Oordeel en verwachtingen: voeding- en genotmiddelenindustrie

Uit de Conjunctuurtest van juli 2007 blijkt dat het beeld in de voeding- en genotmiddelenindustrie ongeveer gelijk is gebleven. De orderontvangsten zijn licht gestegen, maar de oordelen zijn gelijk gebleven. De ondernemers zijn optimistisch in hun verwachtingen. Er wordt een toename van de productie in de komende maanden verwacht. Het algemene beeld in de branche kan omschreven worden als licht optimistisch.

Gelijkblijvende oordelen

De ondernemers zagen de orderontvangsten in juni iets verder toenemen. Deze toename werd geheel op de binnenlandse markt gerealiseerd. Het oordeel over deze orderontvangsten is onveranderd positief. De indexorderpositie is echter licht gedaald, de tevredenheid over de orderpositie en de voorraden zijn onveranderd. Het oordeel over de buitenlandse orderpositie is eveneens nagenoeg gelijk gebleven. Het sentiment onder de ondernemers is in 2007 stabiel en positief.

Orderpositie, oordeel 1 en index 2

Orderpositie, oordeel en index

1) oordeel orderpositie = saldo van het percentage ondernemers dat positief of negatief oordeelt
2) index orderpositie = ontvangen orders uitgedrukt in maanden werk, geïndexeerd

Toename productie verwacht

Volgens de ondernemers is de productie in juni gelijk gebleven ten opzichte van mei. Voor de komende maanden verwachten de ondernemers een lichte stijging van de productie. Ook wordt door een meerderheid stijgende afzetprijzen verwacht. De verwachting over de toekomstige personeelssterkte is verbeterd. Er zijn nu weer per saldo meer ondernemers die een stijging van het aantal medewerkers voorzien dan die een daling verwachten.

Verwachting3 voor juli tot en met september 2007

Verwachting voor juli tot en met september 2007

3) saldo van het percentage ondernemers dat een toename of een afname verwacht

Lichte afname buitenlandse afzet verwacht

Uit de kwartaalvragen van de conjunctuurtest blijkt dat volgens de ondernemers de concurrentiepositie op de binnenlandse markt in het tweede kwartaal is verbeterd. Op de buitenlandse markt is deze onveranderd. De ondernemers zijn voorzichtig in hun verwachting over de buitenlandse afzet in het derde kwartaal, men verwacht een lichte afname. De bezettingsgraad is in het tweede kwartaal gelijk gebleven en kwam uit op 83,8. De aanwezige productiecapaciteit wordt door 92 procent van de ondernemers als voldoende beoordeeld.