Productie- en inkomenscomponenten bbp; bedrijfstak; nr, 1969-2016

Productie- en inkomenscomponenten bbp; bedrijfstak; nr, 1969-2016

Economische activiteit en overige posten Perioden Toegevoegde waarde vanuit productie Waarde prijsniveau 2010 Output basisprijzen (mln euro) Toegevoegde waarde vanuit productie Waarde prijsniveau 2010 Intermediair verbruik (-) (mln euro) Toegevoegde waarde vanuit productie Waarde prijsniveau 2010 Bruto toegevoegde waarde basisprijzen (mln euro) Toegevoegde waarde vanuit productie Prijsindexcijfers Output basisprijzen (2010 =100) Toegevoegde waarde vanuit productie Prijsindexcijfers Intermediair verbruik (-) (2010 =100) Toegevoegde waarde vanuit productie Prijsindexcijfers Bruto toegevoegde waarde basisprijzen (2010 =100)
A-U Alle economische activiteiten 2016* 1.283.434 674.774 608.516 102,7 101,8 103,7
A Landbouw, bosbouw en visserij 2016* 28.889 17.474 11.436 103,1 104,4 100,9
01 Landbouw 2016* 28.244 17.147 11.123 102,5 104,3 99,5
02 Bosbouw 2016* 232 125 107 113,1 113,5 112,5
03 Visserij 2016* 414 202 212 138,0 109,0 165,6
B-E Nijverheid (geen bouw) en energie 2016* 338.195 243.634 94.088 100,1 99,4 102,3
B Delfstoffenwinning 2016* 14.881 3.818 11.166 87,5 107,5 79,8
06 Winning van aardolie en aardgas 2016* 14.147 3.395 10.852 86,5 107,8 79,0
08 Delfstoffenwinning (geen olie en gas) 2016* 739 427 310 105,1 104,3 106,8
09 Dienstverlening delfstoffenwinning 2016* . . . . . .
C Industrie 2016* 295.893 223.797 71.734 101,2 99,6 106,8
10-12 Voedings-, genotmiddelenindustrie 2016* 64.885 50.794 14.106 108,9 107,9 112,4
10 Voedingsmiddelenindustrie 2016* 58.657 47.084 11.615 108,4 108,2 108,9
11 Drankenindustrie 2016* 4.132 2.839 1.291 109,2 103,3 122,1
12 Tabaksindustrie 2016* 2.093 830 1.259 121,1 108,3 130,0
13-15 Textiel-, kleding-, lederindustrie 2016* 3.156 2.099 1.055 108,9 108,8 109,4
16-18 Hout-, papier-, grafische industr. 2016* 12.226 8.281 3.934 102,3 104,1 98,9
16 Houtindustrie 2016* 2.534 1.627 907 110,9 106,1 119,5
17 Papierindustrie 2016* 5.597 4.095 1.502 104,5 105,0 103,0
18 Grafische industrie 2016* 4.066 2.551 1.492 94,7 101,6 84,4
19 Aardolie-industrie 2016* 27.388 26.470 898 70,2 67,6 148,6
20-21 Chemie en farmaceutische industrie 2016* 48.833 38.254 10.420 97,1 92,9 114,0
20 Chemische industrie 2016* 43.072 35.582 7.407 99,5 92,1 136,0
21 Farmaceutische industrie 2016* 5.824 2.687 3.121 78,6 103,4 57,6
22-23 Kunststof- en bouwmateriaalindustr 2016* 13.407 9.067 4.333 105,3 103,7 108,9
22 Rubber- en kunststofproductindustrie 2016* 8.190 5.509 2.678 106,0 104,2 109,7
23 Bouwmaterialenindustrie 2016* 5.195 3.540 1.651 104,8 103,5 107,9
24-25 Basismetaal, metaalprod.-industrie 2016* 25.968 18.065 7.914 101,0 96,4 111,4
24 Basismetaalindustrie 2016* 7.772 5.970 1.816 90,9 87,6 101,1
25 Metaalproductenindustrie 2016* 18.201 12.099 6.099 105,3 100,8 114,5
26-27 Elektrische en elektron. industrie 2016* 38.185 30.176 7.955 107,3 115,0 79,0
26 Elektrotechnische industrie 2016* 32.520 26.724 5.742 107,3 116,2 67,1
27 Elektrische apparatenindustrie 2016* 5.750 3.491 2.258 105,7 104,4 107,7
28 Machine-industrie 2016* 24.147 15.629 8.507 105,0 105,0 105,2
29-30 Transportmiddelenindustrie 2016* 19.088 14.455 4.609 105,0 105,7 103,3
29 Auto- en aanhangwagenindustrie 2016* 11.833 9.132 2.716 105,2 103,5 110,3
30 Overige transportmiddelenindustrie 2016* 7.264 5.376 1.872 104,6 108,5 94,2
31-33 Overige industrie en reparatie 2016* 17.877 10.024 7.881 109,1 104,7 114,3
31-32 Meubel- en overige industrie 2016* 9.022 3.872 5.150 105,6 104,3 106,5
31 Meubelindustrie 2016* 3.143 1.802 1.342 107,7 105,5 110,6
32 Overige industrie 2016* 5.877 2.070 3.806 104,4 103,1 105,2
33 Reparatie en installatie van machines 2016* 8.846 6.161 2.733 112,8 104,8 128,8
D Energievoorziening 2016* 17.859 10.135 7.745 92,5 94,9 89,2
35 Energiebedrijven 2016* 17.859 10.135 7.745 92,5 94,9 89,2
E Waterbedrijven en afvalbeheer 2016* 9.949 5.899 4.052 95,0 96,7 92,6
36 Waterleidingbedrijven 2016* 1.765 726 1.033 94,2 80,3 104,5
37-39 Riolering, afvalbeheer en sanering 2016* 8.181 5.167 3.022 95,3 99,1 88,4
F Bouwnijverheid 2016* 91.522 58.928 32.665 97,9 101,2 91,7
