Kerncijfers wijken en buurten 1999

Kerncijfers wijken en buurten 1999

Wijken en buurten 1999 Inkomen Gemiddeld inkomen per inwoner (euro/jaar) Inkomen Gemiddeld inkomen per inkomensontvanger (euro/jaar) Inkomen Lage inkomens (%) Inkomen Hoge inkomens (%) Inkomen Niet actieven (%)
Sint-Annen 10.029 14.339 38 . .
Sintmaheerdt 9.076 14.521 44 18 27
Sint Nicolaasga 8.667 14.067 43 16 20
Verspr. h. Sint Nicolaasga 9.439 13.931 48 16 26
Sint Johannesga 9.575 14.158 41 16 .
Verspr. h. Sint Johannesga 7.896 12.933 38 . .
Winschoten-Sint Vitusholt-Lanengebied 10.528 15.474 40 17 24
Sint Annaparochie 8.667 13.750 49 15 16
Oude Bildtdijk onder Sint Annaparochie 4.719 5.672 48 . .
Nieuwe Bildtdijk onder Sint Annaparochie 7.896 12.524 47 . .
Sint Jacobiparochie 8.713 12.570 51 8 23
Oude Bildtdijk onder Sint Jacobiparochie 9.393 14.566 44 14 21
Verspr. h. Sint Annaparochie 9.802 15.746 40 27 17
Verspr. h. Sint Jacobiparochie 10.845 16.245 . 30 .
Wijk 02 Sint Isidorushoeve 9.166 13.523 44 15 9
Sint Annabrink 8.985 13.750 44 14 13
Wijk 01 Sint Jansklooster 8.395 13.795 47 17 10
Sint Jansklooster kern 8.440 13.840 46 18 11
Verspr. h. Sint Jansklooster 8.350 12.615 51 . .
Tussen Sint Jansklooster en Heetveld 9.121 12.479 58 . .
Sint Marten 8.758 12.343 53 8 36
Sint Janskerkstraat e.o. 9.529 13.205 48 9 21
Sint Aagtendorp 9.393 14.249 42 18 24
Wijk 02 Sint Maarten 9.575 15.655 40 24 10
Sint Maarten 9.302 15.247 39 21 13
Psyciatrisch-Centrum Sint Willebrord 10.845 11.798 68 . .
Sint Vitusbuurt 10.392 14.294 42 13 16
Sint Pancras 10.074 15.882 38 26 13
Sint Maartensbrug 10.165 17.017 32 28 8
Sint Maartensvlotbrug 10.573 15.701 42 21 16
Sint Joris 9.620 12.388 57 9 42
Sint Laurens 9.756 16.064 37 27 8
Verspr. h. W. Nieuw- en Sint Joosland . . . . .
Wijk 04 Nieuw- en Sint Joosland 8.803 14.294 43 20 12
Nieuw- en Sint Joosland 8.667 14.339 40 19 12
Verspr. h. Nieuw- en Sint Joosland 9.711 14.067 59 21 .
Wijk 03 Sint Maartensdijk 9.212 14.294 43 18 16
Sint Maartensdijk 9.076 14.203 44 18 17
Wijk 05 Sint Annaland 8.531 14.203 46 20 18
Sint Annaland 8.531 14.249 46 20 20
Verspr. h. voorm. gem. Sint Annaland 8.350 13.296 53 . .
Wijk 07 Sint Philipsland 8.077 14.385 42 21 16
Sint Philipsland 8.032 14.385 42 22 15
Verspr. h. Sint Philipsland . . . . .
Sint Jozefparochie 9.212 14.022 41 18 16
Sint-Josephburgh 13.069 14.929 35 19 .
Mill en Sint Hubert 9.121 14.113 41 16 13
Wijk 02 Sint Hubert 8.894 14.929 34 20 13
Sint Hubert 9.166 14.884 31 18 12
Verspr. h. Sint Hubert 8.440 14.975 41 25 16
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Gegevens beschikbaar: 1999
Frequentie: eenmalig

De publicatie "Kerncijfers Wijken en Buurten 1999" bevat statistische
gegevens voor alle gemeenten, wijken en buurten van Nederland. Aan elk van
deze gebieden is een unieke code van acht posities toegekend in de
'Landelijke wijk- en buurtindeling op 1 januari 1999'. Deze wijk- en
buurtcode is opgebouwd uit een gemeentecode van vier posities, gevolgd door
een wijkcode van twee posities, gevolgd door een buurtcode van twee
posities. De kerncijfers hebben hoofdzakelijk tot doel de verschillende
onderdelen van gemeenten onderling te vergelijken. Door de landelijke
aanpak is het ook mogelijk om buurten van verschillende gemeenten
onderling te vergelijken

Toelichting onderwerpen

Inkomen
De gegeven zijn afkomstig uit het Regionaal Inkomensonderzoek 1998.
Gemiddeld inkomen per inwoner
Het gemiddeld besteedbaar inkomen per inwoner over het jaar 1998. Het
besteedbaar inkomen is het totaal aan inkomsten van een individu
verminderd met betaalde premies en belastingen. Voor de berekening van dit
veld zijn de besteedbare inkomens van alle individuen binnen een gebied
opgeteld. Het resulterende bedrag is vervolgens gedeeld door het aantal
inwoners van het gebied.
Gemiddeld inkomen per inkomensontvanger
Het gemiddeld besteedbaar inkomen per individu met 52 weken inkomen over
het jaar 1998. Het besteedbaar inkomen is het totaal aan inkomsten van een
individu verminderd met betaalde premies en belastingen. Individuen met 52
weken inkomen hebben het gehele jaar 1998 inkomsten genoten, al dan niet
in deeltijd. Groepen inkomensontvangers die buiten deze definitie vallen
zijn bijvoorbeeld seizoenswerkers en oproepkrachten.
Lage inkomens
Het aantal inkomensontvangers met 52 weken inkomen dat in 1998 een
besteedbaar inkomen onder de 12025 euro had, uitgedrukt in hele
procenten van het totaal aantal inkomensontvangers met 52 weken inkomen.
Waarden lager dan 5% zijn vastgezet op 5%.
Waarden hoger dan 95% zijn vastgezet op 95%.
Het grensbedrag van 12025 euro is het 40-procentpunt van de landelijke
inkomensverdeling van 1998.
Hoge inkomens
Het aantal inkomensontvangers met 52 weken inkomen dat in 1998 een
besteedbaar inkomen boven de 20828 euro had, uitgedrukt in hele
procenten van het totaal aantal inkomensontvangers met 52 weken inkomen.
- Waarden lager dan 5% zijn vastgezet op 5%.
- Waarden hoger dan 95% zijn vastgezet op 95%.
Het grensbedrag van 20828 euro is het 80-procentpunt van de landelijke
inkomensverdeling van 1998.
Niet actieven
Het aantal inkomensontvangers van 15 tot en met 64 jaar dat in 1998 een
uitkering als voornaamste inkomensbron had, uitgedrukt in hele procenten
van het totaal aantal inkomensontvangers van 15 tot en met 64 jaar.
- Waarden lager dan 5% zijn vastgezet op 5%.
- Waarden hoger dan 95% zijn vastgezet op 95%.
In dit onderzoek worden individuen met 52 weken inkomen ingedeeld naar
sociaal-economische categorieën. Personen met een werkloosheidsuitkering,
arbeidsongeschikten, pensioenontvangers, bijstandontvangers en de groep
'overige inkomensontvangers' worden tot de 'niet-actieven' gerekend. Deze
'niet-actieven' hadden in 1998 dus een uitkering als voornaamste
inkomensbron.