Leefstijl, preventief onderzoek; persoonskenmerken; 2010-2013
| Persoonskenmerken | Cijfersoort | Perioden | Lengte en gewicht Onder- en overgewicht, 4 jaar of ouder Mate van overgewicht Matig overgewicht (%) | Lengte en gewicht Onder- en overgewicht, 4 jaar of ouder Mate van overgewicht Ernstig overgewicht (%) |
|---|---|---|---|---|
| Hoogte van het vermogen: 1e 20%-groep | Percentages/aantallen | 2013 | 29,9 | 9,6 |
| Hoogte van het vermogen: 1e 20%-groep | Standaardfouten | 2013 | 0,9 | 0,6 |
| Hoogte van het vermogen: 2e 20%-groep | Percentages/aantallen | 2013 | 30,4 | 15,2 |
| Hoogte van het vermogen: 2e 20%-groep | Standaardfouten | 2013 | 1,1 | 0,8 |
| Hoogte van het vermogen: 3e 20%-groep | Percentages/aantallen | 2013 | 31,7 | 9,6 |
| Hoogte van het vermogen: 3e 20%-groep | Standaardfouten | 2013 | 1,0 | 0,6 |
| Hoogte van het vermogen: 4e 20%-groep | Percentages/aantallen | 2013 | 33,1 | 9,8 |
| Hoogte van het vermogen: 4e 20%-groep | Standaardfouten | 2013 | 0,9 | 0,5 |
| Hoogte van het vermogen: 5e 20%-groep | Percentages/aantallen | 2013 | 31,8 | 7,9 |
| Hoogte van het vermogen: 5e 20%-groep | Standaardfouten | 2013 | 0,9 | 0,5 |
| Hoogte van de welvaart: 1e 20%-groep | Percentages/aantallen | 2013 | 25,8 | 11,5 |
| Hoogte van de welvaart: 1e 20%-groep | Standaardfouten | 2013 | 1,5 | 1,1 |
| Hoogte van de welvaart: 2e 20%-groep | Percentages/aantallen | 2013 | 29,3 | 12,7 |
| Hoogte van de welvaart: 2e 20%-groep | Standaardfouten | 2013 | 0,9 | 0,6 |
| Hoogte van de welvaart: 3e 20%-groep | Percentages/aantallen | 2013 | 32,1 | 10,8 |
| Hoogte van de welvaart: 3e 20%-groep | Standaardfouten | 2013 | 0,8 | 0,5 |
| Hoogte van de welvaart: 4e 20%-groep | Percentages/aantallen | 2013 | 34,6 | 8,8 |
| Hoogte van de welvaart: 4e 20%-groep | Standaardfouten | 2013 | 0,8 | 0,5 |
| Hoogte van de welvaart: 5e 20%-groep | Percentages/aantallen | 2013 | 31,4 | 6,6 |
| Hoogte van de welvaart: 5e 20%-groep | Standaardfouten | 2013 | 1,0 | 0,5 |
| Bron: CBS. | ||||
Tabeltoelichting
Deze tabel beschrijft de leefstijl en het preventieve gedrag van de Nederlandse bevolking. Daarbij wordt ingegaan op de volgende aspecten van leefstijl en preventief gedrag:
- roken
- alcoholgebruik
- lengte, gewicht, ondergewicht en overgewicht
- gebruik van de anticonceptiepil
- preventief onderzoek
- griepvaccinatie
- lichamelijke activiteit
De gegevens komen uit de Gezondheidsenquête van het CBS en zijn uit te splitsen naar diverse persoonskenmerken. De Gezondheidsenquête is een doorlopend onderzoek onder de Nederlandse bevolking in particuliere huishoudens.
Deze tabel is stopgezet, omdat er met ingang van statistiekjaar 2014 een nieuwe tabel is gestart. Zie paragraaf 3.
Gegevens beschikbaar van 2010 tot en met 2013
Status van de cijfers: definitief
Wijzigingen per 5 april 2016:
De cijfers van 2013 zijn aangevuld met de uitsplitsing naar inkomen, vermogen en welvaart.
Wijzigingen per 8 april 2015:
De cijfers over lichamelijke activiteit zijn gewijzigd voor de jaren 2012 en 2013. De berekening bleek niet correct, waardoor onder andere de cijfers over het voldoen aan de Nederlandse norm gezond bewegen te hoog uitkwamen. Dit is nu gecorrigeerd.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Deze tabel wordt niet meer aangevuld. Cijfers over de jaren vanaf 2014 over leefstijl en (preventief) gezondheidsonderzoek staan in tabel Leefstijl en (preventief) gezondheidsonderzoek; persoonskenmerken. Zie paragaaf 3.
