Overheidsuitgaven; regulier onderwijs, 1900 - 2008
| Perioden | Studietoelagen, studentenvoorzieningen (mln euro) | Percentage van netto nationaal inkomen (%) |
|---|---|---|
| 2008* | 4.256,6 | 6,6 |
| Bron: CBS. | ||
Tabeltoelichting
In deze historische tabel worden de uitgaven van de Nederlandse overheid
aan regulier onderwijs weergegeven. De uitgaven zijn verdeeld naar de
hedendaagse onderwijssoorten. Voor niet meer bestaande onderwijssoorten is
een zo goed mogelijke omzetting naar een bestaande soort nagestreefd, zodat
de verschillende jaren met elkaar vergeleken kunnen worden. Vanaf 1995
worden de uitgaven voor onderwijs alleen nog berekend volgens
internationaal afgesproken richtlijnen. Deze richtlijnen zijn opgesteld
door een samenwerkingsverband tussen de United Nations Educational,
Scientific and Cultural Organization (Unesco), de Organisatie voor
Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) en Eurostat.
Gegevens beschikbaar vanaf: 1900
Frequentie: stopgezet
Status van de cijfers
De uitkomsten van 1900 tot en met 2007 zijn definitief, de uitkomsten voor
2008 zijn voorlopig.
Wijzigingen per 7 december 2009:
De voorlopige cijfers voor 2008 zijn opgenomen.
De cijfers voor 2007 zijn nu definitief.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet van toepassing.
Toelichting onderwerpen
- Studietoelagen, studentenvoorzieningen
- De overheidsuitgaven aan huishoudens (leerlingen, studenten of ouders) om
tegemoet te komen in de kosten van het volgen van een studie of opleiding.
Vanaf 1995 gaat het om de uitgaven voor de tegemoetkoming in de
schoolkosten (Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten) en de
uitgaven voor de studiefinanciering (Wet studiefinanciering 2000).
Tot en met 1994 omvatten de studentenvoorzieningen ook uitgaven voor
vervoer, voeding, huisvesting, begeleiding en psychologisch onderzoek van
studenten en leerlingen.
Vanaf 1995 worden de ontvangsten van de overheid voor studiefinanciering
niet meer afgetrokken van de uitgaven voor studiefinanciering (bruto
weergave). Tot en met 1994 werden deze ontvangsten wel in mindering
gebracht op de uitgaven (netto weergave). - Percentage van netto nationaal inkomen
- De totale overheidsuitgaven voor onderwijs als percentage van het netto
nationaal inkomen (exclusief afschrijvingen). Dit zijn de
overheidsuitgaven aan onderwijsinstellingen, de overdrachten van het Rijk
aan de gemeenten en de overheidsuitgaven aan huishoudens, bedrijven en
non-profit instellingen.
Alleen uitgaven aan regulier onderwijs worden meegenomen.