Personen in bezit van auto of motor; persoonskenmerken, 2010-2015

Personen in bezit van auto of motor; persoonskenmerken, 2010-2015

Geslacht Persoonskenmerken Perioden Personen in bezit van auto Personen in bezit van auto (aantal) Personen in bezit van auto % Personen in bezit van auto (%) Personen in bezit van motor Personen in bezit van motor (aantal) Personen in bezit van motor % Personen in bezit van motor (%)
Totaal mannen en vrouwen Totaal 2015* 6.666.800 50,4 515.800 3,9
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 18 tot 20 jaar 2015* 22.100 5,6 500 0,1
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 20 tot 25 jaar 2015* 239.100 22,6 19.100 1,8
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 25 tot 30 jaar 2015* 467.100 44,9 40.100 3,9
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 30 tot 35 jaar 2015* 528.300 52,7 41.300 4,1
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 35 tot 40 jaar 2015* 557.600 56,2 44.600 4,5
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 40 tot 45 jaar 2015* 685.200 58,7 60.900 5,2
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 45 tot 50 jaar 2015* 770.500 60,4 78.000 6,1
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 50 tot 55 jaar 2015* 755.700 60,1 85.400 6,8
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 55 tot 60 jaar 2015* 660.600 57,9 66.200 5,8
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 60 tot 65 jaar 2015* 571.500 55,2 41.700 4,0
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 65 tot 70 jaar 2015* 548.900 54,6 23.700 2,4
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 70 tot 75 jaar 2015* 377.300 53,4 9.700 1,4
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 75 tot 80 jaar 2015* 259.000 49,0 3.500 0,7
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 80 tot 85 jaar 2015* 152.100 41,7 1.100 0,3
Totaal mannen en vrouwen Leeftijd: 85 jaar of ouder 2015* 72.000 26,4 200 0,1
Totaal mannen en vrouwen Werknemer 2015* 3.897.700 61,5 353.100 5,6
Totaal mannen en vrouwen Zelfstandige 2015* 618.400 60,1 75.700 7,4
Totaal mannen en vrouwen Uitkeringsontvanger 2015* 452.000 35,3 27.800 2,2
Totaal mannen en vrouwen Pensioenontvanger 2015* 1.433.200 49,1 41.100 1,4
Totaal mannen en vrouwen Student 2015* 104.800 10,9 9.900 1,0
Totaal mannen en vrouwen Overig niet-actief/zonder inkomen 2015* 160.800 22,5 8.300 1,2
Mannen Totaal 2015* 4.186.800 64,2 452.700 6,9
Mannen Leeftijd: 18 tot 20 jaar 2015* 15.000 7,4 500 0,2
Mannen Leeftijd: 20 tot 25 jaar 2015* 139.500 26,1 16.300 3,1
Mannen Leeftijd: 25 tot 30 jaar 2015* 263.800 50,5 33.500 6,4
Mannen Leeftijd: 30 tot 35 jaar 2015* 310.700 61,9 34.500 6,9
Mannen Leeftijd: 35 tot 40 jaar 2015* 332.200 67,2 37.500 7,6
Mannen Leeftijd: 40 tot 45 jaar 2015* 408.700 70,4 51.700 8,9
Mannen Leeftijd: 45 tot 50 jaar 2015* 463.300 72,4 67.200 10,5
Mannen Leeftijd: 50 tot 55 jaar 2015* 461.700 73,2 75.400 12,0
Mannen Leeftijd: 55 tot 60 jaar 2015* 418.700 73,6 60.400 10,6
Mannen Leeftijd: 60 tot 65 jaar 2015* 385.500 74,6 39.200 7,6
Mannen Leeftijd: 65 tot 70 jaar 2015* 385.900 77,5 22.700 4,6
Mannen Leeftijd: 70 tot 75 jaar 2015* 266.500 77,9 9.300 2,7
Mannen Leeftijd: 75 tot 80 jaar 2015* 181.800 75,2 3.400 1,4
Mannen Leeftijd: 80 tot 85 jaar 2015* 104.700 69,0 1.000 0,7
Mannen Leeftijd: 85 jaar of ouder 2015* 49.000 52,7 200 0,2
Mannen Werknemer 2015* 2.419.300 73,1 307.500 9,3
Mannen Zelfstandige 2015* 434.400 65,5 68.700 10,4
Mannen Uitkeringsontvanger 2015* 258.000 42,6 23.800 3,9
Mannen Pensioenontvanger 2015* 975.900 74,6 38.600 3,0
Mannen Student 2015* 56.400 12,1 8.400 1,8
Mannen Overig niet-actief/zonder inkomen 2015* 42.700 25,8 5.700 3,5
Vrouwen Totaal 2015* 2.480.100 36,9 63.100 0,9
Vrouwen Leeftijd: 18 tot 20 jaar 2015* 7.100 3,7 100 0,0
Vrouwen Leeftijd: 20 tot 25 jaar 2015* 99.600 19,1 2.700 0,5
Vrouwen Leeftijd: 25 tot 30 jaar 2015* 203.300 39,3 6.600 1,3
Vrouwen Leeftijd: 30 tot 35 jaar 2015* 217.600 43,4 6.700 1,3
Vrouwen Leeftijd: 35 tot 40 jaar 2015* 225.500 45,2 7.100 1,4
Vrouwen Leeftijd: 40 tot 45 jaar 2015* 276.500 47,1 9.200 1,6
Vrouwen Leeftijd: 45 tot 50 jaar 2015* 307.100 48,4 10.800 1,7
Vrouwen Leeftijd: 50 tot 55 jaar 2015* 294.000 46,9 10.100 1,6
Vrouwen Leeftijd: 55 tot 60 jaar 2015* 241.800 42,3 5.800 1,0
Vrouwen Leeftijd: 60 tot 65 jaar 2015* 186.000 35,8 2.400 0,5
Vrouwen Leeftijd: 65 tot 70 jaar 2015* 163.000 32,2 1.000 0,2
Vrouwen Leeftijd: 70 tot 75 jaar 2015* 110.900 30,4 400 0,1
Vrouwen Leeftijd: 75 tot 80 jaar 2015* 77.200 27,0 100 0,0
Vrouwen Leeftijd: 80 tot 85 jaar 2015* 47.400 22,2 100 0,0
Vrouwen Leeftijd: 85 jaar of ouder 2015* 23.000 12,8 0 0,0
Vrouwen Werknemer 2015* 1.478.300 48,9 45.600 1,5
Vrouwen Zelfstandige 2015* 184.000 50,3 7.000 1,9
Vrouwen Uitkeringsontvanger 2015* 194.000 28,7 4.000 0,6
Vrouwen Pensioenontvanger 2015* 457.400 28,4 2.500 0,2
Vrouwen Student 2015* 48.400 9,8 1.500 0,3
Vrouwen Overig niet-actief/zonder inkomen 2015* 118.000 21,5 2.600 0,5
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat informatie over personen van 18 jaar en ouder die in het bezit zijn van personenauto's en motortweewielers/motorfietsen, volgens de stand op 1 januari van het jaar. Tot de bezitters van personenauto's worden niet alleen personen gerekend die eigenaar van een auto zijn, maar ook personen met een lease-auto die zij privé gebruiken. Een persoon kan in het bezit zijn van zowel een auto als een motorfiets. In dat geval wordt deze persoon zowel bij de autobezitters als bij de motorbezitters meegerekend.

