Vermogen van huishoudens; huishoudenskenmerken, vermogensbestanddelen

Bekijk volledige tabel Download volledige dataset Toon toelichting
Kenmerken van huishoudens Vermogensbestanddelen Particuliere huishoudens (x 1 000) Totaal vermogen (mld euro) Gemiddeld vermogen (1 000 euro) Mediaan vermogen (1 000 euro)
Particuliere huishoudens 2 Schulden 6.013,7 1.015,3 168,8 108,1
2.2 Studieschulden 1.389,2 28,8 20,7 11,8
2.3 Schulden, overig 4.113,7 179,0 43,5 0,9
Type: Eenpersoonshuishouden 2 Schulden 1.815,1 169,4 93,3 33,7
2.2 Studieschulden 438,6 9,8 22,3 15,6
2.3 Schulden, overig 1.138,8 34,5 30,3 0,7
Type: Meerpersoonshuishouden 2 Schulden 4.198,6 845,9 201,5 147,1
2.2 Studieschulden 950,6 19,0 20,0 10,2
2.3 Schulden, overig 2.974,9 144,5 48,6 1,0
Type: Eenoudergezin 2 Schulden 462,6 52,5 113,5 30,5
2.2 Studieschulden 164,8 2,5 15,0 6,5
2.3 Schulden, overig 356,3 9,7 27,3 1,2
Type: Paar, totaal 2 Schulden 3.591,8 762,0 212,2 159,1
2.2 Studieschulden 730,2 15,1 20,7 11,0
2.3 Schulden, overig 2.502,4 128,0 51,1 0,9
Type: Paar, zonder kind 2 Schulden 1.743,3 301,7 173,1 113,4
2.2 Studieschulden 245,4 7,6 30,8 21,5
2.3 Schulden, overig 1.138,5 58,6 51,5 0,7
Type: Paar, met kind(eren) 2 Schulden 1.848,4 460,3 249,0 198,6
2.2 Studieschulden 484,8 7,6 15,6 7,4
2.3 Schulden, overig 1.363,8 69,4 50,9 1,1
Type: Meerpersoonshuishouden, overig 2 Schulden 144,3 31,4 217,8 118,2
2.2 Studieschulden 55,5 1,4 25,8 13,0
2.3 Schulden, overig 116,3 6,8 58,3 2,4
Hoofdkostwinner: tot 25 jaar 2 Schulden 251,8 10,1 40,3 12,0
2.2 Studieschulden 201,4 3,8 18,7 12,6
2.3 Schulden, overig 105,7 1,0 9,5 0,4
Hoofdkostwinner: 25 tot 45 jaar 2 Schulden 2.127,7 377,3 177,3 135,2
2.2 Studieschulden 768,3 19,1 24,8 15,8
2.3 Schulden, overig 1.489,1 37,3 25,1 0,8
Hoofdkostwinner: 45 tot 65 jaar 2 Schulden 2.356,6 465,2 197,4 135,9
2.2 Studieschulden 380,5 5,2 13,6 5,2
2.3 Schulden, overig 1.727,8 93,2 54,0 1,2
Hoofdkostwinner: 65 jaar of ouder 2 Schulden 1.277,6 162,7 127,4 72,5
2.2 Studieschulden 39,0 0,8 20,6 12,1
2.3 Schulden, overig 791,1 47,4 60,0 0,8
Hoofdkostwinner: 25 tot 35 jaar 2 Schulden 1.034,4 149,0 144,0 70,3
2.2 Studieschulden 522,3 14,6 27,9 19,3
2.3 Schulden, overig 687,0 10,4 15,2 0,6
Hoofdkostwinner: 35 tot 45 jaar 2 Schulden 1.093,3 228,3 208,8 170,5
2.2 Studieschulden 246,0 4,5 18,3 10,1
2.3 Schulden, overig 802,1 26,9 33,5 1,0
Hoofdkostwinner: 45 tot 55 jaar 2 Schulden 1.172,6 253,2 215,9 159,2
2.2 Studieschulden 186,8 1,9 10,3 3,2
2.3 Schulden, overig 875,5 43,2 49,4 1,2
Hoofdkostwinner: 55 tot 65 jaar 2 Schulden 1.183,9 212,0 179,1 114,3
2.2 Studieschulden 193,6 3,3 16,8 7,9
2.3 Schulden, overig 852,3 50,0 58,7 1,1
Hoofdkostwinner: 65 tot 75 jaar 2 Schulden 776,3 104,7 134,9 79,9
2.2 Studieschulden 34,6 0,7 20,8 12,2
2.3 Schulden, overig 504,8 28,3 56,1 0,8
Hoofdkostwinner: 75 tot 85 jaar 2 Schulden 415,5 49,6 119,5 67,4
2.2 Studieschulden 4,0 0,1 19,1 11,3
2.3 Schulden, overig 239,0 15,7 65,7 0,6
Hoofdkostwinner: 85 jaar of ouder 2 Schulden 85,7 8,4 97,7 50,0
2.2 Studieschulden 0,3 0,0 16,8 10,0
2.3 Schulden, overig 47,3 3,4 72,1 0,9
Hoofdkostwinner: Nederland 2 Schulden . . . .
2.2 Studieschulden . . . .
2.3 Schulden, overig . . . .
Hoofdkostwinner: westers 2 Schulden . . . .
2.2 Studieschulden . . . .
2.3 Schulden, overig . . . .
Hoofdkostwinner: niet-westers 2 Schulden . . . .
2.2 Studieschulden . . . .
2.3 Schulden, overig . . . .
Bron: Inkomen als werknemer/zelfstandige 2 Schulden 4.394,2 832,9 189,6 139,8
2.2 Studieschulden 1.218,8 26,1 21,4 12,4
2.3 Schulden, overig 3.075,1 121,4 39,5 0,9
Bron: Inkomen als werknemer 2 Schulden 3.660,0 620,4 169,5 135,9
2.2 Studieschulden 1.062,4 23,0 21,7 12,7
2.3 Schulden, overig 2.476,6 51,2 20,7 0,7
Bron: Inkomen als zelfstandige (totaal) 2 Schulden 734,2 212,6 289,5 164,4
2.2 Studieschulden 156,4 3,0 19,5 10,7
2.3 Schulden, overig 598,4 70,2 117,3 3,1
Bron: Inkomen als zelfstandig ondernemer 2 Schulden 520,6 92,3 177,2 125,0
2.2 Studieschulden 115,7 2,2 19,3 10,6
2.3 Schulden, overig 419,1 16,7 39,8 2,4
Bron: Inkomen als dir.-grootaandeelh. 2 Schulden 192,4 118,3 614,8 338,5
2.2 Studieschulden 33,2 0,6 18,8 9,9
2.3 Schulden, overig 162,2 53,0 326,5 15,1
Bron: Inkomen als overige zelfstandige 2 Schulden 21,2 2,0 93,9 26,8
2.2 Studieschulden 7,5 0,2 25,5 18,3
2.3 Schulden, overig 17,2 0,6 33,1 4,4
Bron: Overdrachtsinkomen 2 Schulden 1.619,5 182,4 112,6 48,4
2.2 Studieschulden 170,4 2,7 16,0 8,4
2.3 Schulden, overig 1.038,7 57,6 55,5 0,9
Bron: Uitkering inkomensverzekering 2 Schulden 1.382,6 178,8 129,3 68,1
2.2 Studieschulden 62,8 1,1 18,0 9,4
2.3 Schulden, overig 871,0 56,7 65,0 0,8
Bron: Uitkering werkloosheid 2 Schulden 26,4 2,5 94,9 25,5
2.2 Studieschulden 6,2 0,1 21,3 12,5
2.3 Schulden, overig 21,0 0,4 16,7 1,3
Bron: Uitkering arbeidsongeschiktheid 2 Schulden 178,1 13,1 73,6 17,0
2.2 Studieschulden 30,9 0,5 16,2 7,7
2.3 Schulden, overig 133,6 1,8 13,5 1,1
Bron: Uitkering pensioen 2 Schulden 1.178,1 163,2 138,5 74,4
2.2 Studieschulden 25,7 0,5 19,3 11,0
2.3 Schulden, overig 716,5 54,5 76,1 0,7
Bron: Uitkering sociale voorziening 2 Schulden 187,7 2,6 14,0 2,6
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over de samenstelling van het vermogen van huishoudens naar kenmerken als samenstelling van het huishouden en leeftijd van de hoofdkostwinner, voornaamste inkomensbron, woonsituatie, inkomensgroep, vermogensgroep en vermogensklasse.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2006.
De gegevens betreffen de stand van het vermogen per 1 januari.

