Institutionele beleggers

Wat behelst het onderzoek

Doel

Het beschrijven van de ontwikkelingen in de beleggingen van institutionele beleggers. Dit gebeurt op een manier die grotendeels aansluit op de begrippen van de Nationale rekeningen. Na de in 2014 doorgevoerde revisie in de Nationale rekeningen zijn er nog 3 verschillen:

  1. de Nationale rekeningen kennen minder reeksbreuken als gevolg van een andere revisiestrategie. Vanaf 30-6 2016 wordt voor de cijfers vanaf 2008 aangesloten op het nieuwe revisie- en publicatiebeleid van de Nationale rekeningen;
  2. buitenlands direct vastgoed maakt in de Nationale rekeningen deel uit van de post aandelen en overige deelnemingen;
  3. de Nationale rekeningen gebruiken een ander waarderingssysteem voor de niet-financiële activa, waaronder direct vastgoed.(1)

Doelpopulatie

Institutionele beleggers zijn instellingen die door hun activiteiten de beschikking krijgen over gelden die ze moeten beleggen. Deze activiteiten bestaan vooral uit het verzekeren van pensioenen en het aan particuliere beleggers bieden van mogelijkheden tot beleggen met een gewenst risicoprofiel. Tot de institutionele beleggers worden gerekend: pensioenfondsen, verzekeringsinstellingen en beleggingsfondsen m.u.v. geldmarktfondsen.

Statistische eenheid

De statistische eenheid is de onderneming. De onderneming is zelfstandig op het gebied van financiering, dit betekent dat de onderneming zelf activa kan bezitten en schulden aan kan gaan.

Aanvang onderzoek

De tabel beleggingen bevat een tijdreeks vanaf 1950, de tabel beleggingen buitenland vanaf 1980. De tabel kwartaaluitkomsten beleggingen bevat naast absolute bedragen ook een procentuele verdeling van de beleggingen vanaf 1996. De tabellen kwartaaluitkomsten beleggingen en beleggingen buitenland bevatten naast jaargegevens ook kwartaalgegevens vanaf 2005. De tabel exclusief aandelen beleggingsfondsen bevat jaargegevens vanaf 1998 en kwartaalgegevens vanaf 2010. De tabel gecombineerde balans bevat cijfers vanaf 1998. De tabellen vastgoed mutatie en vastgoed stand bevatten cijfers vanaf 1999, waarbij de tabel vastgoed mutatie vanaf 2003 ook kwartaalgegevens bevat en de tabel vastgoed stand ook nog jaarcijfers bevat voor 1980, 1985, 1990 en 1995. De tabel pensioenfondsen, consolidatie beleggingsfondsen bevat jaargegevens vanaf 2008.

Frequentie

Voor de tabellen kwartaaluitkomsten beleggingen, beleggingen buitenland, exclusief aandelen beleggingsfondsen en vastgoed mutatie per kwartaal, de overige tabellen per jaar.

Publicatiestrategie

Vanaf 30 juni 2016 wordt aangesloten op het nieuwe revisie- en publicatiebeleid van de Nationale rekeningen. Het meest recente jaar betreft voorlopige cijfers, deze worden zes maanden na de verslagperiode gepubliceerd. Tegelijkertijd worden de cijfers van het voorgaande jaar bijgesteld en de overige cijfers vanaf 2008 gereviseerd. De bijstellingen en revisies zijn voornamelijk gebaseerd op verbeterde bronnen .
Achteraf ontdekte fouten kunnen altijd worden hersteld, ook als de cijfers al definitief gemaakt zijn.
Kwartaalcijfers worden binnen 3 maanden na het verslagkwartaal gepubliceerd. Voor bijstellingen in eerdere kwartalen geldt dezelfde systematiek als bij de jaarcijfers.
De maatwerktabel bijstellingen-institutionele-beleggers-2008-2015 bevat de verschillen tussen de cijfers zoals op 30 juni 2016 gepubliceerd met de eerder gepubliceerde cijfers.

Hoe wordt het uitgevoerd

Soort onderzoek

Het onderzoek maakt gebruik van registraties van De Nederlandsche Bank (DNB) en van jaarverslagen. De registraties van DNB betreffen zowel jaar- als kwartaalrapportages van de bij haar onder toezicht staande pensioenfondsen, verzekeringsinstellingen en beleggingsfondsen m.u.v. geldmarktfondsen. Voor een belangrijk deel gebeurt dit overigens door gebruik te maken van de uitkomsten van de sectorrekeningen uit de Nationale rekeningen(2).

