Gegevens ‘zoute natuur’

Het CBS heeft voor het maken van deze indicator alle beschikbare monitoringgegevens op een rij gezet over de zoute natuur van Nederland. Dit maakte het mogelijk om de trends van veel diersoorten te bepalen. Behalve van vissen, vogels, zeehonden en bruinvis, zijn de trends van veel bodemdieren berekend, zowel voor de Noordzee als voor de Noordzeekustzone, Waddenzee, Oosterschelde en Westerschelde. De meeste gegevens over de zoute natuur worden verzameld in het kader van langjarige monitoringprogramma’s in opdracht van de overheid en zijn verkregen met medewerking van de instellingen die in Nederland deze gegevens verzamelen.
Bij het maken van het overzicht van de stand van de ‘zoute natuur’ van Nederland zijn vele bestaande databronnen bijeen gebracht. Het gaat hierbij met name om de gegevens twee grote, langjarige programma’s: de Monitoring Waterstaatkundige Toestand des Lands (het MWTL) van bodemdieren en zeevogels/bruinvis van Rijkswaterstaat en de Wettelijke Onderzoekstaken (WOT) voor de bestandsbepalingen van vis en bodemdieren voor de visserij voor het Ministerie van Economische Zaken. Deze monitoringprogramma’s worden uitgevoerd door verschillende onderzoeksinstituten (onder andere het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ), Wageningen Marine Research (WMR)) en andere professionele experts. Experts van NIOZ en WMR zijn actief betrokken geweest bij het ontsluiten en het opwerken van de data.
De monitoring van water- en kustvogels en de overige soortgroepen in de duinen wordt uitgevoerd door vrijwilligers van soortenorganisaties (Sovon, De Vlinderstichting, Ravon, Floron, EIS). Deze meetnetten vallen allen onder het Netwerk Ecologische Monitoring in opdracht van het ministerie van EZ, waarbij het CBS de analyses en kwaliteitsbewaking verzorgt. Ook zijn nog niet eerder ontsloten data van vrijwilligers gebruikt (met name monitoring van het strand door Stichting Anemoon).
Op dit moment worden door de overheid de ‘zoute datastromen’ gestroomlijnd in het kader van het Natura 2000-beleid en de KaderRichtlijn Marien. Het CBS speelt hierbij een adviserende rol.