470 100
Verspreide huizen Middelbeers 2020 juni Oirschot 10 0 10 100 2 0 1 17 570 470 100
Verspreide huizen Middelbeers 2020 september Oirschot 10 0 10 100 2 0 1 17 570 470 100
Verspreide huizen Middelbeers 2020 december Oirschot 10 0 10 100 2 0 1 17 560 460 100
't Zand-West- en -Zuid 2020 maart Schagen 20 10 30 190 2 2 4 26 720 540 190
't Zand-West- en -Zuid 2020 juni Schagen 10 10 30 190 2 2 3 26 730 540 190
't Zand-West- en -Zuid 2020 september Schagen 10 10 30 190 1 2 4 27 720 530 190
't Zand-West- en -Zuid 2020 december Schagen 10 10 30 190 1 2 4 27 730 530 190
Bedrijventerrein Noordoost-Kwadrant 2020 maart Sliedrecht . . . . . . . . 0 0 0
Bedrijventerrein Noordoost-Kwadrant 2020 juni Sliedrecht . . . . . . . . 0 0 0
Bedrijventerrein Noordoost-Kwadrant 2020 september Sliedrecht . . . . . . . . 0 0 0
Bedrijventerrein Noordoost-Kwadrant 2020 december Sliedrecht . . . . . . . . 0 0 0
Súdwest-Fryslân 2020 maart Súdwest-Fryslân 1.240 2.270 3.000 18.800 2 3 4 25 75.560 56.720 18.840
Súdwest-Fryslân 2020 juni Súdwest-Fryslân 1.240 2.310 3.000 18.910 2 3 4 25 75.680 56.730 18.950
Súdwest-Fryslân 2020 september Súdwest-Fryslân 1.140 2.280 3.000 19.050 2 3 4 25 75.730 56.640 19.090
Súdwest-Fryslân 2020 december Súdwest-Fryslân 1.230 2.290 3.040 19.120 2 3 4 25 75.860 56.700 19.160
Wijk 00 West-Terschelling 2020 maart Terschelling 30 10 40 600 2 0 2 26 2.290 1.690 600
Wijk 00 West-Terschelling 2020 juni Terschelling 30 10 40 600 2 0 2 27 2.250 1.650 600
Wijk 00 West-Terschelling 2020 september Terschelling 20 10 30 600 1 0 1 26 2.310 1.710 600
Wijk 00 West-Terschelling 2020 december Terschelling 30 10 30 610 1 0 1 26 2.290 1.690 610
West-Terschelling 2020 maart Terschelling 30 10 30 590 2 0 2 27 2.230 1.630 590
West-Terschelling 2020 juni Terschelling 30 10 30 590 2 0 2 27 2.190 1.590 590
West-Terschelling 2020 september Terschelling 20 10 30 600 1 0 1 27 2.250 1.650 600
West-Terschelling 2020 december Terschelling 30 10 30 600 1 0 1 27 2.230 1.630 600
Verspreide huizen West-Terschelling 2020 maart Terschelling 0 0 0 10 2 0 3 11 70 60 10
Verspreide huizen West-Terschelling 2020 juni Terschelling 0 0 0 10 0 0 2 13 60 50 10
Verspreide huizen West-Terschelling 2020 september Terschelling 0 0 0 10 0 0 2 13 60 50 10
Verspreide huizen West-Terschelling 2020 december Terschelling 0 0 0 10 3 0 2 9 70 60 10
West-Indische buurt 2020 maart Velsen 10 0 30 150 2 1 5 25 580 440 150
West-Indische buurt 2020 juni Velsen 10 0 30 150 1 1 5 25 580 440 150
West-Indische buurt 2020 september Velsen 10 0 30 150 2 0 5 25 590 440 150
West-Indische buurt 2020 december Velsen 10 0 30 150 2 0 5 25 590 440 150
Wijk 13 Venlo-Oost-Noord 2020 maart Venlo 210 120 270 2.200 2 1 3 26 8.550 6.340 2.220
Wijk 13 Venlo-Oost-Noord 2020 juni Venlo 210 120 260 2.220 2 1 3 26 8.570 6.340 2.240
Wijk 13 Venlo-Oost-Noord 2020 september Venlo 200 110 260 2.230 2 1 3 26 8.540 6.300 2.240
Wijk 13 Venlo-Oost-Noord 2020 december Venlo 180 110 250 2.240 2 1 3 26 8.590 6.340 2.250
Wijk 15 Venlo-Oost-Zuid 2020 maart Venlo 110 340 380 950 2 7 8 20 4.740 3.780 960
Wijk 15 Venlo-Oost-Zuid 2020 juni Venlo 130 350 380 940 3 7 8 20 4.770 3.820 950
Wijk 15 Venlo-Oost-Zuid 2020 september Venlo 120 340 380 960 3 7 8 20 4.790 3.830 960
Wijk 15 Venlo-Oost-Zuid 2020 december Venlo 120 340 380 950 2 7 8 20 4.800 3.840 960