Status van de cijfers:
De cijfers over 2006 tot en met 2023 zijn definitief. De cijfers over 2024 zijn voorlopig.

Het samenstellen van de cijfers is per verslagjaar 2011 in vergelijking met voorgaande jaren op enkele onderdelen gewijzigd:
Vanaf 2011 is er completere informatie van bank- en spaartegoeden en effecten beschikbaar. Alle kleine tegoeden worden vanaf dat moment ook waargenomen. Hierdoor zijn er meer huishoudens met deze vermogensbestanddelen.
Vanaf 2011 is er completere informatie van de schulden beschikbaar. Studieschulden, belasting- en toeslagschulden en leningen bij banken worden vanaf dat moment volledig waargenomen. Vanaf 2014 worden ook zorgschulden waargenomen. Hierdoor zijn er meer huishoudens met overige schulden. Studieschulden behoorden t/m 2010 tot de overige schulden.

Wijzigingen per 8 oktober 2025:
Actualisatie met definitieve cijfers voor 2023 en voorlopige cijfers voor 2024.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Nieuwe cijfers over 2025 komen in het najaar van 2026 beschikbaar.

Toelichting onderwerpen

Particuliere huishoudens
Aantal particuliere huishoudens met vermogen(sbestanddeel) per 1 januari van het verslagjaar.
Een particulier huishouden bestaat uit één of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf niet-bedrijfsmatig voorzien van de dagelijkse behoeften.
Totaal vermogen
Totale som van het vermogen(sbestanddeel) van particuliere huishoudens.
Gemiddeld vermogen
Gemiddeld vermogen(sbestanddeel) van particuliere huishoudens.
Mediaan vermogen
Mediaan vermogen(sbestanddeel) van particuliere huishoudens.
De mediaan is het middelste getal wanneer alle getallen van laag naar hoog worden gesorteerd.