Naast het absolute aantal bezitters wordt ook het aantal bezitters als percentage van het totaal aantal personen van 18 jaar en ouder gepresenteerd. Het percentage is berekend binnen de groep personen met dezelfde achtergrondkenmerken. Voorbeeld: in 2010 was 31,2 procent van alle mannen van 20 tot 25 jaar in het bezit van een personenauto. Bij de vrouwen van 20 tot 25 jaar was dat 21,9 procent.
(Personen in institutionele huishoudens zijn in deze tabel niet meegenomen, personen met een eenmansbedrijf wel).

Gegevens beschikbaar over 2010 - 2015

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn voorlopig

Wijzigingen per 9 maart 2017
Toegevoegd zijn de voorlopige cijfers van 2015.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Deze tabel is stopgezet per 20 augustus 2018. Het is echter wel mogelijk om tabellen met actuelere of andere cijfers over voertuigbezit van personen en huishoudens door het CBS op maat te laten maken.
Neemt u hiervoor contact op met de Infoservice.

Toelichting onderwerpen

Personen in bezit van auto
Personen van 18 jaar of ouder die in het bezit zijn van één of meer personenauto's. Het gaat zowel om personen die eigenaar zijn van een auto, als om personen met een lease-auto die deze ook privé gebruiken.
---
Personenauto's zijn motorvoertuigen ingericht voor het vervoer van ten hoogste 8 passagiers (exclusief de bestuurder).

Personen in bezit van auto
Aantal personen dat in het bezit is van een personenauto.
% Personen in bezit van auto
Het aantal personen dat in bezit is van een personenauto als percentage van het totaal aantal personen van 18 jaar en ouder.
---
Het percentage is berekend binnen de groep personen met dezelfde achtergrondkenmerken. Voorbeeld: in 2010 was 31,2 procent van alle mannen van 20 tot 25 jaar in het bezit van een personenauto. Bij de vrouwen van 20 tot 25 jaar was dat 21,9 procent.

Personen in bezit van motor
Personen van 18 jaar of ouder die eigenaar zijn van één of meer motortweewielers/motorfietsen.
---
Motortweewielers/motorfietsen zijn motorrijwielen, scooters, motorcarriers en invalidenwagens met een motorrijwielkentekenbewijs.
Personen in bezit van motor
Aantal personen dat in het bezit is van een motortweewieler/motorfiets.
% Personen in bezit van motor
Het aantal personen dat in het bezit is van een motortweewieler/motorfiets als percentage van het totaal aantal personen van 18 jaar en ouder.
---
Het percentage is berekend binnen de groep personen met dezelfde achtergrondkenmerken. Voorbeeld: in 2010 was 3,1 procent van alle mannen van 20 tot 25 jaar in het bezit van een motorfiets. Bij de vrouwen van 20 tot 25 jaar was dat 0,6 procent.