Moeders; binding met de arbeidsmarkt, 2001-2013

Moeders; binding met de arbeidsmarkt, 2001-2013

Positie van moeders in het huishouden Persoonskenmerken Perioden Moeders in werkloze en niet beroepsbev. Wil/kan niet > 12 uur per week werken Reden wil geen werk van 12 uur of meer Zorg voor gezin of huishouden (x 1 000) Moeders in werkloze en niet beroepsbev. Wil/kan niet > 12 uur per week werken Reden wil geen werk van 12 uur of meer Overige redenen (x 1 000)
Totaal alleenst. en samenwonende moeders Burgerlijke staat: gescheiden 2013 6 24
Alleenstaande moeder Burgerlijke staat: gescheiden 2013 4 20
Lid van ouderpaar Burgerlijke staat: gescheiden 2013 . 3
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel gaat over de arbeidsdeelname, arbeidsduur en binding met de arbeidsmarkt van moeders van 15 tot 65 jaar met minstens een kind jonger dan 18 jaar in het huishouden. De gegevens worden uitgesplitst naar positie in het huishouden (alleenstaand versus lid van ouderpaar), leeftijd van de moeder en kind, opleidingsniveau, migratieachtergrond en burgerlijke staat (gehuwd, gescheiden, verweduwd en nooit gehuwd).

Gegevens beschikbaar van 2001 tot en met 2013.

Status van de cijfers
Cijfers op basis van de EBB zijn altijd definitief.

Wijziging per 4 juli 2018:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Moeders in werkloze en niet beroepsbev.
Willen werken voor moeders in de werkloze en moeders in de niet
beroepsbevolking. Moeders uit de niet beroepsbevolking worden daarnaast
nog onderscheiden in niet willen of kunnen werken voor 12 uur of meer per
week, niet willen of kunnen werken vanwege zorg voor het gezin
en/of huishouden en niet willen of kunnen werken vanwege andere redenen.
Wil/kan niet > 12 uur per week werken
Moeders die niet meer dan 12 uur per week willen of kunnen werken.
Reden wil geen werk van 12 uur of meer
Zorg voor gezin of huishouden
Overige redenen
Onder overige redenen om niet te kunnen of willen werken vallen onder
meer ziekte/arbeidsongeschiktheid, opleiding/studie en hoge leeftijd /
pensioen (vut).