Huishoudens in de Nationale Rekeningen

Wat behelst het onderzoek

Doel

De statistiek ‘Huishoudens in de Nationale Rekeningen’ geeft een kwantitatief beeld van de verdeling van transacties in de nationale rekeningen van inkomens, bestedingen, besparingen en vermogens naar verschillende huishoudenscategorieën. Binnen een huishoudenscategorie worden groepen van huishoudens onderscheiden. Door de macrototalen van de nationale rekeningen over de huishoudensgroepen te verdelen, wordt de ongelijkheid van de macrotransacties in kaart gebracht.

Domeinbeschrijving

Binnen de nationale rekeningen worden sectoren onderscheiden; één van deze sectoren is de sector huishoudens. Om deze huishoudens niet als één groep te beschouwen, maar verschillen tussen huishoudensgroepen in kaart te brengen, wordt deze sector nader beschouwd.

Elke dimensie (inkomen, bestedingen, vermogen) wordt beschreven in een groot aantal transacties. Deze transacties worden uitgedrukt in termen van middelen, bestedingen, vorderingen en schulden. Elke dimensie kent een aantal belangrijke macro-economische aggregaten. Bekende voorbeelden van macro-economische aggregaten zijn het beschikbaar inkomen, de besparingen en het financieel vermogen.

De huishoudens worden in zes categorieën verdeeld, bepaald aan de hand van kenmerken van het huishouden. De categorieën die onderscheiden worden zijn: de voornaamste bron van inkomen, woonsituatie, samenstelling van het huishouden, leeftijdsklasse van de hoofdkostwinner, inkomensquintielen en vermogensquintielen. Het totaal van elke categorie is gelijk aan het totaal van de gehele sector. Binnen elke categorie zijn huishoudensgroepen te onderscheiden.

Aanvang onderzoek

Deze statistiek is in 2018 voor het eerst in de huidige vorm gepubliceerd. Bij de eerste publicatie zijn de jaren 2015 en 2016 beschikbaar gekomen.

Frequentie

De statistiek wordt jaarlijks bijgewerkt met het toevoegen van het definitieve jaar van de sectorrekeningen.

Publicatiestrategie

Er wordt aansluiting gezocht bij het definitieve jaar van de sectorrekeningen. Indien nieuwe bronnen voor de verdelingen pas na publicatie beschikbaar zijn gekomen worden oudere jaren daarmee verrijkt. Dit heeft geen effect op het macrototaal alleen op de verdelingen. Volgens de revisiestrategie van NR kunnen oudere jaren herzien worden tijdens de jaarlijkse revisie. In dit geval kunnen NR totalen wel aangepast worden.

Hoe wordt het uitgevoerd

Belangrijkste bronnen

Voor deze statistiek worden de macrototalen van de sector huishoudens gecombineerd met de microvariabelen die de verdelingsinformatie over de huishoudens bevatten. Bij de samenstelling van de sectorrekeningen wordt gebruik gemaakt van een groot aantal bronnen op uiteenlopende terreinen als productie, finale bestedingen, inkomen en financiering. Voorbeelden zijn statistieken over balansen en verlies- en winstrekeningen van niet-financiële ondernemingen, rapportages over financiële instellingen van De Nederlandsche Bank, overheidsadministraties van ministeries en gemeenten, budgetonderzoeken, statistieken van de buitenlandse handel en betalingsbalans.

De microbronnen die gebruikt worden zijn het integraal inkomens- en vermogensonderzoek (IIVS), het budgetonderzoek (BO) de pensioenaansprakenstatistiek microbestanden van de arbeidsrekeningen over lonen van werknemers en inkomens van zelfstandigen, bestanden van de basisadministraties adressen en gebouwen, registerdata over onderwijsdeelnemers, gebruik van de zorgverzekeringswet, en gebruik van de rechtsbijstand.

We maken gebruik van data die zijn verzameld in het LISS panel (Langlopende Internet Studies voor de Sociale wetenschappen) van CentERdata (Tilburg University, Nederland) en we gebruiken data uit de Geven in Nederland Panel Studie (Bekkers, Schuyt, Gouwenberg & De Wit, 2017), ter beschikking gesteld door het Centrum voor Filantropische Studies van de Vrije Universiteit Amsterdam. Meer informatie over de GINPS is beschikbaar.

Globale structuur integratiekader

Voor elke macrotransactie wordt een oplevering gemaakt vanuit de microbronnen. Hiermee sluiten de macrototalen aan bij de verdelingen. In de integratiefase van de nationale rekeningen worden de noodzakelijke integratie inpassingen teruggelegd naar huishoudens, waardoor ook de publicatietotalen uiteindelijk overeenkomen met de verdelingen. Een eerste versie van het onderzoek is beschreven in het discussion paper Measuring Inequalities in the Dutch Household Sector.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

In de sectorrekeningen is het correct weergeven van ontwikkelingen belangrijker dan het niveau van een variabele. Bij de microstatistieken moet rekening gehouden worden met wijzigingen in waarnemingen, zie hiervoor de onderzoeksbeschrijvingen van deze statistieken.

De statistiek ‘Huishoudens in de NR’ is in 2015 voor het eerst gepubliceerd. Bij de eerste publicatie is de periode 2005-2012 beschikbaar gekomen. Deze reeks is verlengd tot en met 2014. Deze uitkomsten sluiten aan op de macro totalen zoals die voor revisie van het verslagjaar 2015 golden. Na revisie zijn de verslagjaren 2015 en 2016 gepubliceerd. Tussen de eerdere reeks en de huidige reeks zitten meerdere verschillen, waardoor ze niet op elkaar aansluiten. Deze verschillen zitten in de revisie van de macrototalen, de revisie van relevante microbronnen, de inzet van meer bronnen en daarmee een verbeterde dekking van de verschillende transacties. Ook zijn achtergrondkenmerken meer in lijn met nationale rekeningen concepten afgeleid.

Revisies

Eens in de vijf à tien jaar worden de nationale rekeningen, en als onderdeel daarvan ook de sectorrekeningen, aan een grondige revisie onderworpen. Bij een revisie worden voor een bepaald jaar alle niveaugrootheden opnieuw vastgesteld. Tevens worden nieuw beschikbaar gekomen bronnen en rekenmethoden doorgevoerd. De meest recente revisie is over verslagjaar 2015, de uitkomsten van deze statistiek sluiten aan bij deze revisie.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

De sectorrekeningen vormen een samenhangend en geïntegreerd geheel, waarin alle variabelen op een consistente wijze met elkaar samenhangen. Dit draagt in belangrijke mate bij aan de kwaliteit en gebruiksmogelijkheden van het systeem. De kwaliteit van de macrototalen is stabiel. Door de koppeling met de microvariabelen ontstaan echter onzekerheden. Dit komt doordat concepten, populatie, en/of methodologie niet op elkaar aansluiten. Ondanks deze verschillen is de koppeling tussen de sectorrekeningen en de microstatistieken zo goed mogelijk gemaakt, maar de betrouwbaarheid van de verdelingen is lager dan de betrouwbaarheid van de totalen.