Waarnemingsmethode

DNB maakt gebruik van enquêtering, vooral elektronisch. Jaarverslagen worden door het CBS zoveel als mogelijk via internet verzameld. Een klein deel wordt verkregen bij de Kamer van Koophandel of bij de berichtgevers opgevraagd.

Berichtgevers

Voor pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen bestaat de hoofdbron tot 2008 uit het jaartoezicht van DNB. Vanaf 2008 is de kwartaalstatistiek betreffende balansgegevens van pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen van DNB de hoofdbron.
Voor beleggingsfondsen m.u.v. geldmarktfondsen bestaat de hoofdbron uit de kwartaalstatistiek van DNB betreffende de balans van beleggingsinstellingen.

DNB publiceert uitkomsten van de genoemde bronnen, dit met toelichting van methodologie en werkwijze, op zijn website (www.dnb.nl).

Steekproefomvang

Van de populatie uit de kwartaalstatistiek betreffende balansgegevens van pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen van DNB zit 90 procent van het balanstotaal in de waarneming. Voor beleggingsfondsen m.u.v. geldmarktfondsen gebruikt DNB een steekproef waarbij ervoor wordt gezorgd dat 95 procent van het balanstotaal in de waarneming valt.

Controle- en correctiemethoden

DNB verzorgt de kwaliteit van de waarneming van haar toezichtsrapportages. Als de uitkomsten minder of niet waarschijnlijk zijn, wordt door overleg met deskundigen bij DNB geprobeerd zoveel mogelijk informatie te verkrijgen.
De analyse van de bronnen bevat meerdere controles. Enkele voorbeelden zijn controles of de gegevens aansluiten op die van vorig jaar, of de totale activa en passiva aan elkaar gelijk zijn, of de diverse publicatietabellen dezelfde uitkomsten geven voor bij voorbeeld de totale beleggingen.

Weging

Niet van toepassing.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

Nauwkeurigheid

Een groot deel van de bronnen kan rechtstreeks worden vertaald naar de gebruikte begrippen. In een beperkt aantal gevallen wordt gebruik gemaakt van schattingen.
Een tweede aanwijzing voor de nauwkeurigheid betreft het feit dat DNB beperkt wijzigingen doorvoert in de kwartaalrapportages van pensioenfondsen, verzekeringsinstellingen en beleggingsfondsen m.u.v. geldmarktfondsen.

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

In verband met de in 2014 doorgevoerde revisie van de Nationale rekeningen zijn alle tabellen over institutionele beleggers stopgezet en vervangen door nieuwe tabellen onder dezelfde naam. In de nieuwe tabellen sluiten de uitkomsten vanaf 2008 na revisie aan op de Nationale rekeningen zoals gereviseerd in 2014. De uitkomsten tot en met 2008 voor revisie zijn in de nieuwe tabellen gelijk aan die in de stopgezette tabellen. Wel zijn de definities in de nieuwe tabellen aangepast zodat deze aansluiten bij de tabel Sectorrekeningen; financiële balansen en transacties naar sectoren.

Vanaf 30 juni 2016 wordt aangesloten op het nieuwe revisie- en publicatiebeleid van de Nationale rekeningen. In september en december 2016 wordt een kwartaal toegevoegd, in maart 2017 wordt het 4e kwartaal 2016 toegevoegd en zo nodig de eerste drie kwartalen 2016 bijgesteld. In juni 2017 wordt het 1e kwartaal 2017 toegevoegd en alle jaar- en kwartaalcijfers vanaf het 4e kwartaal 2008 bijgesteld en gereviseerd.
De reeks betreffende de beleggingen van institutionele beleggers bevat ook breuken in 1980, in 1991 en in 2005. Deze breuken houden vooral verband met veranderingen in het toezicht. Voor deze jaren zijn de uitkomsten zowel voor als na breuk opgenomen, zodat de omvang van de breuken is vast te stellen.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

Beschrijving kwaliteitsstrategie
Een strakke planning, overleg met DNB en een stelsel van goede werkbeschrijvingen vormen de belangrijkste elementen van het bewaken van een goede kwaliteit.

(1) Zie de toelichting op de tabel van de kapitaalgoederenvoorraad.

(2) Zie de StatLinetabel