41 Algemene bouw en projectontwikkeling 2016* 39.872 27.263 12.772 95,0 100,1 82,7
42 Grond-, water- en wegenbouw 2016* 13.259 9.233 4.021 103,7 101,4 109,1
43 Gespecialiseerde bouw 2016* 38.594 22.439 16.163 98,4 102,4 92,9
G-I Handel, vervoer en horeca 2016* 241.695 116.887 124.827 105,0 102,5 107,3
G Handel 2016* 148.098 62.119 85.985 103,4 102,0 104,5
45 Autohandel en -reparatie 2016* 16.233 8.797 7.423 106,6 104,2 109,7
46 Groothandel en handelsbemiddeling 2016* 94.993 39.295 55.724 102,7 102,6 102,8
47 Detailhandel (niet in auto's) 2016* 36.933 14.020 22.894 103,7 99,0 106,7
H Vervoer en opslag 2016* 71.495 42.717 28.763 105,8 102,7 110,4
49 Vervoer over land 2016* 27.666 16.178 11.487 107,6 103,2 113,7
50 Vervoer over water 2016* 8.116 5.629 2.508 98,6 99,5 95,7
51 Vervoer door de lucht 2016* 11.435 7.783 3.650 93,4 97,0 85,8
52 Opslag, dienstverlening voor vervoer 2016* 20.420 10.370 10.055 107,3 104,8 109,9
53 Post en koeriers 2016* 4.002 2.733 1.344 131,9 115,6 157,7
I Horeca 2016* 22.102 12.000 10.105 112,5 104,4 122,1
55 Logiesverstrekking 2016* 5.926 3.207 2.719 111,2 100,6 123,6
56 Eet- en drinkgelegenheden 2016* 16.177 8.794 7.384 113,0 105,7 121,6
J Informatie en communicatie 2016* 65.423 33.089 32.233 95,9 98,1 93,9
58-60 Uitgeverijen, film, radio en TV 2016* 11.248 6.700 4.581 106,8 103,2 111,3
58 Uitgeverijen 2016* 5.179 2.813 2.374 108,1 101,5 115,6
59-60 Film,TV en radio 2016* 6.113 3.876 2.234 105,0 104,8 105,3
61 Telecommunicatie 2016* 17.490 8.945 8.565 90,8 94,9 86,3
62-63 IT- en informatiedienstverlening 2016* 36.958 17.493 19.337 94,2 97,5 91,9
62 IT-dienstverlening 2016* 33.199 15.688 17.390 94,1 97,4 91,7
63 Diensten op het gebied van informatie 2016* 3.742 1.807 1.931 96,0 98,3 94,0
K Financiële dienstverlening 2016* 71.982 29.131 43.008 101,0 97,3 103,2
64 Bankwezen 2016* 45.917 16.203 29.823 106,3 100,7 109,0
65 Verzekeraars en pensioenfondsen 2016* 19.439 10.902 8.622 89,8 89,7 89,1
66 Overige financiële dienstverlening 2016* 6.643 2.022 4.669 96,8 111,1 89,6
L Verhuur en handel van onroerend goed 2016* 71.776 34.697 37.857 110,5 119,4 100,1
68 Verhuur en handel van onroerend goed 2016* 71.776 34.697 37.857 110,5 119,4 100,1
M-N Zakelijke dienstverlening 2016* 159.280 67.922 91.351 103,4 102,4 104,1
M Specialistische zakelijke diensten 2016* 97.412 46.710 50.709 101,2 101,3 101,1
69-71 Management- en technisch advies 2016* 77.561 36.188 41.383 100,7 100,8 100,6
69-70 Juridisch en managementadvies 2016* 61.507 29.736 31.783 100,8 100,7 100,8
69 Juridische diensten en administratie 2016* 15.939 5.105 10.830 103,0 100,1 104,3
70 Holdings en managementadviesbureaus 2016* 45.609 24.630 20.989 99,9 100,8 98,9
71 Architecten-, ingenieursbureaus e.d. 2016* 16.044 6.454 9.595 100,4 101,1 100,0
72 Research 2016* 4.746 1.985 2.767 105,7 104,1 106,6
73-75 Reclame, design, overige diensten 2016* 15.084 8.537 6.540 102,7 103,0 102,4
74-75 Overige professionele diensten 2016* 6.291 3.331 2.958 105,4 102,6 108,7
73 Reclamewezen en marktonderzoek 2016* 8.801 5.206 3.582 100,7 103,3 97,2
74 Design, fotografie, vertaalbureaus 2016* 5.648 3.083 2.564 104,7 102,9 106,9
75 Veterinaire dienstverlening 2016* 645 248 395 111,7 98,5 120,5
N Verhuur en overige zakelijke diensten 2016* 61.649 21.175 40.471 107,2 105,0 108,3
77 Verhuur van roerende goederen 2016* 11.144 4.357 6.798 104,5 106,9 102,8
78 Uitzendbureaus en arbeidsbemiddeling 2016* 24.074 4.328 19.724 107,3 102,0 108,6
79 Reisbureaus, reisorganisatie en -info 2016* 10.414 6.854 3.487 109,3 105,6 118,8
80-82 Beveiliging en ov. zak. diensten 2016* 15.975 5.640 10.336 107,8 105,0 109,3
80 Beveiligings- en opsporingsdiensten 2016* 1.904 540 1.365 106,4 103,7 107,4
81 Schoonmaakbedrijven, hoveniers e.d. 2016* 9.405 2.945 6.461 108,7 106,1 109,9
82 Overige zakelijke dienstverlening 2016* 4.675 2.157 2.517 106,2 103,8 108,3
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat gegevens van de nationale rekeningen over de opbouw van de totale toegevoegde waarde vanuit de productie en inkomensvorming. Van verschillende bedrijfstakken worden de productie, het verbruik, de toegevoegde waarde en de inkomenscomponenten weergegeven.

