Huishoudelijk afval per gemeente per inwoner, 2001-2014

Huishoudelijk afval per gemeente per inwoner, 2001-2014

Regio's Perioden Huishoudelijk afval naar soort afval Vloerbedekking (kg per inwoner) Huishoudelijk afval naar soort afval Bitumenhoudende dakbedekking (kg per inwoner) Kenmerken gemeente Stedelijkheid
Ede 2014* 0 1 Matig stedelijk
Enschede 2014* 0 0 Sterk stedelijk
Goedereede 2014*
Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2014* 0 0 Weinig stedelijk
Heemstede 2014* 3 1 Sterk stedelijk
Medemblik 2014* 0 2 Niet stedelijk
Neder-Betuwe 2014* 2 0 Niet stedelijk
Nederhorst den Berg 2014*
Nederlek 2014* . . Weinig stedelijk
Nederweert 2014* 2 2 Weinig stedelijk
Neede 2014*
Nuenen, Gerwen en Nederwetten 2014* 2 2 Matig stedelijk
Rheden 2014* 1 1 Matig stedelijk
Sint-Oedenrode 2014* 1 0 Weinig stedelijk
Stede Broec 2014* 0 2 Matig stedelijk
Wijk bij Duurstede 2014* 0 1 Matig stedelijk
Zederik 2014* 1 1 Niet stedelijk
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel toont de hoeveelheden ingezameld huishoudelijk afval per gemeente. Deze gegevens zijn verzameld in het kader van de statistiek "Gemeentelijk afval, hoeveelheden". Een klein deel van de gemeenten stuurt de vragenlijst niet in en van deze gemeenten zijn daarom geen cijfers beschikbaar. Ook van de gemeenten die wel de vragenlijst hebben ingestuurd, kunnen cijfers over één of meer afvalsoorten ontbreken. De hoeveelheden per gemeente zijn daarom ook niet optelbaar tot een landelijk totaal.

Als de gegevens van één of meer afvalcomponenten ontbreken is het niet mogelijk de totale hoeveelheid huishoudelijk afval per gemeente te bepalen. Om toch een totale hoeveelheid per gemeente te kunnen publiceren is er voor gekozen om bijgeschatte gegevens te gebruiken. Dit is echter alleen gedaan wanneer de hoeveelheden van de afvalsoorten waarvan de gegevens ontbreken relatief klein zijn.

Wanneer meerdere gemeenten een gezamenlijke milieustraat beheren of als gemeenten het afval laten inzamelen door een gemeenschappelijke regeling, zijn hierdoor niet altijd cijfers per individuele gemeente beschikbaar. In deze gevallen wordt de totale hoeveelheid ingezameld afval op basis van het aantal inwoners over de gemeenten verdeeld. Dit heeft tot gevolg dat alle deelnemende gemeenten dezelfde hoeveelheid afval per inwoner krijgen toegedeeld.

De hoeveelheid huishoudelijk afval per inwoner kan per gemeente sterk variëren. Hiervoor zijn meerdere oorzaken aan te wijzen. Zo zal in een gemeente met veel hoogbouw minder GFT-afval en grof tuinafval vrijkomen omdat er minder tuinen zijn. In gemeenten met een diftar-systeem, waarbij de huishoudens meer moeten betalen als ze meer afval afgeven, komt vaak minder afval per inwoner vrij. Toeristische gemeenten zamelen vaak meer afval in. Dit laatste is vooral zichtbaar op de Waddeneilanden waar relatief veel afval per inwoner vrijkomt.

Deze tabel is stopgezet omdat een nieuwe versie beschikbaar is, waarin meer afvalstoffen worden weergegeven.

Gegevens beschikbaar vanaf: 2001 tot en met 2014.

Status van de cijfers:
De cijfers over 2014 zijn voorlopig. Aangezien deze tabel is stopgezet worden deze gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 15 juli 2016
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing, deze tabel wordt opgevolgd door Huishoudelijk afval per gemeente per inwoner, zie paragraaf 3.

Toelichting onderwerpen

Huishoudelijk afval naar soort afval
Hoeveelheid huishoudelijk afval in kilogram per inwoner. Bij de
berekeningen is uitgegaan van het aantal inwoners per 1 januari van het
betreffende jaar.
Vloerbedekking
Betreft uitsluitend vloerbedekking van textiel.
Bitumenhoudende dakbedekking
Kenmerken gemeente
Stedelijkheid
De indeling van gemeenten naar stedelijkheid is gebaseerd op de
omgevingsadressendichtheid van de gemeente.
Allereerst is voor ieder adres binnen een gemeente de adressendichtheid
vastgesteld van een gebied met een straal van 1 km rondom dat adres. De
omgevings-adressendichtheid van een gemeente is de gemiddelde waarde
hiervan voor alle adressen binnen die gemeente.
De vijf stedelijkheidsklassen zijn gebaseerd op klassegrenzen van
2500, 1500, 1000 en 500 adressen per km².
De volgende klassen worden onderscheiden:
- Zeer sterk stedelijk (omgevingsadressendichtheid van 2500 of meer);
- Sterk stedelijk (omgevingsadressendichtheid van 1500 tot 2500);
- Matig stedelijk (omgevingsadressendichtheid van 1000 tot 1500);
- Weinig stedelijk (omgevingsadressendichtheid van 500 tot 1000);
- Niet-stedelijk (omgevingsadressendichtheid van minder dan 500).
Meer informatie is opgenomen in de Maandstatistiek van de bevolking,
juli 1992, en het Statistisch magazine nr.3, 1992.