Inkomensverdeling alle huishoudens naar inkomensgroepen, 2006

Inkomensverdeling alle huishoudens naar inkomensgroepen, 2006

Regio's Inkomensverdeling Aantal huishoudens (absoluut) * (x 1 000) Aantal huishoudens (in %) * (%)
Zuidoost-Friesland (CR) Totaal huishouden 88,3 100
Zuidoost-Friesland (CR) 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 7,1 8
Zuidoost-Friesland (CR) 2e 10%-groep; 11 700 tot 15 100 euro 9,9 11
Zuidoost-Friesland (CR) 3e 10%-groep; 15 100 tot 18 400 euro 9,3 11
Zuidoost-Friesland (CR) 4e 10%-groep; 18 400 tot 21 900 euro 9,5 11
Zuidoost-Friesland (CR) 5e 10%-groep; 21 900 tot 26 000 euro 9,5 11
Zuidoost-Friesland (CR) 6e 10%-groep; 26 000 tot 30 500 euro 10,2 12
Zuidoost-Friesland (CR) 7e 10%-groep; 30 500 tot 35 400 euro 9,7 11
Zuidoost-Friesland (CR) 8e 10%-groep; 35 400 tot 41 600 euro 8,9 10
Zuidoost-Friesland (CR) 9e 10%-groep; 41 600 tot 52 200 euro 7,7 9
Zuidoost-Friesland (CR) 10e 10%-groep; meer dan 52 200 euro 6,6 7
Zuidoost-Friesland (CR) 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 7,1 8
Zuidoost-Friesland (CR) 2e-4e 10%-groep; 11 700 tot 21 900 euro 28,7 32
Zuidoost-Friesland (CR) 5e-8e 10%-groep; 21 900 tot 41 600 euro 38,2 43
Zuidoost-Friesland (CR) 9e-10e 10%-groep; meer dan 41 600 euro 14,3 16
Zuidoost-Drenthe (CR) Totaal huishouden 73,1 100
Zuidoost-Drenthe (CR) 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 5,4 7
Zuidoost-Drenthe (CR) 2e 10%-groep; 11 700 tot 15 100 euro 8,1 11
Zuidoost-Drenthe (CR) 3e 10%-groep; 15 100 tot 18 400 euro 8,2 11
Zuidoost-Drenthe (CR) 4e 10%-groep; 18 400 tot 21 900 euro 8,0 11
Zuidoost-Drenthe (CR) 5e 10%-groep; 21 900 tot 26 000 euro 8,4 11
Zuidoost-Drenthe (CR) 6e 10%-groep; 26 000 tot 30 500 euro 8,1 11
Zuidoost-Drenthe (CR) 7e 10%-groep; 30 500 tot 35 400 euro 8,2 11
Zuidoost-Drenthe (CR) 8e 10%-groep; 35 400 tot 41 600 euro 7,5 10
Zuidoost-Drenthe (CR) 9e 10%-groep; 41 600 tot 52 200 euro 6,4 9
Zuidoost-Drenthe (CR) 10e 10%-groep; meer dan 52 200 euro 4,7 6
Zuidoost-Drenthe (CR) 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 5,4 7
Zuidoost-Drenthe (CR) 2e-4e 10%-groep; 11 700 tot 21 900 euro 24,4 33
Zuidoost-Drenthe (CR) 5e-8e 10%-groep; 21 900 tot 41 600 euro 32,2 44
Zuidoost-Drenthe (CR) 9e-10e 10%-groep; meer dan 41 600 euro 11,1 15
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) Totaal huishouden 163,9 100
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 10,7 7
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2e 10%-groep; 11 700 tot 15 100 euro 16,2 10
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 3e 10%-groep; 15 100 tot 18 400 euro 16,5 10
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 4e 10%-groep; 18 400 tot 21 900 euro 16,4 10
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 5e 10%-groep; 21 900 tot 26 000 euro 16,8 10
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 6e 10%-groep; 26 000 tot 30 500 euro 17,6 11
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 7e 10%-groep; 30 500 tot 35 400 euro 17,2 11
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 8e 10%-groep; 35 400 tot 41 600 euro 18,2 11
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 9e 10%-groep; 41 600 tot 52 200 euro 17,3 11
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 10e 10%-groep; meer dan 52 200 euro 16,9 10
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 10,7 7
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2e-4e 10%-groep; 11 700 tot 21 900 euro 49,1 30
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 5e-8e 10%-groep; 21 900 tot 41 600 euro 69,8 43
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 9e-10e 10%-groep; meer dan 41 600 euro 34,3 21
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) Totaal huishouden 316,0 100
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 27,1 9
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2e 10%-groep; 11 700 tot 15 100 euro 29,5 9
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 3e 10%-groep; 15 100 tot 18 400 euro 30,1 10
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 4e 10%-groep; 18 400 tot 21 900 euro 30,9 10
