Landbouw; gewassen, dieren, grondgebruik en arbeid op nationaal niveau
| Perioden | Graasdieren Aantal bedrijven Graasdieren, totaal (aantal) | Hokdieren Aantal dieren Kalkoenen (aantal) | Hokdieren Aantal dieren Slachteenden (aantal) | Hokdieren Aantal dieren Overig pluimvee (aantal) | Hokdieren Aantal dieren Edelpelsdieren (aantal) | Hokdieren Aantal dieren Kippen Ouderdieren van leghennen Ouderdieren van leghennen, totaal (aantal) | Hokdieren Aantal dieren Kippen Ouderdieren van leghennen Ouderdieren van leghennen, opfok (aantal) | Hokdieren Aantal dieren Kippen Ouderdieren van leghennen Ouderdieren van leghennen, productie (aantal) |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2025* | 28.190 | 447.700 | 405.600 | 31.600 | 1.787.300 | 359.900 | 1.427.400 | |
| Bron: CBS. | ||||||||
Tabeltoelichting
Deze tabel bevat gegevens op nationaal niveau over grondgebruik, akkerbouw, tuinbouw, grasland, graasdieren, hokdieren en arbeidskrachten.
Voor grondgebruik, gewassen en dieren wordt de oppervlakte respectievelijk het aantal dieren en het bijbehorend aantal bedrijven gepresenteerd. Voor arbeidskrachten wordt voor de verschillende soorten arbeidskrachten het aantal personen, de arbeidsjaareenheden (aje) en het aantal bedrijven gepresenteerd.
Oppervlakten zijn afgerond op 10 hectare, aantal graasdieren en varkens op 10 stuks, aantal pluimvee, konijnen en edelpelsdieren op 100 stuks, arbeidskrachten en arbeidsjaareenheden op honderdtallen en aantal bedrijven op tientallen. Deze tabel is daardoor minder geschikt om kleine veranderingen tussen verschillende jaren waar te nemen. Hiervoor kan beter gebruik gemaakt worden van de regiotabel (zie hoofdstuk 3).
De gegevens voor deze tabel komen uit de landbouwtelling. De landbouwtelling maakt deel uit van de gecombineerde opgave, die onder meer gebruikt wordt voor de uitvoering van het landbouwbeleid en handhaving van de Meststoffenwet.
De peildatum voor het aantal dieren is 1 april; de peildatum voor de gewassen is 15 mei.
Gegevens beschikbaar vanaf: 2000
Status van de cijfers: de cijfers van 2025 zijn voorlopig, de overige cijfers zijn definitief.
Wijzigingen per 28 november 2025: de voorlopige cijfers over 2025 zijn bijgesteld. De voorlopige cijfers voor arbeid en voedselbos zijn toegevoegd.
Met ingang van 2025 hebben voedselbossen een SO-waarde gekregen. Daarom worden voedselbossen nu ingedeeld onder cultuurgrond in plaats van niet-cultuurgrond.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Volgens planning verschijnen eind juni de eerste voorlopige cijfers ('snelle cijfers'). Op dat moment zijn nog niet alle opgaven binnen en/of volledig verwerkt, en hebben alleen de belangrijkste plausibiliteitscontroles plaatsgevonden. Voor non-respons is bijgeschat op basis van de opgave van vorig jaar.
In september wordt de gegevensverzameling afgesloten, dan wordt opnieuw bijgeschat en vinden verdere analyses en plausibiliteitscontroles plaats.
Eind september en in november worden bijgestelde voorlopige cijfers gepubliceerd en in maart van het jaar daarna volgen de definitieve cijfers.
Toelichting onderwerpen
- Graasdieren
- Graasdieren zijn paarden en pony's, rundvee, schapen en geiten.
- Aantal bedrijven
- Let op:
De som van onderliggende delen kan groter zijn dan het totaal voor de hele groep, omdat bij een bedrijf meerdere activiteiten (houden van dieren, teelt van gewassen) kunnen voorkomen (zo’n bedrijf telt mee voor iedere afzonderlijke activiteit, maar slechts eenmaal in het totaal).- Graasdieren, totaal
- Hokdieren
- Hokdieren zijn varkens, diverse soorten pluimvee, konijnen en edelpelsdieren.
_
Om hobbymatig van bedrijfsmatig gehouden dieren te onderscheiden, worden bij pluimvee, konijnen en edelpelsdieren aantallen van minder dan 25 stuks niet in de telling meegenomen.- Aantal dieren
- Kippen
- Met ingang van 2018 worden de pluimvee gegevens afgeleid uit het I&R register (Identificatie en Registratie) voor pluimvee. Dit kan, in vergelijking met de eerdere directe uitvraag in de Gecombineerde Opgave, van invloed zijn op het aantal dieren en de verdeling tussen de verschillende categorieën.
Met ingang van 2018 worden de dieraantallen voor pluimvee, vleeskalveren en vleesvarkens gecorrigeerd voor tijdelijke leegstand op de peildatum.
Als gevolg hiervan kunnen er verschillen optreden tussen de dieraantallen in de Landbouwtellingstabellen en de productietabellen (zie ook de tabeltoelichting).- Ouderdieren van leghennen
- Ouderdieren bestemd voor de productie van broedeieren voor leghennen.
- Ouderdieren van leghennen, totaal
- Ouderdieren van leghennen, opfok
- Ouderdieren van leghennen jonger dan 18 weken.
- Ouderdieren van leghennen, productie
- Ouderdieren van leghennen van 18 weken of ouder.
- Kalkoenen
- Met ingang van 2018 worden de pluimvee gegevens afgeleid uit het I&R register (Identificatie en Registratie) voor pluimvee. Dit kan, in vergelijking met de eerdere directe uitvraag in de Gecombineerde Opgave, van invloed zijn op het aantal dieren.
- Slachteenden
- Met ingang van 2018 worden de pluimvee gegevens afgeleid uit het I&R register (Identificatie en Registratie) voor pluimvee. Dit kan, in vergelijking met de eerdere directe uitvraag in de Gecombineerde Opgave, van invloed zijn op het aantal dieren.
- Overig pluimvee
- Legeenden, ganzen, parelhoenders en dergelijke. Met ingang van 2018 worden de pluimvee gegevens afgeleid uit het I&R register (Identificatie en Registratie) voor pluimvee. Dit kan, in vergelijking met de eerdere directe uitvraag in de Gecombineerde Opgave, van invloed zijn op het aantal dieren.
- Edelpelsdieren
- Sinds 8 januari 2021 is er in Nederland een verbod op de pelsdierhouderij.
_
Nertsen en overige pelsdieren, uitsluitend moederdieren.
_
Sinds 2008 voornamelijk nertsen.
_
Het is in Nederland niet meer toegestaan vossen en chinchilla's te fokken voor bont. In 1998 werd al bepaald dat er geen nieuwe vossen- en chinchillafokkerijen bij mochten komen, en dat bestaande bedrijven niet konden uitbreiden. Op 1 april 2008 is er een einde gekomen aan de tienjarige overgangstermijn voor bestaande fokkerijen.