Sportverenigingen

Eind 1996 stonden bijna 24 duizend sportverenigingen ingeschreven bij de Kamers van Koophandel. Dit aantal is exclusief de watersportverenigingen.

Bij 11 duizend sportverenigingen worden binnensporten beoefend, zoals tafeltennis, volleybal e.d. Bij deze verenigingen zijn 1,3 miljoen leden aangesloten. Ruim een derde van die leden is aangesloten bij verenigingen voor individuele zaalsporten (badminton, gymnastiek e.d.) en ongeveer een kwart bij verenigingen voor teamzaalsporten (zaalvoetbal, basketbal e.d.).

Bij 13 duizend sportverenigingen beoefenen de leden buitensporten, zoals hockey, veldvoetbal e.d. Deze verenigingen hebben 3,3 miljoen leden. Bijna 1 miljoen van die leden is aangesloten bij een voetbalvereniging en 750 duizend bij een tennisvereniging.

Sportverenigingen waar buitensporten worden beoefend, hebben gemiddeld twee keer zoveel leden als sportverenigingen waar de leden zich toeleggen op binnensporten. Golfverenigingen zijn het grootst: een golfvereniging heeft gemiddeld bijna 500 leden. Maar ook tennis- en hengelsportverenigingen zijn vaak wat groter dan andere sportverenigingen. Daarentegen zijn verenigingen waarbij een vorm van paardensport wordt bedreven over het algemeen vrij klein: gemiddeld hebben ze niet meer dan 70 leden.

De baten en lasten van alle sportverenigingen tezamen bedroegen over 1996 respectievelijk 1,8 en 1,7 miljard gulden. Meer dan 80% van die baten en lasten komt voor rekening van de verenigingen waarbij buitensporten worden beoefend. Bij de voetbalverenigingen gaat verreweg het meeste geld om: ongeveer 800 miljoen gulden. Ruim 300 miljoen daarvan wordt omgezet door de profvoetbalclubs in Nederland.

Inkomsten van sportverenigingen, 1996

Inkomsten van sportverenigingen, 1996