Laag eigen vermogen Zeeuwse gemeenten

Gemeenten in Zeeland hebben in 2002 gemiddeld een eigen vermogen van 871 euro per inwoner. Ook Groningse gemeenten kennen een laag eigen vermogen van 957 euro per inwoner. Landelijk ligt het gemiddelde op 1 518 euro.

Gemeentelijk eigen vermogen per provincie, 2002

Gemeentelijk eigen vermogen per provincie, 2002

In de provincie Noord-Holland hebben de gemeenten het hoogste eigen vermogen, te weten 2 780 euro per inwoner. Het hoge eigen vermogen in deze provincie wordt sterk bepaald door de vermogenspositie van de gemeente Amsterdam.

Verschillen in waardering van eigendommen

Verschillen tussen gemeenten in de hoogte van het eigen vermogen kunnen het gevolg zijn van besparingen in het verleden. Daarnaast spelen verschillen in de wijze van waardering van eigendommen een rol. Gemeenten met een hoog eigen vermogen kunnen doorgaans meer uitgaven doen en zijn beter in staat financiële tegenvallers op te vangen.

Eigen vermogen stijgt minder sterk

Het eigen vermogen van de gezamenlijke gemeenten neemt al jaren toe. Dit hangt samen met de groei van de algemene uitkering uit het gemeentefonds, de belangrijkste inkomstenbron van gemeenten. Daarnaast verkochten gemeenten in voorgaande jaren nog veel deelnemingen. De boekwinsten verhoogden het eigen vermogen. In 2002 is het eigen vermogen met 4 procent gestegen tot 24,4 miljard euro. De stijging is daarmee minder sterk dan in de jaren daarvoor.

Eigen vermogen gemeenten

Eigen vermogen gemeenten

Meer bestemmingsreserves

Voor een steeds groter deel van de reserves is bepaald aan welk doel ze besteed moeten worden. In 1999 lag het aandeel van deze bestemmingsreserves nog op 74 procent. In 2002 is dit 76 procent. In 2002 was 21 procent van het eigen vermogen bestemd als vrije reserve. Het restant (3 procent) betrof het saldo van de rekening en de geactiveerde tekorten.

Toenemende solvabiliteit gemeenten

Om de financiële positie van een gemeente te bepalen, wordt ook wel gekeken naar de solvabiliteitsratio. Deze ratio is de afgelopen jaren opgelopen van 29 procent in 1999 tot 35 procent in 2002. Het vreemd vermogen is dus minder sterk toegenomen dan het eigen vermogen.

De verschillen in de solvabiliteitsratio’s tussen gemeenten zijn groot. Gemeenten tussen de 5 duizend en 50 duizend inwoners hebben gemiddeld een solvabiliteitsratio van boven de 40 procent. De kleinste gemeenten en de grotere gemeenten kennen een ratio die veel lager is. Deze gemeenten financieren hun eigendommen meer met geleend geld.

Solvabiliteitsratio gemeenten naar gemeentegrootte, 2002

Solvabiliteitsratio gemeenten naar gemeentegrootte, 2002

Mattheus Wassenaar

Bron: StatLine