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 5e 10%-groep; 21 900 tot 26 000 euro 31,5 10
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 6e 10%-groep; 26 000 tot 30 500 euro 32,4 10
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 7e 10%-groep; 30 500 tot 35 400 euro 34,0 11
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 8e 10%-groep; 35 400 tot 41 600 euro 33,0 10
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 9e 10%-groep; 41 600 tot 52 200 euro 34,4 11
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 10e 10%-groep; meer dan 52 200 euro 33,0 10
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 27,1 9
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2e-4e 10%-groep; 11 700 tot 21 900 euro 90,6 29
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 5e-8e 10%-groep; 21 900 tot 41 600 euro 131,0 41
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 9e-10e 10%-groep; meer dan 41 600 euro 67,3 21
Bergambacht Totaal huishouden 3,7 100
Bergambacht 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 0,2 6
Bergambacht 2e 10%-groep; 11 700 tot 15 100 euro 0,3 8
Bergambacht 3e 10%-groep; 15 100 tot 18 400 euro 0,3 8
Bergambacht 4e 10%-groep; 18 400 tot 21 900 euro 0,3 8
Bergambacht 5e 10%-groep; 21 900 tot 26 000 euro 0,3 8
Bergambacht 6e 10%-groep; 26 000 tot 30 500 euro 0,5 12
Bergambacht 7e 10%-groep; 30 500 tot 35 400 euro 0,4 10
Bergambacht 8e 10%-groep; 35 400 tot 41 600 euro 0,4 11
Bergambacht 9e 10%-groep; 41 600 tot 52 200 euro 0,6 16
Bergambacht 10e 10%-groep; meer dan 52 200 euro 0,5 14
Bergambacht 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 0,2 6
Bergambacht 2e-4e 10%-groep; 11 700 tot 21 900 euro 0,9 24
Bergambacht 5e-8e 10%-groep; 21 900 tot 41 600 euro 1,5 41
Bergambacht 9e-10e 10%-groep; meer dan 41 600 euro 1,1 29
Hendrik-Ido-Ambacht Totaal huishouden 9,5 100
Hendrik-Ido-Ambacht 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 0,4 4
Hendrik-Ido-Ambacht 2e 10%-groep; 11 700 tot 15 100 euro 0,6 6
Hendrik-Ido-Ambacht 3e 10%-groep; 15 100 tot 18 400 euro 0,6 6
Hendrik-Ido-Ambacht 4e 10%-groep; 18 400 tot 21 900 euro 0,8 8
Hendrik-Ido-Ambacht 5e 10%-groep; 21 900 tot 26 000 euro 0,9 10
Hendrik-Ido-Ambacht 6e 10%-groep; 26 000 tot 30 500 euro 1,1 11
Hendrik-Ido-Ambacht 7e 10%-groep; 30 500 tot 35 400 euro 1,2 13
Hendrik-Ido-Ambacht 8e 10%-groep; 35 400 tot 41 600 euro 1,4 15
Hendrik-Ido-Ambacht 9e 10%-groep; 41 600 tot 52 200 euro 1,2 13
Hendrik-Ido-Ambacht 10e 10%-groep; meer dan 52 200 euro 1,3 14
Hendrik-Ido-Ambacht 1e 10%-groep; minder dan 11 700 euro 0,4 4
Hendrik-Ido-Ambacht 2e-4e 10%-groep; 11 700 tot 21 900 euro 1,9 20
Hendrik-Ido-Ambacht 5e-8e 10%-groep; 21 900 tot 41 600 euro 4,6 48
Hendrik-Ido-Ambacht 9e-10e 10%-groep; meer dan 41 600 euro 2,6 27
Bron: cbs.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel geeft het aantal huishoudens in Nederland, zowel absoluut
als in procenten, uitgesplitst naar 10%-groepen van het besteedbaar
inkomen van huishoudens.
De cijfers zijn uitgesplitst naar landsdeel, provincie, corop-gebied,
grootstedelijke agglomeratie, stadsgewest en gemeente.

De gegevens komen uit het Regionaal Inkomensonderzoek (RIO) 2006 van
het CBS. De peildatum is 1 januari 2007; de inkomensgegevens hebben
betrekking op het onderzoeksjaar 2006. Het betreft voorlopige cijfers.

Frequentie: eenmalig
Omdat de gemeentelijke indeling jaarlijks kan veranderen worden de
uitkomsten uit het RIO voor elk afzonderlijk onderzoeksjaar
gepubliceerd; samenvoeging of splitsing van gemeenten heeft tot
gevolg dat alle informatie gerelateerd aan het inkomen in een nieuw
gevormde of gesplitste gemeente aanzienlijk kan wijzigen waardoor
vergelijkbaarheid in de tijd niet mogelijk is.

Toelichting onderwerpen

Aantal huishoudens (absoluut) *
De hier opgenomen populatie betreft particuliere-, studenten- en
institutionele huishoudens met inkomen.
Aantal huishoudens (in %) *
De hier opgenomen populatie betreft particuliere-, studenten- en
institutionele huishoudens met inkomen in procenten van het totaal
aantal per afzonderlijke regio.