Auteur: Karin Oosterlaken, Guido Brayé

Kwaliteitsrapport Bijstandsdebiteuren en -fraudestatistiek (BDFS)

Over deze publicatie

Het Kwaliteitsrapport Bijstandsdebiteuren en –fraudestatistiek (BDFS) beschrijft het statistisch proces van de statistiek met gegevens over het aantal bijstandsvorderingen in Nederland en de bedragen die hiermee gemoeid zijn.

1. Inleiding

Dit rapport beoogt gebruikers inzicht te geven in onder meer doel, proces, methodiek en publicatiebeleid bij de totstandkoming en het gebruik van de Bijstandsdebiteuren en -fraudestatistiek (BDFS). Ook wordt aandacht besteed aan de kwaliteit van de output.

De BDFS-statistiek wordt verder conform Jaarplan en jaarverslag CBS  van het CBS gepubliceerd. Maatregelen die gelden voor alle statistieken van het CBS, komen in dit rapport niet aan de orde. Denk hierbij aan maatregelen om de vertrouwelijkheid van de data en de kwaliteit van de output en processen te waarborgen.

1.1. Behoeften en gebruikers

Een belangrijke gebruiker is het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Met het ministerie wordt jaarlijks een contract afgesloten voor het leveren van aanvullende statistische diensten, waaronder de BDFS.

2. Beschrijving van de statistiek

2.1. Algemeen

De Bijstandsdebiteuren en –fraudestatistiek (BDFS) geeft inzicht in het aantal bijstandsvorderingen in Nederland en de bedragen die hiermee gemoeid zijn.
Met ingang van 1 januari 2013 is het sanctiebeleid bij schending van de inlichtingenplicht in de Wet werk en bijstand (WWB) aangescherpt1). Voor het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV), de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en gemeenten geldt nu hetzelfde sanctiebeleid. Gemeenten zijn verplicht een boete op te leggen als een uitkeringsgerechtigde de informatieverplichting niet nakomt2). Omdat dit als schending van de vorderingscomponent worden gemaakt. Meer informatie over o.a. het verwerkingsproces en de kwaliteit van de BDFS is te vinden in de zogeheten Korte onderzoeksbeschrijving.

2.2. Wet- en regelgeving

In de CBS-Wet, artikel 33, staat vermeld dat overheidsinstanties hun registraties moeten leveren aan het CBS indien zij deze nodig heeft voor het maken van haar statistieken. Op deze manier worden registratiegegevens omtrent de BDFS- statistiek verkregen.

2.3. Statistische eenheid

Onderwerp van meting

Onderwerp van de Bijstandsdebiteuren en -fraudestatistiek is het aantal bijstands-vorderingen. In de praktijk is gebleken dat het aantal bijstandsvorderingen vaak wordt verward met het aantal personen met een bijstandsvordering. Er is echter een belangrijk verschil: bij een deel van de vorderingen zijn er twee personen hoofdelijk aansprakelijk. Dat geldt in het geval van een uitkering aan een (echt)paar. Ook kunnen personen meerdere vorderingen hebben.

Meetmethodiek

De maandcijfers over het aantal vorderingen zijn gebaseerd op schulden die zijn ontstaan ten gevolge van algemene en bijzondere bijstand (inclusief de aanvullende inkomensvoorziening ouderen – AIO), de Wet werk en bijstand (WWB; algemeen en bijzonder), de Wet investeren in jongeren (WIJ), het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), de Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK), de Algemene bijstandswet (ABW) en de Rijksgroepsregeling Werkloze Werknemers (RWW) zoals die in de desbetreffende maand zijn verstrekt en als zodanig zijn geregistreerd in de administraties van gemeenten, de SVB en andere berichtgevers. Deze methodiek wordt ook wel kort aangeduid als registratie-methodiek.

2.4. Populatie

Voor de statistiek van de BDFS wordt de populatie gevormd door het aantal bijstandsvorderingen. De bijstandsvorderingen hebben betrekking op de ontstane schuld in het kader van de Participatiewet en andere bijstandsgerelateerde uitkeringen.

