Vermogen van huishoudens; huishoudenskenmerken, vermogensbestanddelen

Bekijk volledige tabel Download volledige dataset Toon toelichting
Kenmerken van huishoudens Particuliere huishoudens (x 1 000) Totaal vermogen (mld euro) Gemiddeld vermogen (1 000 euro) Mediaan vermogen (1 000 euro)
Particuliere huishoudens 3.864,5 807,5 209,0 171,9
Type: Eenpersoonshuishouden 822,3 125,1 152,2 127,0
Type: Meerpersoonshuishouden 3.042,2 682,4 224,3 188,1
Type: Eenoudergezin 207,0 40,3 194,7 160,1
Type: Paar, totaal 2.751,8 618,9 224,9 190,1
Type: Paar, zonder kind 1.259,2 235,6 187,1 150,3
Type: Paar, met kind(eren) 1.492,6 383,3 256,8 219,0
Type: Meerpersoonshuishouden, overig 83,4 23,2 278,2 209,1
Hoofdkostwinner: tot 25 jaar 22,3 5,4 240,7 228,2
Hoofdkostwinner: 25 tot 45 jaar 1.233,4 320,9 260,2 226,3
Hoofdkostwinner: 45 tot 65 jaar 1.717,5 366,8 213,6 170,6
Hoofdkostwinner: 65 jaar of ouder 891,3 114,5 128,4 100,0
Hoofdkostwinner: 25 tot 35 jaar 483,1 124,0 256,6 229,4
Hoofdkostwinner: 35 tot 45 jaar 750,3 196,9 262,4 224,2
Hoofdkostwinner: 45 tot 55 jaar 861,7 208,1 241,5 196,6
Hoofdkostwinner: 55 tot 65 jaar 855,8 158,7 185,5 145,9
Hoofdkostwinner: 65 tot 75 jaar 545,9 75,6 138,6 107,9
Hoofdkostwinner: 75 tot 85 jaar 291,5 33,9 116,2 90,0
Hoofdkostwinner: 85 jaar of ouder 53,9 5,0 92,0 69,9
Hoofdkostwinner: Nederland . . . .
Hoofdkostwinner: westers . . . .
Hoofdkostwinner: niet-westers . . . .
Bron: Inkomen als werknemer/zelfstandige 2.934,0 685,4 233,6 196,2
Bron: Inkomen als werknemer 2.460,0 546,1 222,0 191,4
Bron: Inkomen als zelfstandige (totaal) 474,0 139,3 293,9 226,8
Bron: Inkomen als zelfstandig ondernemer 311,3 73,4 235,7 200,0
Bron: Inkomen als dir.-grootaandeelh. 157,4 64,7 411,2 310,4
Bron: Inkomen als overige zelfstandige 5,3 1,2 231,1 176,6
Bron: Overdrachtsinkomen 930,5 122,1 131,2 100,0
Bron: Uitkering inkomensverzekering 920,8 121,0 131,4 100,0
Bron: Uitkering werkloosheid 11,4 2,0 178,1 148,2
Bron: Uitkering arbeidsongeschiktheid 77,1 10,8 140,2 122,9
Bron: Uitkering pensioen 832,3 108,2 130,0 99,4
Bron: Uitkering sociale voorziening 9,1 0,9 102,7 89,0
Bron: Uitkering bijstand 3,1 0,3 98,9 89,5
Bron: Uitk. sociale voorziening, overig 6,0 0,6 104,6 88,7
Bron: Studiefinanciering 0,6 0,2 256,0 198,0
Woningbezit: eigen woning 3.821,5 799,3 209,2 172,4
Woningbezit: huurwoning 43,0 8,3 191,9 124,0
Woningbezit: huurwoning geen huurtoeslag 36,5 7,6 208,4 138,3
Woningbezit: huurwoning met huurtoeslag 6,5 0,7 99,8 81,8
Gestandaardiseerd inkomen: 1e 10%-groep 63,9 14,0 218,5 152,1
Gestandaardiseerd inkomen: 2e 10%-groep 78,0 11,7 149,7 115,8
Gestandaardiseerd inkomen: 3e 10%-groep 152,2 20,1 131,9 106,7
Gestandaardiseerd inkomen: 4e 10%-groep 274,4 37,4 136,2 115,7
Gestandaardiseerd inkomen: 5e 10%-groep 382,3 59,0 154,2 136,4
Gestandaardiseerd inkomen: 6e 10%-groep 488,4 84,1 172,2 154,8
Gestandaardiseerd inkomen: 7e 10%-groep 554,7 104,9 189,1 170,0
Gestandaardiseerd inkomen: 8e 10%-groep 598,7 125,4 209,4 187,4
Gestandaardiseerd inkomen: 9e 10%-groep 635,4 148,1 233,1 205,1
Gestandaardiseerd inkomen: 10e 10%-groep 636,4 203,0 318,9 260,0
Vermogen: 1e 10%-groep 126,5 55,0 434,5 357,3
Vermogen: 2e 10%-groep 7,5 2,2 297,0 283,5
Vermogen: 3e 10%-groep 20,3 6,1 299,6 283,2
Vermogen: 4e 10%-groep 87,0 24,7 284,5 265,3
Vermogen: 5e 10%-groep 476,8 109,4 229,5 205,0
Vermogen: 6e 10%-groep 731,7 145,7 199,1 177,1
Vermogen: 7e 10%-groep 735,7 131,9 179,2 155,5
Vermogen: 8e 10%-groep 667,6 110,6 165,7 134,7
Vermogen: 9e 10%-groep 566,7 98,5 173,8 133,4
Vermogen: 10e 10%-groep 444,8 123,4 277,4 195,2
Vermogen: tot -5 000 euro 121,0 53,3 440,8 362,6
Vermogen: -5 000 tot 0 euro 8,8 2,6 298,1 284,1
Vermogen: 0 tot 1 000 euro 1,9 0,6 295,7 283,6
Vermogen 1 000 tot 5 000 euro 7,8 2,3 297,6 283,3
Vermogen: 5 000 tot 10 000 euro 10,1 3,0 299,4 283,0
Vermogen: 10 000 tot 20 000 euro 22,2 6,6 297,8 280,7
Vermogen: 20 000 tot 50 000 euro 82,8 23,1 279,1 258,6
Vermogen: 50 000 tot 100 000 euro 226,4 54,5 240,7 215,6
Vermogen: 100 000 tot 200 000 euro 760,0 157,0 206,6 184,3
Vermogen: 200 000 tot 500 000 euro 1.789,9 312,2 174,4 148,8
Vermogen: 500 000 tot 1 miljoen euro 606,0 113,6 187,5 141,6
Vermogen: 1 miljoen euro of meer 227,8 78,6 345,1 245,1
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens over de samenstelling van het vermogen van huishoudens naar kenmerken als samenstelling van het huishouden en leeftijd van de hoofdkostwinner, voornaamste inkomensbron, woonsituatie, inkomensgroep, vermogensgroep en vermogensklasse.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2006.
De gegevens betreffen de stand van het vermogen per 1 januari.

