Maatstaven gemeentefonds; diverse indicatoren; regio-indeling 2022
Regio's | Wajong-uitkeringen, 31-12-2021 (aantal) |
---|---|
Nederland | 243.160 |
Aa en Hunze | 480 |
Aalsmeer | 270 |
Aalten | 390 |
Achtkarspelen | 500 |
Alblasserdam | 210 |
Albrandswaard | 290 |
Alkmaar | 1.870 |
Almelo | 1.680 |
Almere | 2.500 |
Alphen aan den Rijn | 1.470 |
Alphen-Chaam | 70 |
Altena | 540 |
Ameland | 30 |
Amersfoort | 1.900 |
Amstelveen | 660 |
Amsterdam | 8.500 |
Apeldoorn | 3.220 |
Arnhem | 3.950 |
Assen | 1.620 |
Asten | 160 |
Baarle-Nassau | 60 |
Baarn | 760 |
Barendrecht | 380 |
Barneveld | 690 |
Beek (L.) | 190 |
Beekdaelen | 450 |
Beesel | 220 |
Berg en Dal | 690 |
Bergeijk | 160 |
Bergen (L.) | 170 |
Bergen (NH.) | 470 |
Bergen op Zoom | 1.020 |
Berkelland | 630 |
Bernheze | 320 |
Best | 250 |
Beuningen | 270 |
Beverwijk | 610 |
De Bilt | 410 |
Bladel | 210 |
Blaricum | 60 |
Bloemendaal | 180 |
Bodegraven-Reeuwijk | 330 |
Boekel | 150 |
Borger-Odoorn | 440 |
Borne | 390 |
Borsele | 280 |
Boxtel | 380 |
Breda | 2.090 |
Brielle | 190 |
Bronckhorst | 450 |
Brummen | 340 |
Brunssum | 620 |
Bunnik | 120 |
Bunschoten | 220 |
Buren | 200 |
Capelle aan den IJssel | 750 |
Castricum | 370 |
Coevorden | 490 |
Cranendonck | 180 |
Culemborg | 310 |
Dalfsen | 320 |
Dantumadiel | 360 |
Delft | 1.260 |
Deurne | 550 |
Deventer | 1.940 |
Diemen | 220 |
Dijk en Waard | 1.520 |
Dinkelland | 300 |
Doesburg | 240 |
Doetinchem | 1.510 |
Dongen | 260 |
Dordrecht | 1.580 |
Drechterland | 280 |
Drimmelen | 370 |
Dronten | 610 |
Druten | 460 |
Duiven | 330 |
Echt-Susteren | 590 |
Edam-Volendam | 280 |
Ede | 1.870 |
Eemnes | 100 |
Eemsdelta | 970 |
Eersel | 410 |
Eijsden-Margraten | 200 |
Eindhoven | 2.840 |
Elburg | 360 |
Emmen | 2.110 |
Enkhuizen | 400 |
Enschede | 3.760 |
Epe | 480 |
Ermelo | 840 |
Etten-Leur | 480 |
De Fryske Marren | 580 |
Geertruidenberg | 200 |
Geldrop-Mierlo | 400 |
Gemert-Bakel | 380 |
Gennep | 560 |
Gilze en Rijen | 230 |
Goeree-Overflakkee | 700 |
Bron: CBS. |
Tabeltoelichting
Gemeenten ontvangen geld van de Rijksoverheid uit het gemeentefonds. Hiermee betalen zij een deel van hun uitgaven. In opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) stelt CBS cijfers samen waarmee deze verdeelmodellen doorgerekend kunnen worden. Deze tabel bevat gegevens die onder andere als grondslag dienen bij het bepalen van de verdeling van het landelijk budget over de gemeenten ten behoeve van de algemene uitkeringen, Jeugdwet en de Participatiewet.
Gegevens beschikbaar voor 2022
Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief, maar samengesteld op basis van gegevens uit verschillende bronnen, en berekend op verschillende basisjaren. Dit wil zeggen dat de cijfers niet zondermeer vergelijkbaar zijn met reeds gepubliceerde cijfers op StatLine. In de toelichting bij de onderwerpen wordt dit nader verklaard.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Nieuwe cijfers worden onregelmatig gepubliceerd.
Wijzigingen per 02-08-2022
Cijfers over het aantal ouders (van kinderen tot 18 jaar) met langdurig psychisch medicijngebruik in 2021 zijn toegevoegd.
Toelichting onderwerpen
- Wajong-uitkeringen, 31-12-2021
- Het aantal uitkeringen op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong) op 31 december 2021 voor de gemeentelijke indeling van 1-1-2022.
Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong):
Wettelijke voorziening in de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid van mensen die geen aanspraak kunnen maken op de WAO/WIA, omdat er geen arbeidsverleden is opgebouwd.
Dit zijn mensen die arbeidsongeschikt zijn voor de dag dat zij 17 jaar worden of na hun 17e jaar arbeidsongeschikt worden én een opleiding/studie volgen.
Vanaf 1 januari 2010 is de Wajong vervangen door de Wet Wajong. De Wajong blijft gelden voor jongeren die voor 1 januari 2010 al een uitkering ontvingen.
Het recht op een uitkering op grond van de Wajong vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong):
Met ingang van 1 januari 2010 is de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong) in werking getreden.
In tegenstelling tot de Wajong hebben jongeren met een ziekte of handicap in de eerste plaats recht op hulp bij het vinden en houden van werk. Daaraan gekoppeld kunnen ze een inkomensondersteuning krijgen.
Met het van kracht worden van de Participatiewet m.i.v. januari 2015 kunnen alleen jonggehandicapten, die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn, nog instromen in de Wet Wajong.
Jonggehandicapten die nog kunnen werken vallen vanaf januari 2015 onder de Participatiewet en kunnen voor ondersteuning terecht bij gemeenten.
Jongeren die vóór 2015 al een uitkering op grond van de Wet Wajong hadden houden deze uitkering.
Het recht op een uitkering op grond van de Wet Wajong vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
De cijfers over het aantal uitkeringen op grond van de Wajong en Wet Wajong in deze tabel kunnen afwijken van soortgelijke cijfers op Statline over het aantal uitkering op grond van de Wajong en Wet Wajong. Dit komt doordat in deze tabel de meest recente gemeentelijke indeling is toegepast maar de cijfers over 2021 gaan.