Groeirekeningen; nationale rekeningen 1995-2016

Groeirekeningen; nationale rekeningen 1995-2016

Model Bedrijfstakken SBI 2008 Perioden Arbeid Beloning van arbeid (mln euro) (mln euro) Arbeid Beloning van arbeid (2010=100) (volume-indexcijfers 2010=100) Arbeidsproductiviteit Op basis van geconsolideerde productie Arbeidsproductiviteitsontwikkeling (%) (%) Arbeidsproductiviteit Op basis van geconsolideerde productie Arbeidsproductiviteit (2010=100) (indexcijfers 2010=100) Arbeidsproductiviteit Op basis van toegevoegde waarde Arbeidsproductiviteitsontwikkeling (%) (%) Arbeidsproductiviteit Op basis van toegevoegde waarde Arbeidsproductiviteit (2010=100) (indexcijfers 2010=100) Groeirekeningen Op basis van geconsolideerde productie Geconsolideerde productie (% volumemutaties) Groeirekeningen Op basis van geconsolideerde productie Bijdrage arbeid (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van geconsolideerde productie Bijdrage uren (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van geconsolideerde productie Bijdrage compositie-effect (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van geconsolideerde productie Bijdrage kapitaal (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van geconsolideerde productie Bijdrage verbruik (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van geconsolideerde productie Bijdrage energie (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van geconsolideerde productie Bijdrage materialen (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van geconsolideerde productie Bijdrage diensten (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van geconsolideerde productie Bijdrage multifactorproductiviteit (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van toegevoegde waarde Toegevoegde waarde (% volumemutaties) Groeirekeningen Op basis van toegevoegde waarde Bijdrage arbeid (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van toegevoegde waarde Bijdrage uren (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van toegevoegde waarde Bijdrage compositie-effect (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van toegevoegde waarde Bijdrage kapitaal (procentpunt) Groeirekeningen Op basis van toegevoegde waarde Bijdrage multifactorproductiviteit (procentpunt)
Officiële CBS berekeningen A Landbouw, bosbouw en visserij 2016* 6.539 103,9 0,4 104,8 0,8 106,7 1,5 0,5 0,3 0,2 0,1 0,6 0,0 0,6 0,0 0,4 1,9 0,9 0,5 0,4 0,1 0,8
Officiële CBS berekeningen L Verhuur en handel van onroerend goed 2016* . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Neoklassiek model A Landbouw, bosbouw en visserij 2016* 6.539 103,5 0,4 104,8 0,8 106,7 1,5 0,5 0,3 0,2 0,2 0,7 0,0 0,6 0,0 0,1 1,9 1,2 0,7 0,5 0,5 0,2
Neoklassiek model L Verhuur en handel van onroerend goed 2016* . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat de (vooralsnog experimentele) uitkomsten van de Nederlandse groeirekeningen. De groeirekeningen laten zien welke bijdragen de verschillende productiemiddelen hebben geleverd aan de economische groei. Zo kan worden bepaald welk deel van de productiegroei wordt verklaard door een verandering in de inzet van kapitaal (K), arbeid (L), energie (E), materialen (M) of diensten (S).

Uit de uitkomsten van de groeirekeningen kan ook de ontwikkeling van de multifactorproductiviteit worden afgeleid. Dit is het deel van de groei (van de productie of toegevoegde waarde) dat niet kan worden toegerekend aan één van de verschillende productiemiddelen. Multifactorproductiviteit is daarmee een belangrijke maatstaf voor de productiviteit van de Nederlandse economie. Doordat met alle bekende inputs van het productieproces rekening wordt gehouden, levert de multifactorproductiviteit een breder beeld van de productiviteit dan de van oudsher gehanteerde arbeidsproductiviteit. In deze tabel worden ook de onderliggende data en de arbeidsproductiviteit gepubliceerd.

Deze tabel is gebaseerd op de Standaard Bedrijfsindeling 2008 (SBI 2008). Het referentiejaar voor de volume- en prijsindexcijfers tijdreeksen is 2010. De waarden in deze tabel zijn gebaseerd op de Nationale Rekeningen die conform het Europees Systeem van Rekeningen 2010 (ESR 2010) zijn samengesteld.

Gegevens beschikbaar van 1995 tot en met 2016.