Status van de cijfers:
De cijfers over 2006 tot en met 2023 zijn definitief. De cijfers over 2024 zijn voorlopig.

Het samenstellen van de cijfers is per verslagjaar 2011 in vergelijking met voorgaande jaren op enkele onderdelen gewijzigd:
Vanaf 2011 is er completere informatie van bank- en spaartegoeden en effecten beschikbaar. Alle kleine tegoeden worden vanaf dat moment ook waargenomen. Hierdoor zijn er meer huishoudens met deze vermogensbestanddelen.
Vanaf 2011 is er completere informatie van de schulden beschikbaar. Studieschulden, belasting- en toeslagschulden en leningen bij banken worden vanaf dat moment volledig waargenomen. Vanaf 2014 worden ook zorgschulden waargenomen. Hierdoor zijn er meer huishoudens met overige schulden. Studieschulden behoorden t/m 2010 tot de overige schulden.

Wijzigingen per 8 oktober 2025:
Actualisatie met definitieve cijfers voor 2023 en voorlopige cijfers voor 2024.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Nieuwe cijfers over 2025 komen in het najaar van 2026 beschikbaar.

Toelichting onderwerpen

Particuliere huishoudens
Aantal particuliere huishoudens met vermogen(sbestanddeel) per 1 januari van het verslagjaar.
Een particulier huishouden bestaat uit één of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf niet-bedrijfsmatig voorzien van de dagelijkse behoeften.
Totaal vermogen
Totale som van het vermogen(sbestanddeel) van particuliere huishoudens.
Gemiddeld vermogen
Gemiddeld vermogen(sbestanddeel) van particuliere huishoudens.
Mediaan vermogen
Mediaan vermogen(sbestanddeel) van particuliere huishoudens.
De mediaan is het middelste getal wanneer alle getallen van laag naar hoog worden gesorteerd.