Beroepsbevolking; geslacht en leeftijd, 1996-2006

Beroepsbevolking; geslacht en leeftijd, 1996-2006

Geslacht Leeftijd Persoonskenmerken Perioden Werkzaam persoon Totaal werkzame personen (X 1000) Beroepsbevolking Arbeidspositie Beroepsbevolking (X 1000) Werkzame beroepsbevolking Positie in de werkkring Totaal werknemers (X 1000) Geregistreerde werkloosheid Geregistreerde werklozen Totaal geregistreerde werklozen (X 1000) Geregistreerde werkloosheid Geregistreerd werkloosheidspercentage (%) Beroepsniveau Elementaire beroepen (X 1000) Beroepsniveau Lagere beroepen (X 1000) Beroepsniveau Middelbare beroepen (X 1000) Beroepsniveau Hogere beroepen (X 1000) Beroepsniveau Wetenschappelijke beroepen (X 1000) Beroepsniveau Beroepsniveau: onbekend (X 1000)
Mannen en vrouwen Totaal leeftijd Totaal persoonskenmerken 2006 7.937 7.486 6.195 260 3,5 512 1.647 2.707 1.513 611 84
Mannen en vrouwen 15 tot 25 jaar Totaal persoonskenmerken 2006 1.246 849 729 20 2,4 110 314 252 64 10 8
Mannen en vrouwen 25 tot 45 jaar Totaal persoonskenmerken 2006 3.908 3.921 3.299 122 3,1 226 763 1.505 851 341 47
Mannen en vrouwen 45 tot 65 jaar Totaal persoonskenmerken 2006 2.783 2.717 2.166 118 4,4 177 570 950 598 259 29
Mannen Totaal leeftijd Totaal persoonskenmerken 2006 4.345 4.231 3.432 133 3,1 301 949 1.520 837 377 56
Mannen 15 tot 25 jaar Totaal persoonskenmerken 2006 645 449 386 11 2,4 76 162 131 27 5 5
Mannen 25 tot 45 jaar Totaal persoonskenmerken 2006 2.105 2.158 1.781 55 2,6 134 456 823 445 191 31
Mannen 45 tot 65 jaar Totaal persoonskenmerken 2006 1.594 1.623 1.265 67 4,1 91 331 566 365 181 20
Vrouwen Totaal leeftijd Totaal persoonskenmerken 2006 3.592 3.256 2.763 127 3,9 211 698 1.187 676 234 28
Vrouwen 15 tot 25 jaar Totaal persoonskenmerken 2006 601 400 344 10 2,4 34 152 121 37 5 3
Vrouwen 25 tot 45 jaar Totaal persoonskenmerken 2006 1.803 1.763 1.518 66 3,8 92 307 682 406 151 16
Vrouwen 45 tot 65 jaar Totaal persoonskenmerken 2006 1.188 1.094 901 51 4,7 85 239 383 233 78 9
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


In deze tabel vindt u jaarcijfers over de arbeidsdeelname
van de bevolking van 15 tot 65 jaar naar
geslacht, naar leeftijd, onderwijsniveau en herkomst.
De gegevens in deze tabel zijn gebaseerd op de Enquête
beroepsbevolking (EBB). De EBB is een onderzoek dat door
het CBS wordt uitgevoerd om informatie te verzamelen over
de relatie tussen mens en arbeidsmarkt.
Hierbij worden kenmerken van personen in verband gebracht
met hun huidige dan wel toekomstige positie op de arbeidsmarkt.

Vanwege een nieuwe weegmethode van de EBB zijn alle EBB
tabellen stopgezet en verplaatst naar het archief. In plaats
hiervan worden nieuwe tabellen gemaakt.
In deze nieuwe tabellen zijn de cijfers met een
nieuwe weegmethode gecorrigeerd tot en met 2001. Vanaf 2001
is het daarnaast ook mogelijk om voor een beperkte set van
variabelen kwartaalcijfers te publiceren. De jaren voor 2001
zijn niet gecorrigeerd en betreffen de eerder gepubliceerde
cijfers. Een uitgebreide beschrijving van de nieuwe weegmethode
van de EBB is te vinden op de themapagina.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1996 tot 2006

Frequentie: stopgezet

Status van de cijfers
Cijfers op basis van de EBB zijn altijd definitief.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Stopgezet.

