Leefbaarheid woonbuurt; persoonskenmerken (IVM), 2008-2009

Leefbaarheid woonbuurt; persoonskenmerken (IVM), 2008-2009

Persoonskenmerken Cijfersoort Perioden Buurtproblemen Fysieke verloedering Bekladding van muren, gebouwen (% 'komt vaak voor') Buurtproblemen Fysieke verloedering Vernieling van straatmeubilair (% 'komt vaak voor') Buurtproblemen Overlast van vermogensdelicten Fietsendiefstal (% 'komt vaak voor') Buurtproblemen Overlast van vermogensdelicten Diefstal uit auto's (% 'komt vaak voor') Buurtproblemen Overlast van vermogensdelicten Beschadiging aan/ diefstal uit auto's (% 'komt vaak voor') Buurtproblemen Overlast van vermogensdelicten Inbraak in woningen (% 'komt vaak voor') Buurtproblemen Overlast van vermogensdelicten Overlast vermogensdelicten -schaalscore (% 'komt vaak voor') Buurtproblemen Overige overlast Andere vormen van geluidsoverlast (% 'komt vaak voor') Buurtproblemen Overige overlast Overlast van zwervers/daklozen (% 'komt vaak voor')
Niet verdacht geweest van misdrijf Waarde 2009 0,8 1,6 9,6 6,1 10,0 6,8 2,7 9,4 1,4
Niet verdacht geweest van misdrijf Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,1 0,0 0,3 0,2 0,3 0,2 0,0 0,3 0,1
Verdacht geweest van misdrijf Waarde 2009 2,0 2,4 15,1 11,4 17,4 9,7 3,2 10,9 3,4
Verdacht geweest van misdrijf Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,7 0,2 2,3 2,0 2,4 1,8 0,2 1,8 1,1
Verdacht geweest van geweldsmisdrijf Waarde 2009 2,5 2,5 14,8 12,0 17,3 10,2 3,3 12,9 3,5
Verdacht geweest van geweldsmisdrijf Betrouwbaarheidsmarge 2009 1,6 0,4 4,4 3,7 4,0 3,1 0,4 4,0 2,1
Verdacht geweest van vermogensmisdrijf Waarde 2009 3,1 2,9 20,4 11,7 16,7 8,9 3,3 9,1 3,3
Verdacht geweest van vermogensmisdrijf Betrouwbaarheidsmarge 2009 2,1 0,5 5,1 4,1 4,5 3,1 0,4 2,9 2,1
Verdacht geweest van verkeersmisdrijf Waarde 2009 0,9 1,9 11,7 12,6 15,9 10,3 2,8 11,2 2,3
Verdacht geweest van verkeersmisdrijf Betrouwbaarheidsmarge 2009 0,5 0,3 3,2 4,1 4,4 4,2 0,4 3,4 1,7
Verdacht geweest van vernieling Waarde 2009 2,8 2,8 17,1 12,2 18,4 8,9 3,3 14,4 7,2
Verdacht geweest van vernieling Betrouwbaarheidsmarge 2009 2,1 0,5 5,8 4,8 5,4 2,9 0,4 5,2 4,2
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


In deze tabel vindt u een overzicht van de subjectief ervaren leefbaarheid van de woonbuurt en de beleving van buurtproblemen op basis van de Integrale VeiligheidsMonitor (IVM).
De gepresenteerde cijfers hebben betrekking op vormen van overlast, dreiging en fysieke verloedering die volgens de respondenten in hun buurt kunnen voorkomen, over hun mening over fysieke voorzieningen, sociale cohesie en de ontwikkeling van de buurt, over hun oordeel van de woonomgeving, de leefbaarheid en veiligheid in de buurt, en over hun eigen inzet voor de buurt.
Het gaat steeds om gegevens over de bevolking van 15 jaar of ouder, tenzij anders vermeld. Opgenomen zijn de landelijke cijfers en de cijfers naar persoonskenmerken.
Door wijziging in vraagstelling, onderzoeksopzet en/of context zijn de IVM-gegevens vanaf 2008 niet vergelijkbaar met gegevens uit andere bronnen, zoals de Veiligheidsmonitor Rijk (VMR; 2005-2008) en eerdere veiligheids- en/of slachtofferenquêtes.
De enquête is uitgevoerd in het laatste kwartaal van het jaar.

Gegevens beschikbaar van 2008 tot en met 2009.

Status van de cijfers:
De gegevens zijn definitief.

Wijzigingen per 28 november 2018
In de vorige versie waren de leeftijdscategorieën niet juist gevuld: in plaats van tot een bepaalde leeftijd stonden er cijfers die uitgingen van tot en met een bepaalde leeftijd. Bijvoorbeeld de cijfers van leeftijdscategorie 15 tot 18 jaar bevatte abusievelijk ook cijfers van 18 jarigen. Dit is nu gecorrigeerd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Deze tabel wordt opgevolgd door Leefbaarheid en overlast in buurt; persoonskenmerken. Zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Buurtproblemen
In de IVM zijn aan alle respondenten vragen gesteld over een aantal
vormen van overlast, dreiging en fysieke verloedering waarmee de buurt
te maken kan hebben.
Voor elk van deze problemen kan de respondent aangeven of die in zijn
buurt vaak, soms, of nooit of bijna nooit voorkomen.
Fysieke verloedering
Fysieke verloedering omvat de deelproblemen:
- bekladding van muren en/of gebouwen;
- rommel op straat;
- hondenpoep;
- vernieling van telefooncellen, bus- of tramhokjes.
Bekladding van muren, gebouwen
Vernieling van straatmeubilair
Overlast van vermogensdelicten
Overlast van vermogensdelicten omvat de deelproblemen:
- fietsendiefstal;
- diefstal uit auto's;
- beschadiging of vernieling aan auto's en diefstal vanaf auto's,
bijvoorbeeld wieldoppen, etc.;
- inbraak in woningen.
Fietsendiefstal
Diefstal uit auto's
Beschadiging aan/ diefstal uit auto's
Inbraak in woningen
Overlast vermogensdelicten -schaalscore
De schaalscore 'overlast van vermogensdelicten' is gebaseerd op vier
vragen over het voorkomen van vermogensdelicten in de woonbuurt.
Hoe hoger de score op deze schaal, hoe ernstiger men dergelijke
overlast ervaart. Het gaat om de vragen over de volgende items:
- fietsendiefstal;
- diefstal uit auto's;
- beschadiging aan / diefstal vanaf auto's;
- inbraak in woningen.
(komt vaak voor =2, komt soms voor = 1, komt (bijna) nooit voor =0; weet
niet/geen mening = missing).
De schaalscore wordt weergegeven als een cijfer tussen 0 en 10. Om
dit te bereiken worden alle afzonderlijke waarden opgeteld en
vermenigvuldigd met een factor. In dit geval is dat de factor 10/8.
Overige overlast
Overige overlast omvat de deelproblemen:
- overlast door omwonenden;
- andere vormen van geluidsoverlast;
- overlast van zwervers / daklozen;
- overlast door horecagelegenheden.
Andere vormen van geluidsoverlast
Overlast van zwervers/daklozen