Oost-Vlieland 2020 maart Vlieland 20 10 30 200 2 1 3 20 980 780 200
Oost-Vlieland 2020 juni Vlieland 20 10 30 200 2 1 3 20 990 790 200
Oost-Vlieland 2020 september Vlieland 10 10 30 200 1 1 3 19 1.020 830 200
Oost-Vlieland 2020 december Vlieland 10 10 30 200 1 1 3 20 1.020 820 200
West-Souburg 2020 maart Vlissingen 20 0 70 350 1 0 5 23 1.490 1.140 350
West-Souburg 2020 juni Vlissingen 30 0 70 360 2 0 4 24 1.510 1.150 360
West-Souburg 2020 september Vlissingen 30 10 70 370 2 0 5 23 1.560 1.200 370
West-Souburg 2020 december Vlissingen 20 10 70 370 1 0 4 23 1.610 1.250 370
Oost-Souburg 2020 maart Vlissingen 150 230 370 2.160 2 3 4 25 8.500 6.330 2.170
Oost-Souburg 2020 juni Vlissingen 170 240 370 2.180 2 3 4 26 8.520 6.330 2.190
Oost-Souburg 2020 september Vlissingen 130 240 370 2.210 2 3 4 26 8.520 6.300 2.220
Oost-Souburg 2020 december Vlissingen 140 250 370 2.240 2 3 4 26 8.530 6.280 2.250
Kern Oost-Souburg West 2020 maart Vlissingen 40 40 90 460 2 3 5 26 1.800 1.340 460
Kern Oost-Souburg West 2020 juni Vlissingen 40 40 90 460 2 3 5 26 1.790 1.320 460
Kern Oost-Souburg West 2020 september Vlissingen 30 50 90 470 2 3 5 26 1.790 1.320 470
Kern Oost-Souburg West 2020 december Vlissingen 30 50 90 470 1 3 5 26 1.800 1.320 470
Landelijk gebied Oost-Souburg 2020 maart Vlissingen . . . . . . . . 10 10 0
Landelijk gebied Oost-Souburg 2020 juni Vlissingen . . . . . . . . 10 10 0
Landelijk gebied Oost-Souburg 2020 september Vlissingen . . . . . . . . 10 0 0
Landelijk gebied Oost-Souburg 2020 december Vlissingen . . . . . . . . 10 0 10
Kern Oost-Souburg Oost 2020 maart Vlissingen 40 40 60 410 2 3 5 29 1.430 1.020 410
Kern Oost-Souburg Oost 2020 juni Vlissingen 30 40 70 420 2 3 5 29 1.440 1.030 420
Kern Oost-Souburg Oost 2020 september Vlissingen 30 40 70 430 2 3 5 29 1.460 1.030 430
Kern Oost-Souburg Oost 2020 december Vlissingen 30 40 70 430 2 3 5 30 1.460 1.020 430
Bedrijventerrein Oost-Souburg Oost 2020 maart Vlissingen . . . . . . . . 10 10 0
Bedrijventerrein Oost-Souburg Oost 2020 juni Vlissingen . . . . . . . . 10 10 0
Bedrijventerrein Oost-Souburg Oost 2020 september Vlissingen . . . . . . . . 10 10 0
Bedrijventerrein Oost-Souburg Oost 2020 december Vlissingen . . . . . . . . 10 10 0
Bedrijventerrein Oost-Souburg West 2020 maart Vlissingen . . . . . . . . 0 0 0
Bedrijventerrein Oost-Souburg West 2020 juni Vlissingen . . . . . . . . 0 0 0
Bedrijventerrein Oost-Souburg West 2020 september Vlissingen . . . . . . . . 0 0 0
Bedrijventerrein Oost-Souburg West 2020 december Vlissingen . . . . . . . . 0 0 0
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over het aantal personen met een sociale zekerheidsuitkering per gemeente, wijk en buurt (indeling 2020). Het betreft de personen met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, ouderdom en bijstand.
Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee uitkeringen op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)) of twee uitkeringen van verschillende soort (zoals een uitkering op grond van de Werkloosheidswet en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld, in het eerste geval slechts één keer (bij de WAO).
Bij de categorie personen met een uitkering (totaal) wordt de persoon uiteraard ook maar één keer geteld.

