Snijbloemenbedrijven floreren steeds minder

© ANP
Vanaf 2000 is het aantal snijbloemenbedrijven met 70 procent gedaald tot 991 bedrijven in 2016. In dat jaar hadden de snijbloemenbedrijven 4,0 duizend hectare landbouwgrond in gebruik, wat 36 procent minder is dan in 2000. In 2016 werd met één arbeidsjaareenheid(aje) 0,46 hectare grond bewerkt en 158 duizend euro standaardopbrengst(so) gegenereerd. In 2000 was dit nog 0,38 hectare grond en 118 duizend euro standaardopbrengst. De hogere productiviteit leidde bij de snijbloementelers tot een 33 procent hogere standaardopbrengst per arbeidsjaar. De standaardopbrengst van de totale snijbloemensector is in de periode 2000-2016 met 29 procent afgenomen

 

Totalen snijbloemenbedrijven
 cultuurgrondsoajebedrijven
2000100100100100
200197,497,894,291,9
200289,997,894,988,6
200390,696,793,984,8
20048794,785,879,8
200581,291,884,474
200676,390,377,669,2
200774,683,675,963,8
200873,47874,258,4
200970,973,872,752,7
201079,478,471,245,7
201177,278,567,244,3
201274,874,761,941,4
201365,871,656,136,7
201470,26955,835
201568,165,451,932,3
201664,470,753,130,2

Het doorsnee snijbloemenbedrijf

In 2016 had het gemiddelde snijbloemenbedrijf 4,1 hectare cultuurgrond, 113 procent meer dan in 2000. Deze groei resulteerde in een stijging van de gemiddelde standaardopbrengst met 134 procent. De ingezette arbeid is op een doorsnee snijbloemenbedrijf met 76 procent toegenomen.

Gemiddelden snijbloemenbedrijven
 cultuurgrondsoaje
2000100100100
2001106106,4102,5
2002101,5110,4107,1
2003106,8114,1110,7
2004109,1118,7107,5
2005109,7124,1114,2
2006110,3130,5112,2
2007117131119
2008125,7133,6127,1
2009134,5140,1137,9
2010173,5171,3155,6
2011174,3177,2151,7
2012180,6180,5149,4
2013179,4195,4153,1
2014200,4197159,3
2015210,5202,4160,7
2016212,9233,9175,7