2.5. Variabelen

Het aantal openstaande vorderingen wordt in de statistiek uitgesplitst naar vorderingskenmerken. Het belangrijkste vorderingskenmerk is de ontstaansgrond. De ontstaansgrond is de oorzaak van de vordering: bijvoorbeeld schending van de inlichtingenplicht, boete, verhaal, lening, etc.

Ook vindt uitsplitsing plaats naar regio. Wanneer bijstandsvorderingen geteld worden dan is de variabele ‘Regio’ de gemeente die de vordering opgelegd heeft of de regio waar deze gemeente deel van uitmaakt en is afkomstig uit de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). Een persoon kan na het opgelegd krijgen van een vordering verhuizen. De vorderende gemeente is dan niet meer gelijk aan de woongemeente van de debiteur.

Meeteenheid

Bijstandsvorderingen.

2.6. Verslagperiode

Maand

2.7. Tijdreeks

Vanaf januari 2013.

2.8. Landen

Nederland.
1)Voor wetgeving zie: http://wetten.overheid.nl/BWBR0032087/geldigheidsdatum_13-11-2013
2)De informatieverplichting in de bijstand houdt in dat bijstandsontvangers veranderingen in hun persoonlijke situatie, waarvan zij redelijkerwijs mogen aannemen dat die invloed heeft op hun uitkering, moeten doorgeven aan de uitkering verlenende instantie. Bijvoorbeeld inkomsten uit werk of samenwonen.

3. Statistisch proces

3.1. Primaire waarneming

Niet van toepassing.

3.2. Secundaire waarneming

Maandelijks leveren gemeenten, door gemeenten gemandateerde bericht¬gevers (waaronder loketten voor zelfstandigen en gemeentelijke samenwerkings-verbanden) en de SVB gegevensbestanden aan over de bijstandsvorderingen, zoals die aan het eind van die desbetreffende maand in de vorderingenadministratie staan geregistreerd.

3.3. Steekproeftrekken

Niet van toepassing. Alle gemeenten, gemandateerde bericht¬gevers (waaronder loketten voor zelfstandigen en gemeentelijke samenwerkingsverbanden) en de SVB leveren een volledige (integrale) registratie aan.

3.4. Respons

Binnen zes weken na het einde van de verslagmaand is alle input van gemeenten en andere berichtgevers doorgaans ontvangen. Zo nodig wordt gerappelleerd. Mocht een gemeente voor de verwerking van alle gegevens nog niet hebben geleverd, dan vindt imputatie plaats (zie 3.6). Doorgaans is alle informatie van alle gemeenten binnen voor publicatie van de definitieve cijfers.

3.5. Gaafmaken

Bestanden worden automatisch gaafgemaakt. De relevante velden worden ge-controleerd op het juiste waardenbereik en er vinden relationele controles plaats. In de BDFS-Richtlijnen voor de gemeente is het juiste waardenbereik opgenomen. Onjuiste waarden worden op een code onbekend gezet. Zo nodig wordt hierover contact opgenomen met gemeen¬ten/andere berichtgevers. Als het aantal signaleringen relatief hoog is, wordt gevraagd om een herlevering.

Verder volgt het CBS de ontwikkelingen tussen gemeenten in dezelfde grootteklasse en regio. Verwacht mag worden dat die een gelijke ontwikkeling vertonen. Verder mogen geen onverklaarbare verschillen voorkomen met de cijfers van de vorige verslagmaand. De geautomatiseerde gaafmaakprocedure signaleert opmerkelijke verschillen.

3.6. Imputeren

Gegevens van ontbrekende gemeenten/berichtgevers worden geïmputeerd. Hierbij wordt het bestand van de laatste kwalitatief goede en volledige inzending genomen. In de praktijk komt dit zelden voor.