Status van de cijfers:
De gegevens van 1995 tot en met 2014 zijn definitief. De gegevens over 2015 en 2016 zijn voorlopig. Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 15 juni 2018:
De gegevens van de jaren 1995-2000 en 2016 zijn toegevoegd. De gegevens van de jaren 2014-2015 zijn herzien. Door de toevoeging van het verslagjaar 2000 aan de reeks konden de jaar-op-jaarontwikkelingen voor 2001 berekend worden. Deze bevatten voorheen een punt (.), maar zijn nu vervangen door de procentuele verandering.

Wijzigingen per 24 juli 2018:
Voor het verslagjaar 2016 zijn de indices met basisjaar 2010 verkeerd berekend. Zij sloten daarom niet aan bij de jaar-op-jaar procentuele ontwikkelingen. Dat is nu gecorrigeerd. De correctie bedraagt tussen de +2,5 punt en -3,2 punt.

Wijzigigen per 24 mei 2019:
Geen, deze tabel is stopgezet.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft onlangs een revisie uitgevoerd van de nationale rekeningen. Hierbij worden nieuwe statistische bronnen en ramingsmethoden gebruikt. Deze tabel met gegevens voor revisie is vervangen door tabel Groeirekeningen; nationale rekeningen. Voor aanvullende informatie zie paragraaf 3.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Arbeid
De beloning van werknemers en toegerekende arbeidsbeloning van zelfstandigen als waardecomponent en de uren en het compositie-effect als volumecomponent. Het compositie-effect wordt alleen getoond in de selectie groeirekeningen op basis van productie en op basis van toegevoegde waarde.
Beloning van arbeid (mln euro)
Lonen van werknemers plus de sociale premies ten laste van werkgevers en een toegerekende arbeidsbeloning voor zelfstandigen, verminderd met de loonsubsidies die door de overheid zijn verstrekt.
Beloning van arbeid (2010=100)
Lonen van werknemers plus de sociale premies ten laste van werkgevers en een toegerekende arbeidsbeloning voor zelfstandigen, verminderd met de loonsubsidies die door de overheid zijn verstrekt.
Arbeidsproductiviteit
De volumeontwikkeling van de geconsolideerde productie of toegevoegde per eenheid van arbeidsvolume. Het arbeidsvolume is hier de gewerkte uren.
Op basis van geconsolideerde productie
Arbeidsproductiviteit op basis van geconsolideerde productie

De volumeontwikkeling van de geconsolideerde productie per eenheid van arbeidsvolume. Arbeidsproductiviteit wordt hier berekend als de geconsolideerde productie per gewerkt uur.
Arbeidsproductiviteitsontwikkeling (%)
Arbeidsproductiviteit (2010=100)
Op basis van toegevoegde waarde
Arbeidsproductiviteit op basis van toegevoegde waarde

De volumeontwikkeling van de toegevoegde waarde per eenheid van arbeidsvolume. De arbeidsproductiviteit wordt hier berekend als de toegevoegde waarde per gewerkt uur.
Arbeidsproductiviteitsontwikkeling (%)
Arbeidsproductiviteit (2010=100)
Groeirekeningen
Hierin wordt de volumeontwikkeling van de geconsolideerde productie of toegevoegde toegerekend aan de verschillende productiemiddelen en aan multifactorproductiviteit.
Op basis van geconsolideerde productie
Groeirekeningen op basis van de geconsolideerde productie.

Hierin wordt de volumeontwikkeling van de geconsolideerde productie toegerekend aan de verschillende productiemiddelen en aan multifactorproductiviteit. De bijdragen worden gemeten in procentpunten. De bijdragen van arbeid, kapitaal, energie, materialen, diensten en multifactorproductiviteit tellen samen op tot de volumeontwikkeling van de geconsolideerde productie.
Geconsolideerde productie
De productie verminderd met de interne leveringen.

