Vaker aangifte bij vermogensdelict dan bij geweldsdelict

Bij slechts 28 procent van de ondervonden delicten doen slachtoffers aangifte bij de politie. Vermogensdelicten worden vaker aangegeven dan geweldsdelicten. Jongeren doen minder vaak aangifte dan ouderen, behalve van delicten die aan hun auto gerelateerd zijn.

Slechts 28 procent aangifte

In 2008 was een kwart van de Nederlandse inwoners slachtoffer van een delict. In de afgelopen vier jaar is dit aandeel gedaald van 29 naar 25 procent. Gemiddeld wordt slechts 28 procent van de delicten aangegeven bij de politie. Dit blijkt uit enquêtegegevens over aangiftegedrag.

Gestolen auto bijna altijd aangegeven

De bereidheid tot aangifte hangt sterk af van het soort delict. Zo geven slachtoffers van autodiefstal dit bijna altijd aan: 91 procent. Ook vermogensdelicten als inbraak, diefstal uit auto en diefstal met geweld worden relatief vaak aangegeven. Bij geweldsdelicten ligt het aandeel gemiddeld lager. Seksuele delicten worden het minst vaak aangegeven, slechts 7 procent van de slachtoffers meldt zich bij de politie.

Aangiftegedrag naar soort delict, 2005/2008

2681g1

Jongeren minder vaak naar politie

Jongeren doen minder vaak aangifte dan ouderen. Dit geldt voor alle delicten, behalve delicten die met hun auto te maken hebben. Wanneer de auto, of spullen erin, gestolen of beschadigd worden, stappen zij even vaak of vaker naar de politie dan oudere gedupeerden. Bij fietsdiefstal daarentegen gaf een op de vijf jongeren onder de 25 dit aan, tegenover de helft van de 65-plussers.

Aangiftegedrag naar leeftijd, 2005/2008

2681g2

Carin Reep

Bron: Aangegeven delicten, 2005/2008