Helft van de bijstandsuitkeringen gaat naar gezinnen met kinderen

Van de 330 duizend personen met een bijstandsuitkering heeft 49 procent kinderen. Tussen autochtonen en niet-westerse allochtonen bestaan echter flinke verschillen. Autochtonen met een bijstandsuitkering zijn veel vaker alleenstaand dan niet-westerse allochtonen. Van de autochtonen is 46 procent alleenstaand, tegen 27 procent van de niet-westerse allochtonen.

Twee keer zoveel stellen met kinderen onder niet-westerse allochtonen met bijstand

Niet-westerse allochtonen met bijstand hebben vaker een gezin met kinderen dan autochtonen met bijstand. Van de niet-westerse allochtonen met bijstand hebben er ruim drie op de tien een partner en kinderen. Dat is twee keer zo veel als onder autochtonen. Het aandeel eenoudergezinnen lag eind 2009 zowel onder niet-westerse allochtonen met bijstand als onder autochtonen met bijstand iets boven een kwart.

Personen met bijstand naar herkomst en huishoudenssituatie, eind 2009

Personen met bijstand naar herkomst en huishoudenssituatie, eind 2009

Afgezet tegen het aantal personen van 15 tot 65 jaar is het aandeel niet-westerse allochtonen met een bijstandsuitkering hoger dan het aandeel autochtone bijstandsontvangers. Zo had eind 2009 van de niet-westerse alleenstaande moeders een kwart een bijstandsuitkering. Onder autochtone alleenstaande moeders was dat een op de tien.

Ton Ferber

Bron: Personen met een uitkering naar huishoudsituatie, Sociaaleconomische trends, 2e kwartaal 2011