Arbeidsdeelname naar regio

Wat behelst het onderzoek

Doel

Beschrijving van de arbeidsdeelname in Nederland voor diverse regionale indelingen.

Doelpopulatie

Personen van 15 tot 75 jaar in Nederland, met uitzondering van personen in inrichtingen, instellingen en tehuizen (institutionele bevolking).

Statistische eenheid

Personen.

Aanvang onderzoek

Jaarcijfers over de arbeidsdeelname naar regio zijn in februari 2015 voor het eerst met de hieronder beschreven methode gepubliceerd. De cijfers zijn beschikbaar vanaf verslagjaar 2003.

Frequentie

Jaarlijks.

Publicatiestrategie

Jaarcijfers over de regionale arbeidsdeelname zijn ongeveer zes weken na afloop van het verslagjaar beschikbaar. Ze zijn altijd definitief.

Hoe wordt het uitgevoerd

Soort onderzoek

De jaarcijfers arbeidsdeelname naar regio worden samengesteld op basis van gegevens uit een steekproefonderzoek, de Enquête Beroepsbevolking (EBB).

Waarnemingsmethode

De Enquête Beroepsbevolking (EBB) is een zogenaamd roterend panelonderzoek. Dit roterend paneldesign is ingevoerd in het vierde kwartaal van 1999. In 2010 is er een eerste designwijziging doorgevoerd. De respondenten werden voorheen allemaal thuis bezocht door een interviewer van het CBS (Computer Assisted Personal Interviewing, CAPI). Vanaf 2010 worden ze, indien het telefoonnummer (vaste lijn) bekend is, telefonisch benaderd (Computer Assisted Telephone Interviewing, CATI). Als dat niet het geval is worden ze via CAPI benaderd. Daarna worden ze nog viermaal telefonisch herbenaderd. Met ingang van het vierde kwartaal van 2012 is opnieuw een designwijziging doorgevoerd. Vanaf dan worden alle respondenten in eerste instantie via internet benaderd (Computer Assisted Web Interviewing, CAWI). Een deel van de respondenten die niet respondeert via CAWI wordt vervolgens via CAPI of CATI herbenaderd. De vervolgpeilingen vinden nog steeds allemaal telefonisch plaats. Een gedetailleerdere beschrijving van de waarnemingsmethode is te vinden in de uitgebreide methodebeschrijving EBB. De volledige vragenlijst van de EBB is elektronisch beschikbaar.

Berichtgevers

Per huishouden worden maximaal acht personen van 15 jaar en ouder geïnterviewd.

Steekproefomvang

In het eerste kwartaal van 2012 zijn 18 duizend adressen benaderd. Dat zijn gemiddeld 6 duizend adressen per maand.

Controle- en correctiemethoden

De gegevens van een respondent worden gecontroleerd op interne consistentie.

Schattingsmethode

De cijfers van de arbeidsdeelname naar regio zijn bepaald met een modelgebaseerde schattingsmethode. Om de kwaliteit van de modellen te verhogen zijn modelvariabelen opgenomen met een sterk voorspellend karakter voor werkloosheid en werkzaamheid. Voorbeelden van dergelijke variabelen zijn inschrijving van personen bij het UWV WERKbedrijf en de loongegevens van werknemers. Voor het schatten van de modelparameters wordt gebruik gemaakt van Bayesiaanse schattingsmethoden. Meer informatie over de schattingsmethodiek is te vinden in: methodebeschrijving kleine domeinschatters.

Wat is de kwaliteit van de uitkomsten

Nauwkeurigheid

De uitkomsten van de EBB hebben een onnauwkeurigheidsmarge. Dit geldt ook voor de regionale cijfers van de arbeidsdeelname die zijn bepaald met een modelgebaseerde schattingsmethode. Voor sommige regionale cijfers, bijvoorbeeld voor kleine gemeenten, of voor andere kleine populaties, is soms sprake van een grote relatieve onnauwkeurigheid; deze gegevens worden niet gepubliceerd. De aantallen en aandelen zijn in de staten en tabellen dan vervangen door een punt (.).

Volgtijdelijke vergelijkbaarheid

Jaarcijfers over de arbeidsdeelname naar regio zijn beschikbaar vanaf verslagjaar 2003. In februari 2015 zijn deze cijfers voor het eerst met de hierboven beschreven methode gepubliceerd. Daarvoor werden de regionale cijfers gebaseerd op gewogen schattingen zoals beschreven in de uitgebreide methodebeschrijving EBB.

Beschrijving kwaliteitsstrategie

Tijdens het interview worden de antwoorden in de computer ingevoerd; daarbij kunnen inconsistente antwoorden direct gesignaleerd worden. Bij proxi-beantwoording (als een lid van het huishouden de vragen beantwoordt die op een ander lid betrekking hebben) wordt nagegaan of deze persoon voldoende informatie heeft om de vragen te beantwoorden.