Toelichting onderwerpen
- Lengte en gewicht
- Lengte: eigen opgave van lengte van de respondent van 20 jaar of ouder in cm zonder schoenen. Gewicht: eigen opgave van gewicht van de respondent van 20 jaar of ouder in kg zonder kleren en voor een eventuele zwangerschap.
- Onder- en overgewicht, 4 jaar of ouder
- Een maat voor onder- of overgewicht is de Body Mass Index (BMI). Het is het quotiënt van het gewicht in kilogrammen en het kwadraat van de lengte in meters [kg/m2]. Het is een algemeen aanvaarde maat voor het bepalen van onder- en overgewicht bij volwassenen van 20 jaar of ouder. De criteria luiden als volgt:
BMI < 18,5 kg/m2 = ondergewicht
BMI 18,5 kg/m2 tot 25,0 kg/m2 = normaal gewicht
BMI >= 25,0 kg/m2 = overgewicht
BMI 25,0 kg/m2 tot 30,0 kg/m2 = matig overgewicht
BMI >= 30,0 kg/m2 = ernstig overgewicht
Omdat kinderen nog groeien is één vaste waarde voor ondergewicht, normaal gewicht, overgewicht en ernstig overgewicht, zoals dat bij volwassenen het geval is, niet bruikbaar. Bovendien is de BMI bij kinderen geslachtsafhankelijk. Bij meisjes is de waarde gemiddeld iets hoger dan bij jongens. In 2000 zijn door de International Obesity Task Force van de World Health Organisation op basis van 6 grote internationale groeistudies (waaronder de 1997-versie van Nederland) criteria voorgesteld voor het vaststellen van overgewicht en ernstig overgewicht bij kinderen jonger dan 18 jaar. Per leeftijdsjaar en apart voor jongens en meisjes zijn afkappunten bepaald voor de BMI waarboven dan sprake is van overgewicht of ernstig overgewicht (Cole T.J., Bellizzi M.C., Flegal K.M. Dietz W.H. Establishing a standard definition for child overweight and obesity worldwide. International survey. BMJ 2000;320:1-6). Deze criteria zijn zó gekozen dat deze vanaf 18 jaar corresponderen met de geaccepteerde waarden voor overgewicht (BMI >= 25 kg/m2) en ernstig overgewicht (BMI >= 30 kg/m2). In 2007 zijn op basis van dezelfde studies, afkappunten voor ondergewicht en normaal gewicht bij kinderen bepaald. Per leeftijdsjaar en apart voor jongens en meisjes (Cole, T. J., K. M. Flegal, Nicholls, D., Jackson, A.A. Body mass index cut offs to define thinness in children and adolescents: international survey.BMJ 2007 335: 1-8). Ondergewicht bij kinderen is te classificeren in verschillende gradaties die vanaf 18 jaar corresponderen met een BMI van 18,5, 17 of 16 kg/m2. De criteria voor ondergewicht en normaal gewicht voor deze tabel zijn zo gekozen dat deze in overeenstemming zijn met een BMI van 17,0 kg/m2 en 25,0 kg/m2 op 18-jarige leeftijd. Deze definitie van ondergewicht sluit voor personen onder de 18 jaar aan bij de definitie van de World Health Organization voor een laag gewicht naar lengte bij kinderen. Daarnaast wordt deze grens aanbevolen door de onderzoekers van bovenstaande studie (Cole et al, 2007). Tevens wordt deze grens voor ondergewicht gebruikt in de Nederlandse groeidiagrammen, ontwikkeld door TNO. Voor 18 en 19-jarigen zijn grenswaarden voor ondergewicht geschat door lineair te interpoleren tussen de grenswaarden voor 17-jarigen en 20-jarigen. In de tabellen zijn niet betrokken de respondenten met onbekende lengte en / of gewicht en de respondenten met een onwaarschijnlijk gewicht in relatie tot de opgegeven lengte. In dit laatste geval betreft het personen 20 jaar of ouder met een BMI van kleiner dan 14 kg/m2 of groter dan 45 kg/m2 en personen jonger dan 20 jaar met een BMI van kleiner dan 10 kg/m2 of groter dan 45 kg/m2.- Mate van overgewicht
- Matig overgewicht
- % personen met een BMI vanaf 25,0 kg/m2 tot 30,0 kg/m2. Voor personen jonger dan 18 jaar gelden andere grenswaarden. Deze waarden corresponderen met de BMI-waarden van 25,0 kg/m2 en 30,0 kg/m2 voor volwassenen.
- Ernstig overgewicht
- % personen met een BMI van 30,0 kg/m2 en hoger. Voor personen jonger dan 18 jaar gelden andere grenswaarden. Deze waarden corresponderen met een een BMI-waarde van 30,0 kg/m2 voor volwassenen.