Gegevens beschikbaar van 1969 tot en met 2016.

Status van de cijfers:
De gegevens van 1969 tot en met 2015 zijn definitief. De gegevens over 2016 zijn voorlopig. Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 22 juni 2018
Geen, deze tabel is stopgezet.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft onlangs een revisie uitgevoerd van de nationale rekeningen. Hierbij worden nieuwe statistische bronnen en ramingsmethoden gebruikt. Deze tabel met gegevens voor revisie is vervangen door tabel Productie- en inkomenscomponenten bbp; bedrijfstak; nationale rekeningen. Voor aanvullende informatie zie paragraaf 3.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Toegevoegde waarde vanuit productie
De opbouw van de totaal toegevoegde waarde vanuit de productie. Het wordt berekend als de output minus het intermediair verbruik van alle bedrijfstakken. De toegevoegde waarde wordt geregistreerd tegen basisprijzen, de prijzen zijn die door producenten zijn ervaren.
Waarde prijsniveau 2010
De bedragen zijn uitgedrukt in prijzen van het basisjaar 2010. Hiertoe zijn inflatiecorrecties gebruikt. Zonder dergelijke correcties spreekt men van waarde in werkelijke prijzen.
Output basisprijzen
Het totaal aan goederen en diensten dat is geproduceerd, ook wel productie genoemd. Hiervan bestaan drie soorten:
- marktoutput: goederen en diensten die op de markt zijn afgezet of waarvoor dit in de toekomst de bedoeling is
- output voor eigen finaal gebruik: goederen en diensten voor eigen consumptie of voor investeringen door dezelfde bedrijfseenheid als die welke die goederen en diensten heeft geproduceerd
- niet-marktoutput: goederen en diensten die gratis of tegen economisch niet-significante prijzen aan andere eenheden zijn geleverd.

De output wordt gewaardeerd tegen basisprijzen. Dit zijn de prijzen die door producenten zelf worden ervaren: per bedrijfstak zijn de productgebonden belastingen er vanaf getrokken en de productgebonden subsidies erbij opgeteld. Door de producent afzonderlijk in rekening gebrachte vervoerskosten zijn niet inbegrepen. Ook de waardeverandering van financiële en niet-financiële activa (productiemiddelen) tijdens de verslagperiode zijn niet inbegrepen.