Toelichting onderwerpen

Werkzaam persoon
Werkzame personen zijn alle mensen die in Nederland wonen en een betaalde
werkkring hebben.
Totaal werkzame personen
Werkzame personen zijn alle mensen die in Nederland wonen en een betaalde
werkkring hebben.
Beroepsbevolking
Alle personen (15 tot 65 jaar) die:
- tenminste twaalf uur per week werken, of
- werk hebben aanvaard waardoor ze tenminste twaalf uur per week gaan
werken, of
- verklaren ten minste twaalf uur per week te willen werken, daarvoor
beschikbaar zijn en activiteiten ontplooien om werk voor ten minste
twaalf uur per week te vinden.
Arbeidspositie
Indeling van de bevolking in:
- werkzame beroepsbevolking
- werkloze beroepsbevolking
- niet beroepsbevolking.
Beroepsbevolking
Alle personen (15 tot 65 jaar) die:
- tenminste twaalf uur per week werken, of
- werk hebben aanvaard waardoor ze tenminste twaalf uur per week gaan
werken, of
- verklaren ten minste twaalf uur per week te willen werken, daarvoor
beschikbaar zijn en activiteiten ontplooien om werk voor ten minste
twaalf uur per week te vinden.
Werkzame beroepsbevolking
Personen (15 tot 65 jaar) die in Nederland wonen en betaald werk hebben
van twaalf uur of meer per week.
Positie in de werkkring
Bij de positie in de werkkring worden de volgende onderscheidingen
gehanteerd:
- Werknemers met een vaste arbeidsrelatie;
- Werknemers met een flexibele arbeidsrelatie;
- Zelfstandige in eigen bedrijf;
- Meewerkende zelfstandige;
- Overige zelfstandige.
Totaal werknemers
Geregistreerde werkloosheid
Personen van 16 tot 65 jaar die bij een CWI (voorheen arbeidsbureau)
ingeschreven zijn en die:
- niet of minder dan twaalf uur per week werken èn
- beschikbaar zijn voor een baan van twaalf uur of meer per week of werk
hebben aanvaard waardoor ze ten minste twaalf uur per week
gaan werken.
Geregistreerde werklozen
Personen van 16 tot 65 jaar die bij een CWI (voorheen arbeidsbureau)
ingeschreven zijn en die:
- niet of minder dan twaalf uur per week werken èn
- beschikbaar zijn voor een baan van twaalf uur of meer per week of werk
hebben aanvaard waardoor ze ten minste twaalf uur per week
gaan werken.
Totaal geregistreerde werklozen
Geregistreerd werkloosheidspercentage
Geregistreerde werklozen in procenten van de beroepsbevolking.
Beroepsniveau
De plaats in de indeling van beroepen volgens de Standaard
Beroepenclassificatie 1992 (SBC 1992) van het CBS. Beroepsniveau
refereert aan het eerste cijfer van de classificatie. Het niveau van een
beroep is bepaald door het niveau van de meest geëigende opleiding om het
beroep uit te oefenen.
Elementaire beroepen
De plaats in de indeling van beroepen volgens de Standaard
Beroepenclassificatie 1992 (SBC 1992) van het CBS. Beroepsniveau
refereert aan het eerste cijfer van de classificatie. Het niveau van een
beroep is bepaald door het niveau van de meest geëigende opleiding om het
beroep uit te oefenen.
Lagere beroepen
De plaats in de indeling van beroepen volgens de Standaard
Beroepenclassificatie 1992 (SBC 1992) van het CBS. Beroepsniveau
refereert aan het eerste cijfer van de classificatie. Het niveau van een
beroep is bepaald door het niveau van de meest geëigende opleiding om het
beroep uit te oefenen.
Middelbare beroepen
De plaats in de indeling van beroepen volgens de Standaard
Beroepenclassificatie 1992 (SBC 1992) van het CBS. Beroepsniveau
refereert aan het eerste cijfer van de classificatie. Het niveau van een
beroep is bepaald door het niveau van de meest geëigende opleiding om het
beroep uit te oefenen.
Hogere beroepen
De plaats in de indeling van beroepen volgens de Standaard
Beroepenclassificatie 1992 (SBC 1992) van het CBS. Beroepsniveau
refereert aan het eerste cijfer van de classificatie. Het niveau van een
beroep is bepaald door het niveau van de meest geëigende opleiding om het
beroep uit te oefenen.
Wetenschappelijke beroepen
De plaats in de indeling van beroepen volgens de Standaard
Beroepenclassificatie 1992 (SBC 1992) van het CBS. Beroepsniveau
refereert aan het eerste cijfer van de classificatie. Het niveau van een
beroep is bepaald door het niveau van de meest geëigende opleiding om het
beroep uit te oefenen.
Beroepsniveau: onbekend
De plaats in de indeling van beroepen volgens de Standaard
Beroepenclassificatie 1992 (SBC 1992) van het CBS. Beroepsniveau
refereert aan het eerste cijfer van de classificatie. Het niveau van een
beroep is bepaald door het niveau van de meest geëigende opleiding om het
beroep uit te oefenen.