De geconsolideerde productie is de productie die overblijft als de eenheid (bedrijfsklasse, bedrijfstak of de commerciële sector) wordt beschreven als één enkel bedrijf.
Bijdrage arbeid
Dat deel van de volumeverandering van de geconsolideerde productie dat wordt veroorzaakt door veranderingen in de inzet van arbeid.
Bijdrage uren
Dat deel van de volumeverandering van de geconsolideerde productie dat veroorzaakt wordt door groei of afname van het aantal gewerkte uren. Deze variabele is onderdeel van de bijdrage arbeid.
Bijdrage compositie-effect
Dat deel van de volumeverandering van de geconsolideerde productie dat veroorzaakt wordt door veranderingen in de samenstelling van achtergrondkenmerken van werknemers en zelfstandigen. Deze achtergrondkenmerken zijn bedrijfstak, leeftijd, geslacht, opleiding en wel/niet cao. Deze variabele is onderdeel van de bijdrage arbeid.
Bijdrage kapitaal
Dat deel van de volumeverandering van de geconsolideerde productie dat wordt veroorzaakt door veranderingen in de inzet van kapitaalgoederen. Voorbeelden van kapitaalgoederen zijn gebouwen, machines, computers en software.
Bijdrage verbruik
Dat deel van de volumeverandering van de geconsolideerde productie dat wordt veroorzaakt door veranderingen in de inzet van intermediaire goederen en diensten.
Bijdrage energie
Dat deel van de volumeverandering van de geconsolideerde productie dat wordt veroorzaakt door veranderingen in de inzet van energie en energiedragers.
Bijdrage materialen
Dat deel van de volumeverandering van de geconsolideerde productie dat wordt veroorzaakt door veranderingen in de inzet van materialen.
Bijdrage diensten
Dat deel van de volumeverandering van de geconsolideerde productie dat wordt veroorzaakt door veranderingen in de inzet van diensten.
Bijdrage multifactorproductiviteit
Dat deel van de volumeontwikkeling van de geconsolideerde productie dat wordt veroorzaakt door de veranderingen in het productieproces. De bijdrage van multifactorproductiviteit wordt gezien als dat deel van de groei van de output dat niet door de groei van de inputs kan worden verklaard. Enkele verklaringen hiervoor zijn technologische vooruitgang, schaalvoordelen, veranderingen in bezettingsgraden en incidentele factoren zoals weersomstandigheden (bijvoorbeeld in de landbouw).
Op basis van toegevoegde waarde
Groeirekeningen op basis van toegevoegde waarde

Hierin wordt de volumeontwikkeling van de toegevoegde waarde toegerekend aan de verschillende productiemiddelen en aan multifactorproductiviteit. De bijdragen worden gemeten in procentpunten. De bijdragen van arbeid, kapitaal en multifactorproductiviteit tellen samen op tot de volumeontwikkeling van de toegevoegde waarde.
Toegevoegde waarde
Gewaardeerd tegen basisprijzen per bedrijfsklasse gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen).
Bijdrage arbeid
Dat deel van de volumeverandering van de toegevoegde waarde dat wordt veroorzaakt door veranderingen in de inzet van arbeid.
Bijdrage uren
Dat deel van de volumeverandering van de toegevoegde waarde dat veroorzaakt wordt door groei of afname van het aantal gewerkte uren. Deze variabele is onderdeel van de bijdrage arbeid.
Bijdrage compositie-effect
Dat deel van de volumeverandering van de toegevoegde waarde dat veroorzaakt wordt door veranderingen in de samenstelling van achtergrondkenmerken van werknemers en zelfstandigen. Deze achtergrondkenmerken zijn bedrijfstak, leeftijd, geslacht, opleiding en wel/niet cao. Deze variabele is onderdeel van de bijdrage arbeid.
Bijdrage kapitaal
Dat deel van de volumeverandering van de toegevoegde waarde dat wordt veroorzaakt door veranderingen in de inzet van kapitaalgoederen. Voorbeelden van kapitaalgoederen zijn gebouwen, machines, computers en software.
Bijdrage multifactorproductiviteit
Dat deel van de volumeontwikkeling van de toegevoegde waarde dat wordt veroorzaakt door de veranderingen in het productieproces. De bijdrage van multifactorproductiviteit wordt gezien als dat deel van de groei van de output dat niet door de groei van de inputs kan worden verklaard. Enkele verklaringen hiervoor zijn technologische vooruitgang, schaalvoordelen, veranderingen in bezettingsgraden en incidentele factoren zoals weersomstandigheden (bijvoorbeeld in de landbouw).