Inbegrepen is de output van alle in Nederland opererende bedrijfseenheden, dus ook degenen die in buitenlandse handen zijn. Ook overheidsinstanties en andere niet-commerciële instanties behoren hiertoe.
Intermediair verbruik (-)
Goederen en diensten die als input in een productieproces worden gebruikt, met uitzondering van de vaste activa (investeringsgoederen). Het gaat hierbij om goederen die tijdens het productieproces worden verwerkt in andere producten of volledig worden verbruikt (dit gebeurt per definitie met de ingehuurde diensten). Volgens internationale afspraken wordt een aangeschaft goed of een ingehuurde dienst niet als intermediair verbruik maar als vast activum (investering) gezien wanneer het meer dan één jaar ingezet kan worden in een productieproces. De intermediair verbruikte goederen en diensten worden gewaardeerd tegen de aankoopprijzen die op het moment van gebruik voor soortgelijke goederen of diensten gelden.
Bruto toegevoegde waarde basisprijzen
De waarde van alle geproduceerde goederen en diensten (de productiewaarde of output) minus de waarde van goederen en diensten die tijdens deze productie zijn opgebruikt ( het intermediair verbruik). De toegevoegde waarde is daarbij uitgedrukt in basisprijzen, de prijzen zijn die door producenten zijn ervaren. Inbegrepen is de toegevoegde waarde van alle in Nederland opererende bedrijfseenheden, dus ook degenen die in buitenlandse handen zijn. Ook overheidsinstanties en andere niet-commerciële instanties behoren hiertoe.

In de nationale rekeningen betekent 'bruto' vóór aftrek van het verbruik van vaste activa (afschrijvingen) en 'netto' na aftrek van het verbruik van vaste activa.
Prijsindexcijfers
Het gewogen gemiddelde van de prijsveranderingen van de onderdelen van een bepaalde variabele. Deflatoren ten opzichte van het referentiejaar 2010.
Output basisprijzen
Het totaal aan goederen en diensten dat is geproduceerd, ook wel productie genoemd. Hiervan bestaan drie soorten:
- marktoutput: goederen en diensten die op de markt zijn afgezet of waarvoor dit in de toekomst de bedoeling is
- output voor eigen finaal gebruik: goederen en diensten voor eigen consumptie of voor investeringen door dezelfde bedrijfseenheid als die welke die goederen en diensten heeft geproduceerd
- niet-marktoutput: goederen en diensten die gratis of tegen economisch niet-significante prijzen aan andere eenheden zijn geleverd.

De output wordt gewaardeerd tegen basisprijzen. Dit zijn de prijzen die door producenten zelf worden ervaren: per bedrijfstak zijn de productgebonden belastingen er vanaf getrokken en de productgebonden subsidies erbij opgeteld. Door de producent afzonderlijk in rekening gebrachte vervoerskosten zijn niet inbegrepen. Ook de waardeverandering van financiële en niet-financiële activa (productiemiddelen) tijdens de verslagperiode zijn niet inbegrepen.

Inbegrepen is de output van alle in Nederland opererende bedrijfseenheden, dus ook degenen die in buitenlandse handen zijn. Ook overheidsinstanties en andere niet-commerciële instanties behoren hiertoe.
Intermediair verbruik (-)
Goederen en diensten die als input in een productieproces worden gebruikt, met uitzondering van de vaste activa (investeringsgoederen). Het gaat hierbij om goederen die tijdens het productieproces worden verwerkt in andere producten of volledig worden verbruikt (dit gebeurt per definitie met de ingehuurde diensten). Volgens internationale afspraken wordt een aangeschaft goed of een ingehuurde dienst niet als intermediair verbruik maar als vast activum (investering) gezien wanneer het meer dan één jaar ingezet kan worden in een productieproces. De intermediair verbruikte goederen en diensten worden gewaardeerd tegen de aankoopprijzen die op het moment van gebruik voor soortgelijke goederen of diensten gelden.
Bruto toegevoegde waarde basisprijzen
De waarde van alle geproduceerde goederen en diensten (de productiewaarde of output) minus de waarde van goederen en diensten die tijdens deze productie zijn opgebruikt ( het intermediair verbruik). De toegevoegde waarde is daarbij uitgedrukt in basisprijzen, de prijzen zijn die door producenten zijn ervaren. Inbegrepen is de toegevoegde waarde van alle in Nederland opererende bedrijfseenheden, dus ook degenen die in buitenlandse handen zijn. Ook overheidsinstanties en andere niet-commerciële instanties behoren hiertoe.

In de nationale rekeningen betekent 'bruto' vóór aftrek van het verbruik van vaste activa (afschrijvingen) en 'netto' na aftrek van het verbruik van vaste activa.