5. Samenvatting en discussie
Dit rapport beschrijft verschillen in een aantal aspecten van sociale samenhang tussen jongeren die bereid zijn tot deelname aan een MDT traject of die dat al gedaan hebben, en jongeren die aangeven niet bereid te zijn mee te doen. Hiervoor is gebruik gemaakt van data uit de SSW enquête, dat jaarlijks door het CBS wordt uitgevoerd. De data voor dit rapport is in 2024 verzameld. De vragen over MDT zijn gesteld aan jongeren van 15 tot en met 32 jaar.
Jongeren die bereid zijn tot deelname aan MDT hebben vaker dan jongeren die niet bereid zijn tot deelname wekelijks contact met anderen die minstens 5 jaar ouder of jonger zijn (93 procent tegenover 89 procent). Ze hebben juist minder vaak wekelijks contact met anderen die een ander opleidingsniveau hebben (87 procent tegenover 91 procent voor de groep niet-bereid tot een MDT traject).
Jongeren die bereid zijn tot deelname aan MDT zijn vaker lid van een vereniging (57 procent) dan jongeren die niet bereid zijn tot deelname (44 procent). Ze geven ook vaker aan in het afgelopen jaar vrijwilligerswerk te hebben gedaan (59 procent tegenover 43 procent). Omdat niet expliciet is gevraagd om MDT niet mee te rekenen bij de vraag naar vrijwilligerswerk, moet deze uitkomst met voorzichtigheid worden geïnterpreteerd. Als het aantal MDT-jongeren in de SSW-enquête toeneemt, kan eventueel gevraagd worden naar het jaartal waarin mensen het MDT traject hebben gevolgd. Het MDT traject dat niet in de afgelopen 12 maanden heeft plaatsgevonden is dan sowieso niet onderdeel geweest van het vrijwilligerswerk. De huidige celvulling is te laag waardoor deze splitsing nog niet mogelijk is.
Jongeren die bereid zijn tot deelname aan MDT hebben vaker vertrouwen in anderen dan jongeren die niet bereid zijn tot deelname (respectievelijk 76 procent en 62 procent). Deze jongeren hechten ook meer waarde aan maatschappelijke inzet: ze vinden het belangrijker dan de andere groep om zich in te zetten voor de ander (90 procent tegenover 83 procent) en voor de samenleving (75 procent tegenover 57 procent). Er zijn in deze editie geen verschillen gevonden in sociale participatie, het geven van informele hulp en talentontwikkeling tussen de groepen die wel en die niet bereid zijn mee te doen met MDT.
MDT blijft groeien: het aantal jongeren (in de leeftijd van 12 tot en met 29 jaar) dat tot en met 2024 een MDT traject heeft doorlopen ligt op 189.300 (Rijksoverheid, 2024). Statistisch gezien groeit dus ook de kans dat jongeren in de steekproef van de enquête Sociale samenhang en welzijn terechtkomen. Toch is het aantal jongeren dat een MDT traject heeft doorlopen relatief laag in de enquête Sociale samenhang en welzijn. Dit kan samenhangen met de naamsbekendheid van MDT: een aantal jongeren dat een MDT-traject heeft doorlopen kan zich niet bewust zijn dat het gedane vrijwilligerswerk onder de noemer MDT valt. In 2022 kwam dit duidelijk naar voren: in dat jaar werd de extra steekproef aangeleverd door een extern onderzoeksbureau waarvan gecontroleerd was dat deze steekproefpersonen een MDT traject hadden doorlopen. Toch werd de intro-vraag “heeft u meegedaan aan Maatschappelijke Diensttijd of zou u ooit mee willen doen?” maar door 319 van de 618 MDT’ers met “Ik doe al mee of ik heb al meegedaan” beantwoord. Hierop is de vraagstelling aangepast, met meer uitleg over MDT. Omdat er dit jaar geen informatie is geleverd door een extern bureau valt deze editie echter niet te controleren of nu meer jongeren correct aangeven dat zij een MDT-traject hebben doorlopen.