Uitbijterdetectie- en afhandeling

Als een record slecht is gevuld, wordt het record in overleg met de bericht¬gever verwijderd. Als dit (relatief) vaak voorkomt, wordt de berichtgever gevraagd om herlevering van het gehele bestand.

3.7. Wegen en ophogen

Weging en ophoging vinden niet plaats, omdat er sprake is van integrale waarneming.

3.8. Transformeren

Het kan soms nodig zijn de betekenis van velden aan te passen. Door omstandigheden kan het voorkomen dat diverse gemeenten tijdelijk een foutieve (verouderde) code voor een bepaald veld aanhouden. Het CBS kan dit gelijktijdig herstellen in een zogenaamd voortraject (bij inlezen) of natraject (na controle).

3.9. Koppelen

De bestanden met bijstandsvorderingen worden binnen het CBS gekoppeld met de Basisregistratie Personen (BRP). Uit de BRP worden gegevens overgenomen zoals geslacht, geboortedatum en migratieachtergrond. Deze gegevens zijn in bestandsvorm beschikbaar in het Stelsel van Sociaal Statistische Bestanden (SSB). Ook worden de bestanden verrijkt met regio-informatie uit de BAG.

3.10. Corrigeren

De cijfers van de BDFS zijn niet gecorrigeerd voor seizoeneffecten of werkdagen.

Vanaf 2013 is sprake van een transactieconcept waarbij 'vertraagde informatie'3) uit de opeenvolgende twee maanden (t+1 en t+2) in de verslagmaand wordt opgenomen.
De 'vertraagde informatie' afkomstig uit de uitkeringsadministraties van de twee maanden volgend op de verslagmaand wordt verwerkt in de statistiek. De vertraagde informatie is vooral van belang voor een juiste bepaling van aanvang en beëindiging van een vordering.

Trendbreuk

De overstap van registratie-methodiek naar transactie-methodiek (2013) veroorzaakt een beperkte trendbreuk met eerder gepubliceerde cijfers. Vertraagde informatie waaruit blijkt dat vorderingen al zijn beëindigd, afgelost of kwijtgescholden, heeft tot gevolg dat aantallen bijstandsvorderingen lager uitvallen dan op basis van de registratie-methodiek zou worden bepaald. Daarentegen heeft vertraagde informatie over nieuwe vorderingen op ontvangers van bijstandsuitkeringen een verhogend effect op deze aantallen. Het effect hiervan is beperkt: in alle gevallen is het verschil minder dan 0,5 procent.

Zie onderstaande tabel voor de verschillen in de eerste 6 maanden van 2013:

3.10.1 Verschil berekening registratie en transactieconcept van het aantal vorderingen
jan-13feb-13mrt-13apr-13mei-13jun-13
Registratie (oud)Aantal vorderingen404160404730408465409970410360404515
Registratie (oud)Openstaand saldo (mln euro)1375,51374,11378,81379,41374,11375,9
Transactie (nieuw)Aantal vorderingen405320405525409225410815411320405335
Transactie (nieuw)Openstaand saldo (mln euro)1377,91376,61380,91381,71376,81378,2
Verschil Transactie - RegistratieAantal vorderingen1160795760845960820
Verschil Transactie - RegistratieOpenstaand saldo (mln euro)2,42,52,12,32,72,3

3)Onder vertraagde informatie wordt een record verstaan die in een maand na de verslagmaand wordt geleverd, maar waarbij de geldigheid ligt in de verslagmaand.

4. Publicaties

4.1. StatLine-tabellen

Dit rapport heeft betrekking op de volgende actieve StatLine-tabel:
Bijstand; bijstandsvorderingen naar ontstaansgrond en regio

Classificatiesysteem

De BDFS kent als output één StatLine-tabel (zie 4.1).
De cijfers in deze tabel zijn uitgesplitst naar de volgende classificaties:
‘Regio’ (Nederland, landsdeel, provincie, gemeente, COROP en gebieden per provincie) en ‘Type ontstaansgrond van de vordering en saldoschuld.
Het kan voorkomen dat een waarde van één van deze variabelen voor een vordering niet bekend is. In dat geval wordt de vordering wel in het totaal geteld, maar niet in één van de categorieën. Er is namelijk geen categorie ‘Onbekend’ in de tabel opgenomen. Het is daarom mogelijk dat het totaal aantal vorderingen niet overeenkomt met de som van het aantal vorderingen per categorie.

