Koopbereidheid jongeren en lage inkomens sterktst gedaald

De koopbereidheid van consumenten is sinds begin dit jaar sterk gedaald.

In het eerste kwartaal blijft de daling van de koopbereidheid nog beperkt en in alle inkomensgroepen ongeveer even groot.

De scherpe daling in het tweede kwartaal is vooral bij de twee laagste inkomensgroepen het sterkst. Tot deze groepen behoren relatief veel jongeren en alleenstaande ouderen.

Consumentenvertrouwen

Koopbereidheid 18-25 jarigen sterkst gedaald

In het algemeen geldt: des te jonger, des te hoger de koopbereidheid. De beperkte daling in het eerste kwartaal is min of meer gelijk verdeeld over de verschillende leeftijdscategorieën. De scherpe daling in het tweede kwartaal blijkt echter bij de 18-25 jarigen veel sterker te zijn geweest dan bij de overige groepen.

Dit kan wijzen op problemen voor deze groep om aan (tijdelijk) werk te komen of om een baan vast te houden. Het aantal vacatures is immers vanaf het derde kwartaal vorig jaar teruggelopen en de werkloosheid is de afgelopen maanden licht gestegen.

Koopbereidheid naar leeftijd

Bij de 25-34 jarigen is de teruggang in koopbereidheid juist relatief beperkt gebleven. Dit wijst erop dat voor deze leeftijdsgroep de financiële perspectieven nog steeds goed zijn. De koopbereidheid bij de 35-plussers is ongeveer even sterk gedaald als het gemiddelde.

Hoge inkomens: lichte teruggang koopbereidheid

Bij de hoogste inkomensgroep is de teruggang juist kleiner dan gemiddeld. Hier geldt in het algemeen: hoe hoger het inkomen, hoe groter de koopbereidheid. Dit betekent dat de gevolgen voor de consumptiegroei mee zouden kunnen vallen. De hogere inkomensgroepen besteden immers het meest.

Koopbereidheid naar inkomensgroep

De verhoudingsgewijs kleine teruggang van de koopbereidheid bij de hoogste inkomensgroep wijst erop dat de herziening van de belastingheffing op vermogen geen grote rol gespeeld heeft.

Rol prijsstijgingen

Het verschil tussen hoge en lage inkomensgroepen spoort met de mogelijke rol van de prijsstijgingen bij de daling van de koopbereidheid. De prijsverhogingen van eerste levensbehoeften wegen bij de laagste inkomensgroepen relatief zwaarder dan bij de hoogste inkomensgroepen.

Gert Buiten

Bron: Conjunctuurbericht juni en juli 2002