Ondernemingsklimaat; ondernemerschap internationaal vergeleken 1990-2012
| Landen | Perioden | Aankomend en jong ondernemerschap (TEA-index) | Aandeel snel groeiende ondernemingen (% van alle bedrijven) | Aandeel zelfstandig ondernemerschap Mannen (% van werkzame mannen) | Aandeel zelfstandig ondernemerschap Vrouwen (% van werkzame vrouwen) |
|---|---|---|---|---|---|
| Denemarken | 2012 | . | . | . | . |
| Zweden | 2012 | . | . | . | . |
| Bron: CBS. | |||||
Tabeltoelichting
Deze tabel geeft voor een aantal landen een overzicht van:
- de ondernemersquote;
- het aandeel ondernemers en het aandeel jonge ondernemers in de beroepsbevolking;
- de bedrijfsdemografische dynamiek (oprichtingen en opheffingen van bedrijven, overlevingskansen van bedrijven);
- het aandeel snelle groeiers op het totale aantal bedrijven;
- de houding ten opzichte van ondernemerschap;
- het aandeel zelfstandige ondernemers onder werkzame personen (naar geslacht).
Veel bedrijfsdemografische dynamiek, veel snelle groeiers, veel (jonge) zelfstandige ondernemers en een positieve houding ten opzichte van ondernemerschap duiden op een gunstig ondernemingsklimaat.
Let op: Om een internationale vergelijking mogelijk te maken is bij de bepaling van de hier gepresenteerde cijfers gebruik gemaakt van internationaal vergelijkbare definities, die soms afwijken van de normaal door het CBS gehanteerde definities. Hierdoor kunnen verschillen optreden tussen deze cijfers en elders op de CBS-website gepubliceerde nationale cijfers.
Gegevens beschikbaar vanaf 1990 tot en met 2012.
Status van de cijfers:
De externe bronnen van deze cijfers leveren regelmatig bijgestelde gegevens over voorgaande perioden. Deze bijgestelde gegevens worden in de tabel niet als zodanig aangemerkt.
Wijzigingen per 22 december 2017:
Geen, tabel is stop gezet.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet.
Toelichting onderwerpen
- Aankomend en jong ondernemerschap
- De Total Entrepreneurial Activity-Index (TEA-index) staat voor de som van het aantal personen dat bezig is een bedrijf op te richten (aankomende ondernemers) of dat een bedrijf bezit/leidt dat minder dan 3,5 jaar bestaat (jonge ondernemers), uitgedrukt als percentage van de beroepsbevolking. In de TEA-index zijn alleen de oprichtingen met rechtspersoon opgenomen (zoals een BV of NV).
Bron: EIM, Global Entrepreneurship Monitor (GEM).
De TEA is een index voor de mate van nieuw ondernemerschap per land en wordt berekend als het percentage van mensen die dergelijke activiteiten ondernemen ten opzichte van de beroepsbevolking (bevolking tussen 18 en 64 jaar). De GEM is in 1999 van start gegaan op initiatief van 10 landen. Sinds 2001 neemt het EIM binnen het programma 'MKB en Ondernemerschat' deel aan de GEM. Jaarlijks zijn nu ruim dertig landen, waaronder twintig OESO-landen, betrokken bij dit onderzoek, zodat een goede internationale vergelijking mogelijk is van de mate van nieuw ondernemerschap en van het ondernemingsklimaat. - Aandeel snel groeiende ondernemingen
- Bedrijven die in een periode van 3 jaar minimaal 60% groeien in werkgelegenheid. Het betreft hier bedrijven die in 2003 tussen de 50 en 1 000 werknemers hadden in de nijverheid (NACE Rev 3.1 sectoren C-F), de handel (NACE Rev 3.1 sectoren G-H) en de zakelijke dienstverlening, vervoer en communicatie (NACE Rev 3.1 sectoren I en K). De NACE Rev 3.1 is de Engelstalige Standaard Bedrijfsindeling die door Eurostat wordt gebruikt.
Bronnen: EIM, Internationale benchmark ondernemerschap; EIM, internationale benchmark snelgroeiende bedrijven.
EIM maakte voor de berekeningen rond de snelle groeiers gebruik van gegevens uit gedeponeerde jaarrekeningen. De bron voor de Europese landen is AMADEUS van Bureau Van Dijk. Voor Japan werd een vergelijkbare database van Bureau Van Dijk gebruikt (JADE). Voor de VS heeft EIM gebruikgemaakt van de database COMPUSTAT van Standard & Poor's. Voor de VS kan een zekere bias optreden ten opzichte van de andere landen, omdat in de VS alleen de bedrijven moeten deponeren die genoteerd zijn aan één van de beurzen in de VS. ICT en industrie zijn er oververtegenwoordigd. Er wordt gedeponeerd bij de 'waakhond' SEC. Bij de andere landen wordt gedeponeerd in verband met de rechtsvorm en gedeeltelijk de omvang. Om het aandeel snelle groeiers te bepalen, is per land een selectie van bedrijven gemaakt. Als variabelen zijn meegenomen de omzet, de werkgelegenheid en de loonkosten.
De absolute aantallen bedrijven per sector en grootteklasse zijn ontleend aan officiële statistieken. Voor Europa is dit 'New Cronos' van Eurostat; voor de Verenigde Staten de 'Census of Enterprises' van het U.S. Census Bureau en de US Small Busines Administration; voor Japan de 'Census of Enterprises' van het Japanse statistische bureau. - Aandeel zelfstandig ondernemerschap
- Onder zelfstandige ondernemers vallen onder andere werkgevers (met personeel), zelfstandigen zonder personeel (ZZP'ers) en onbetaald meewerkende gezinsleden (deze laatste groep komt vooral veel voor in kleinschalige landbouw en detailhandel). Directeuren op de loonlijst van grote bedrijven worden niet als zelfstandige ondernemers gezien. Een werkzame persoon is hier gedefinieerd als iemand van 15 jaar of ouder, die ten minste 1 uur per week betaald werk heeft verricht.
Bron: OECD, Factbook 2010.- Mannen
- Deel van mannelijke werkzame personen dat zelfstandig ondernemer is.
- Vrouwen
- Deel van vrouwelijke werkzame personen dat zelfstandig ondernemer is.