Frequentie

Publicatie van de tabel vindt doorgaans 4 maanden na afloop van elk kwartaal plaats. Op dat moment worden de drie maanden van dat kwartaal gepubliceerd. De cijfers zijn definitief, behalve de laatste twaalf maanden.

Revisies en bijstellingen

De voorlopige cijfers worden na verloop van tijd definitief. Als sprake is van een wijziging in de voorlopige cijfers t.o.v. van de definitieve cijfers vindt bijstelling plaats. Aanpassing (herziening) van de definitieve cijfers wordt alleen overwogen in geval van calamiteiten. Dit beleid is geldig voor alle uitkerings-gerelateerde statistieken. Dit beleid is vastgelegd in een intern protocol.
Herziening heeft tot op heden slechts één keer plaatsgevonden doordat de kwaliteit van de input goed wordt bewaakt (intensieve inputcontrole). In voorkomende gevallen wordt er eerder voor gekozen het definitief maken van de cijfers uit te stellen.

4.2. Nieuwsberichten

Er worden niet standaard nieuwsberichten gepubliceerd over het aantal bijstandsvorderingen.

4.3. Microdata

Aan gebruikers die van CBS Microdata Services toestemming hebben gekregen, kunnen onder voorwaarden microdatabestanden voor specifiek onderzoek beschikbaar worden gesteld via CBS Microdata Services. Op dit moment zijn de bestanden met bijstandsvorderingen beschikbaar vanaf 2013.

4.4. Overige publicaties

Op de CBS-website bestaat de themapagina Sociale zekerheid waarop informatie te vinden is over Publicaties over de sociale zekerheid. Tevens staan onder de rubriek Nieuwsbericht Bijstand nieuwsberichten die elk kwartaal verschijnen en de recente ontwikkeling in de bijstandscijfers bespreken.

5. Kwaliteitsmanagement

Onderdeel van het kwaliteitsmanagement is dat wordt gestreefd naar integrale waarneming. Daarnaast vindt in het statistisch proces zowel een technische controle plaats op het waardenbereik van de velden in de records als een statistische controle waarbij relaties tussen kenmerken onderling en bepaalde volgtijdelijke ontwikkelingen tussen opeenvolgende verslagmaanden worden beoordeeld. Verder vindt er controle plaats op de tijdige binnenkomst van bestanden. Tot slot is er sprake van een eindcontrole op diverse kwaliteitsaspecten van het gehele proces.

5.1. Volledigheid


Alle statistieken, (maatwerk-)producten en onderzoeken worden gepubliceerd volgens het Jaarplan en jaarverslag CBS. Alleen als de brongegevens van onvoldoende kwaliteit zijn, wordt er niet gepubliceerd. Aanloop¬problemen bij nieuwe of aangepaste regelingen kunnen aanleiding zijn om niet of later dan gebruikelijk te publiceren.

5.2. Nauwkeurigheid

Belangrijkste foutenbron zijn ontbrekende of onjuiste gegevens van één of meer variabelen in de administratieve data. Als een debiteurendossier is aangemaakt, dan is er wel een record opgenomen maar deze kan soms incompleet of onjuist zijn. Dit wordt dan later alsnog bijgewerkt door de gemeenten, berichtgevers of de SVB. Wanneer er sprake is van (relatief) veel fouten wordt gevraagd om een herlevering.

6. Vergelijkbaarheid

6.1. Vergelijkbaarheid tussen landen

Het sociale stelsel van de verschillende landen wijkt te veel van elkaar af om de gegevens direct te kunnen vergelijken.