De cijfers over aantallen personen met een uitkering per buurt, wijk of gemeente kunnen in geringe mate afwijken van elders op StatLine gepubliceerde cijfers, doordat gebruik wordt gemaakt van de meest recente gegevens uit de Basisregistratie Personen (BRP). Omdat verschillende StatLine-tabellen op verschillende momenten geactualiseerd worden, kan het voorkomen dat voor de ene tabel een andere versie van de BRP wordt gebruikt dan voor een andere tabel. De laatst gepubliceerde cijfers zijn in dat geval het meest accuraat.
De cijfers hebben betrekking op de laatste dag van de verslagmaand.

Gegevens beschikbaar vanaf: maart 2020.

Status van de cijfers:
De cijfers van 2020 zijn definitief.

Wijzigingen per: 24 februari 2023
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Regioaanduiding
De gemeenten in Nederland zijn onderverdeeld in wijken en buurten. Buurten vormen het laagste regionale niveau. Wijken zijn optellingen van één of meer aaneengesloten buurten. De gemeente bepaalt zelf de indeling in wijken en buurten. Het CBS coördineert landelijk deze indeling.

Wijk:
Onderdeel van een gemeente waarin een bepaalde vorm van bodemgebruik of bebouwing overheerst. Bijvoorbeeld: industriegebied, woongebied met hoogbouw of laagbouw. Een wijk bestaat uit één of meerdere buurten.

Buurt:
Onderdeel van een gemeente, dat vanuit bebouwingsoogpunt of sociaaleconomische structuur homogeen is afgebakend. Homogeen wil zeggen dat één functie dominant is, bijvoorbeeld woonfunctie (woongebied), werkfunctie (industriegebied) of recreatieve functie (natuurgebied). Functies kunnen echter ook gemengd voorkomen.
Gemeentenaam
De naam van de bestuurlijke gemeente. Deze naam volgt de officiële schrijfwijze.
Personen per soort uitkering
Het aantal personen dat een sociale zekerheidsuitkering ontvangt uitgesplitst naar de soort uitkering.
Het gaat hier om werkloosheidsuitkeringen, bijstandsuitkeringen, arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en ouderdomsuitkeringen.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard ook maar één keer geteld.

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2025 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar.

Na 2025 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.
Werkloosheidsuitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Werkloosheidswet (WW).
Bijstandsuitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Participatiewet (PW).
Personen met een uitkering die verblijven in een instelling, de elders verzorgden, zijn niet inbegrepen. Ook dak- en thuislozen met bijstand zijn niet inbegrepen.

Participatiewet
De Participatiewet vervangt sinds 1 januari 2015 de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong).
Arbeidsongeschiktheidsuitkering
Het aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ), de Wet werk en Inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong).

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.
AOW-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Algemene ouderdomswet (AOW).

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2025 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar.

Na 2025 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.
Personen per soort uitkering, relatief
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Werkloosheidwet, Bijstandswet, Arbeidsongeschiktheidswet en de Algemene Ouderdomswet in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder per regio.

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2025 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar.

Na 2025 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.
Werkloosheidsuitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Werkloosheidswet (WW) in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.
Bijstandsuitkering
Het aantal personen dat een bijstandsuitkering in het kader van de Participatiewet (PW) ontvangt in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.
Personen met een uitkering die verblijven in een instelling, de elders verzorgden, zijn niet inbegrepen. Ook dak- en thuislozen met bijstand zijn niet inbegrepen.

Participatiewet
De Participatiewet vervangt per 1 januari 2015 de WWB, de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een deel van de Wet Wajong.
De Participatiewet komt vrijwel overeen met de WWB, maar nog sterker wordt de nadruk gelegd op participatie aan het arbeidsproces.
Personen die door lichamelijke, verstandelijke of psychische aandoeningen alleen onder aangepaste omstandigheden kunnen werken vallen vanaf 1 januari 2015 onder de Participatiewet en niet meer onder de Wsw.
Ook jonggehandicapten die nog kunnen werken vallen vanaf die datum onder de Participatiewet en niet meer onder de Wet Wajong.
Arbeidsongeschiktheidsuitkering
Het aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ), de Wet werk en Inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong) in procenten van het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.

Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.
AOW-uitkering
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Algemene ouderdomswet (AOW).

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2025 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar.

Na 2025 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.
Inwoners
Het aantal inwoners van een gemeente, wijk en buurt.

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2025 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar.

Na 2025 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.
Inwoners vanaf 15 jaar
Het aantal inwoners van 15 jaar en ouder.
Inwoners vanaf 15 jr tot AOW-leeftijd
Het aantal inwoners vanaf 15 jaar tot de AOW-leeftijd.

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2025 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar.

Na 2025 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.
Inwoners vanaf de AOW-leeftijd
Het aantal inwoners vanaf de AOW-leeftijd.

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2025 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024-2027: 67 jaar.

Na 2025 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.