Buurtproblemen, onveiligheid, slachtofferschap naar kenmerken(VMR '05-'08)
| Persoons- en buurtkenmerken | Cijfersoort | Perioden | Buurtproblemen Sociale cohesie Veel contact met directe buren (% (helemaal) eens) |
|---|---|---|---|
| Standaard huishoudinkomen 1e 20% groep | Waarde | 2008 | 58,2 |
| Standaard huishoudinkomen 1e 20% groep | Betrouwbaarheidsmarge | 2008 | 1,8 |
| Standaard huishoudinkomen 2e 20% groep | Waarde | 2008 | 66,9 |
| Standaard huishoudinkomen 2e 20% groep | Betrouwbaarheidsmarge | 2008 | 1,4 |
| Standaard huishoudinkomen 3e 20% groep | Waarde | 2008 | 66,7 |
| Standaard huishoudinkomen 3e 20% groep | Betrouwbaarheidsmarge | 2008 | 1,4 |
| Standaard huishoudinkomen 4e 20% groep | Waarde | 2008 | 67,1 |
| Standaard huishoudinkomen 4e 20% groep | Betrouwbaarheidsmarge | 2008 | 1,3 |
| Standaard huishoudinkomen 5e 20% groep | Waarde | 2008 | 66,5 |
| Standaard huishoudinkomen 5e 20% groep | Betrouwbaarheidsmarge | 2008 | 1,3 |
| Bron: CBS. | |||
Tabeltoelichting
In deze tabel vindt u een overzicht van ervaren buurtproblemen, onveiligheidsbeleving en slachtofferschap van
personen op basis van de Veiligheids Monitor Rijk (VMR).
Het gaat over buurtproblemen (verkeersoverlast, overige overlast, fysieke verloedering en sociale cohesie), onveiligheidsgevoelens, (onveiligheidsgevoelens algemeen en in specifieke situaties, vermijdingsgedrag), slachtofferschap van criminaliteit (slachtofferschap totaal, geweldsdelicten en vermogensdelicten).
Het gaat steeds om gegevens over de bevolking van 15 jaar of ouder, tenzij anders vermeld. Opgenomen zijn de landelijke cijfers en de cijfers naar persoons- en buurtkenmerken.
De buurten zijn ingedeeld op basis van 6-cijferige postcodes zoals beschreven in de tabel href="http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=70904NED&D1=0,9,12-16,119-122&D2=10073-10091,10093-10096,10099-10125,10127-10141&D3=4&VW=T">Kerncijfers wijken en buurten 2003-2008.
De VMR is telkens uitgevoerd in het eerste kwartaal van de jaren 2005 t/m 2008.
Omdat een groot deel van de VMR betrekking heeft op ervaringen in de voorgaande 12 maanden zijn hieraan telkens de buurtgegevens gekoppeld over het jaar voorafgaande aan het interviewjaar van de VMR.
Door wijziging in vraagstelling, onderzoeksopzet en/of context zijn de VMR-gegevens niet vergelijkbaar met gegevens uit andere bronnen, zoals de Integrale VeiligheidsMonitor (IVM, vanaf 2008) en eerdere veiligheids- en/of slachtofferenquêtes.
Gegevens beschikbaar: 2005 tot en met 2008
Deze tabel is stopgezet per 15-3-2013 en voortgezet als “Leefbaarheid woonbuurt; persoonskenmerken (IVM)”, “Leefbaarheid woonbuurt; buurtkenmerken (IVM)” “Onveiligheidsbeleving; persoonskenmerken (IVM)”, “Onveiligheidsbeleving; buurtkenmerken (IVM)”, “Slachtofferschap; persoonskenmerken (IVM)” en “Slachtofferschap; buurtkenmerken (IVM)”. Zie ook paragraaf 3.
Status van de cijfers: definitief
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Deze tabel is stopgezet per 15-3-2013.
Toelichting onderwerpen
- Buurtproblemen
- In de VMR zijn aan alle respondenten vragen gesteld over problemen
waarmee de buurt te maken kan hebben,
zoals verkeersoverlast, overige overlast en fysieke verloedering.
Daarbij worden telkens deelproblemen genoemd waarvan de respondent
kan aangeven of die in zijn buurt vaak, soms, of nooit of bijna nooit
voorkomen.- Sociale cohesie
- In de VMR is - mede op verzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau -
een aantal vragen opgenomen over de betrokkenheid van respondenten bij de
beleving van hun woonbuurt. Dit gebeurt in de vorm van
een achttal stellingen waarvan de respondenten kunnen aangeven in
hoeverre zij het hiermee eens zijn (antwoordmogelijkheden: helemaal
mee eens; mee eens; niet mee eens, niet mee oneens; mee oneens;
helemaal mee oneens).- Veel contact met directe buren
- Stelling: Ik heb veel contact met mijn directe buren.