6.2. Vergelijkbaarheid in de tijd/reeksbreuken

De BDFS is een gecombineerde opvolger van de BijstandsdebiteurenStatistiek (BDS) en de Bijstandsfraudestatistiek (BFS). Van de BFS zijn echter alleen uitkomsten gepubliceerd tot en met het verslagjaar 2008. In de BDFS zijn zowel verwijtbare vorderingen opgenomen die zijn ontstaan onder de wetgeving van vóór 2013 als de vorderingen krachtens de nieuwe wetgeving per 1 januari 2013 (Fraudewet). De vorderingen op grond van schending van de inlichtingenplicht zijn vergelijkbaar met de verwijtbare vorderingen onder de oude wetgeving.

7. Samenhang en consistentie

7.1. Samenhang van concepten

Alleen een ontvanger van bijstand of een bijstandsgerelateerde uitkering kan in het kader hiervan een vordering krijgen. Als er twee ontvangers van een bijstandsuitkering zijn, zijn ook beide aansprakelijk voor een bepaalde vordering.
Voor de gebruikte classificaties geldt het volgende:

  • Voor de variabele ‘geslacht’ wordt een CBS standaard gevolgd.
  • De indeling naar leeftijdsklassen is aangepast voor de flexibele pensioenleeftijd.

Voor de regio’s wordt een CBS-standaard gevolgd: Nederland, landsdeel, provincie, gemeente, COROP, gebieden per provincie. De regio is de regio waarin de vordering is ontstaan, niet de woongemeente van een persoon met een vordering.

7.2. Consistentie tussen voorlopige en definitieve cijfers

Verschillen tussen voorlopige en definitieve cijfers worden veroorzaakt door nagekomen informatie en correcties in het productieproces. Bij een herlevering kunnen bovendien de cijfers door een gemeente/berichtgever gecorrigeerd zijn waardoor de cijfers afwijken.

7.3. Consistentie tussen korte en lange termijn cijfers

De gepubliceerde jaarcijfers komen overeen met de cijfers van ultimo december.

7.4. Consistentie met andere statistieken (plausibiliteit)

Niet van toepassing.

7.5. Modelmatige consistentie

Niet van toepassing.

7.6. Consistentie tussen aggregaten en microdata

Na het afmaken en eventuele imputatie zijn de microdata en de definitieve cijfers consistent.

8. Afkortingen en begrippen

Begrippen en definities
Afkorting of begripBeschrijving of definitie
Aantal vorderingen op transactiebasisHet aantal vorderingen zoals vastgelegd in de gemeentelijke administratie op het einde van de verslagmaand, gecorrigeerd voor nagekomen informatie in de twee maanden volgend op de verslagmaand.
Aantal vorderingen op registratiebasisHet aantal vorderingen zoals vastgelegd in de gemeentelijke uitkeringsadministratie of de administratie van de SVB op het einde van de verslagmaand.
ABWAlgemene Bijstandswet sinds 1965. Voorganger van de Abw.
AbwAlgemene bijstandswet sinds 1996. Opvolger van de ABW en voorganger van de WWB 2004.
AIOAanvullende inkomensvoorziening Ouderen.
BAGBasisregistratie Adressen en Gebouwen.
BbzBesluit bijstandsverlening zelfstandigen.
BDSBijstandsdebiteurenstatistiek.
BDFSBijstandsdebiteuren en –fraudestatistiek.
BFSBijstandsfraudestatistiek.
BRPBasisregistratie Personen.
COROPGebiedsindeling ontworpen door de Coördinatie Commissie Regionaal Onderzoeksprogramma, waarin veertig gebieden en drie subgebieden worden onderscheiden.
IOAWWet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers.
IOAZWet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.
PwetParticipatiewet, opvolger van de WWB.
RWWRijksgroepsregeling Werkloze Werknemers.
SSBStelsel van Sociaal Statistische bestanden.
SVBSociale Verzekeringsbank.
WIJWet investeren in Jongeren.
WWBWet werk en bijstand sinds 2004. Opvolger van de ABW.
WWIKWet werk en inkomen kunstenaars.