Vergrijzing en arbeidsaanbod

De komende tien jaar zal de bevolking tussen 20 en 65 jaar naar verwachting minder snel toenemen dan in de afgelopen decennia. Tussen 1990 en 2000 groeide dit deel van de Nederlandse bevolking met ruim 650 000 mensen. Deze toename zal in het komend decennium maar half zo groot zijn.

Om voldoende aanbod van arbeid te garanderen, zal de arbeidsdeelname flink moeten groeien. De groep 20 tot 65-jarigen neemt echter niet alleen minder snel in omvang toe, maar zal bovendien verouderen. Op dit moment maken 50 tot 65-jarigen een kwart van deze groep uit. In 2010 zal hun aandeel ruim 35% zijn.

Weliswaar neemt de arbeidsdeelname van ouderen de laatste jaren toe. Toch blijft hij vooralsnog op en laag niveau. Dat kan in de komende jaren het arbeidsaanbod drukken.

Werkzame beroepsbevolking
(personen van 50 jaar en ouder)

Werkzame beroepsbevolking (personen van 50 jaar en ouder)

Ook de toename van het percentage allochtonen in de bevolking kan een drukkend effect hebben op het arbeidsaanbod. Op dit moment is namelijk de arbeidsdeelname van de allochtone bevolking minder dan die van de autochtonen.

Tussen de verschillende groepen allochtonen bestaan overigens grote verschillen in arbeidsdeelname. Die van Surinamers en Antillianen is nauwelijks minder dan die van autochtonen. Van de Surinaamse vrouwen werken er zelfs meer dan van de autochtone. Daarentegen is er in het Turkse en Marokkaanse deel van de bevolking, en dan vooral bij de vrouwen, een lage arbeidsdeelname.

Arbeidsdeelname vrouwen blijft toenemen

Uit scenarioberekeningen van het CBS en het CPB blijkt dat de arbeidsdeelname van vrouwen het komend decennium zal blijven stijgen. In 1999 werkt ruim de helft van de vrouwen; in 2010 zal dat ruim 60% zijn. Daarmee is de groei van de arbeidsparticipatie van vrouwen de dominante factor voor de ontwikkeling van het arbeidsaanbod in de komende jaren.

Netto arbeidsparticipatie vrouwen

Netto arbeidsparticipatie vrouwen

Bas van den Elshout