Ruime stijging koopkracht werknemers in 2000

De koopkracht van de Nederlanders is in 2000 met 2,0 procent gestegen. Dit is een relatief sterke stijging. In de voorgaande negen jaar steeg de koopkracht alleen in 1998 meer, namelijk met 2,8 procent. Het besteedbaar inkomen van huishoudens bedroeg in 2000 gemiddeld 24 700 euro.

Vooral werknemers beter af

De koopkrachtverbetering was het grootst bij werknemers. In 2000 hadden huishoudens met loon als voornaamste inkomensbron 3,6 procent meer te besteden dan een jaar eerder. Dit was de grootste toename van de koopkracht in vijf jaar.

Voor huishoudens met een uitkering is de koopkracht met 1,0 procent gestegen. De koopkrachtverbetering van gepensioneerden bedroeg 0,8 procent. Dit is vrijwel evenveel als in de voorgaande vier jaar, met uitzondering van 1998. In dat jaar profiteerden gepensioneerden van de extra verhoging van de ouderenaftrek.

Koopkrachtontwikkeling naar inkomensbron, 1996-2000

Koopkrachtontwikkeling naar inkomensbron, 1996-2000

Grote verschillen

De koopkrachtverbetering van 2,0 procent geeft de mediaan van alle veranderingen in koopkracht weer. Dit betekent dat voor de helft van alle mensen de koopkracht meer dan 2,0 procent hoger was dan een jaar eerder. Voor de andere helft is de koopkracht minder gestegen of zelfs gedaald.

Verdeling van koopkrachtveranderingen, 2000

Verdeling van koopkrachtveranderingen, 2000

De verschillen tussen alle individuele koopkrachtveranderingen waren groot. Voor 36 procent van de mensen is de koopkracht gedaald, terwijl voor een kwart de koopkracht met meer dan tien procent is gestegen. Een grote verandering van de koopkracht hangt vaak samen met veranderingen in de samenstelling van het huishouden of met veranderingen in de inkomensbron. Een grote daling van de koopkracht doet zich bijvoorbeeld voor bij een echtscheiding, bij pensionering of bij korter gaan werken.

Hans de Kleijn

Bron: StatLine