Kerncijfers wijken en buurten 2019

Kerncijfers wijken en buurten 2019

Wijken en buurten Wonen Woningen naar eigendom Huurwoningen Huurwoningen totaal (%) Wonen Woningen naar eigendom Huurwoningen In bezit woningcorporatie (%) Wonen Woningen naar eigendom Huurwoningen In bezit overige verhuurders (%) Sociale zekerheid Personen per soort uitkering; Bijstand (aantal) Sociale zekerheid Personen per soort uitkering; AO (aantal) Sociale zekerheid Personen per soort uitkering; WW (aantal) Sociale zekerheid Personen per soort uitkering; AOW (aantal)
Nederland 42 29 13 431.360 735.350 230.180 3.065.800
Aa en Hunze 26 20 6 400 1.090 380 6.130
Wijk 00 Annen 26 20 6 40 100 60 830
Annen 27 21 6 30 100 50 800
Verspreide huizen Annen 3 0 3 0 0 10 30
Wijk 01 Eext 17 13 4 20 50 20 280
Eext 17 14 3 20 40 20 230
Verspreide huizen Eext 10 0 10 0 10 0 40
Wijk 02 Anloo 18 13 5 20 20 10 110
Anloo 19 14 5 10 10 10 90
Verspreide huizen Anloo 17 8 8 10 10 0 20
Wijk 03 Gasteren 6 4 2 0 10 10 110
Gasteren 7 4 2 0 10 10 110
Verspreide huizen Gasteren . . . . . . .
Wijk 04 Anderen 15 6 8 0 20 0 50
Anderen 13 7 6 0 10 0 50
Verspreide huizen Anderen . . . . . . .
Wijk 05 Schipborg 10 4 6 10 10 10 200
Schipborg 7 4 3 10 10 10 180
Verspreide huizen Schipborg 26 0 26 0 0 0 20
Wijk 06 Eexterveen 11 3 9 0 10 10 60
Eexterveen 12 3 9 0 10 10 50
Verspreide huizen Eexterveen . . . . . . .
Wijk 07 Spijkerboor 8 6 2 0 0 0 30
Spijkerboor 8 6 2 0 0 0 30
Verspreide huizen Spijkerboor . . . . . . .
Wijk 08 Nieuw-Annerveen 2 0 2 0 0 0 20
Nieuw-Annerveen 3 0 3 0 0 0 20
Verspreide huizen Nieuw-Annerveen . . . . . . .
Wijk 09 Oud-Annerveen 4 0 4 0 10 0 20
Oud-Annerveen 4 0 4 0 10 0 20
Verspreide huizen Oud-Annerveen . . . . . . .
Wijk 11 Annerveenschekanaal 23 22 2 10 20 10 50
Annerveenschekanaal 23 22 2 10 20 10 50
Verspreide huizen Annerveenschekanaal . . . . . . .
Wijk 12 Eexterveenschekanaal 14 8 7 0 20 10 50
Eexterveenschekanaal 14 8 7 0 20 10 50
Verspreide huizen Eexterveenschekanaal . . . . . . .
Wijk 13 Eexterzandvoort 7 5 2 0 0 0 30
Eexterzandvoort 9 7 2 0 0 0 20
Verspreide huizen Eexterzandvoort . . . . . . .
Wijk 14 Gasselte 26 22 5 30 60 20 560
Gasselte 28 24 4 20 30 20 470
Kostvlies 11 5 5 0 0 0 40
Verspreide huizen Gasselte 28 5 23 0 20 0 50
Wijk 15 Gasselternijveen 38 36 3 70 80 30 350
Gasselternijveen 39 37 2 70 80 30 350
Gasselterboerveen . . . . . . .
Verspreide huizen Gasselternijveen . . . . . . .
Wijk 16 Gasselternijveenschemond 18 13 6 20 60 10 110
Gasselternijveenschemond 19 13 6 20 60 10 110
Gasselterboerveenschemond . . . . . . .
Verspr.h. Gasselternijveenschemond . . . . . . .
Wijk 17 Gieten 32 27 5 80 160 80 1.340
Gieten 33 28 5 80 160 80 1.290
Verspreide huizen Gieten 1 1 0 0 0 0 50
Wijk 18 Gieterveen 18 14 4 20 50 20 230
Gieterveen 28 24 4 20 30 10 110
Bonnerveen 7 0 7 0 0 0 20
Nieuwediep 8 3 5 0 10 0 50
Verspreide huizen Gieterveen 3 0 3 0 10 0 50
Wijk 19 Rolde 29 22 7 60 340 60 1.400
Rolde 30 26 5 60 130 50 1.240
Ballo 5 0 5 0 10 0 40
Nijlande 4 0 4 0 0 0 10
Deurze 6 0 6 0 0 0 10
Verspreide huizen Nooitgedacht 36 5 31 0 200 0 70
Verspreide huizen Rolde 13 0 13 0 0 0 30
Wijk 20 Grolloo 26 6 20 20 50 10 220
Grolloo 15 10 5 10 10 10 120
Schoonloo 18 10 8 10 10 0 40
Verspreide huizen Papenvoort 30 0 30 0 10 0 10
Verspreide huizen Grolloo 44 0 44 0 20 0 60
Wijk 21 Ekehaar 9 5 5 0 20 10 100
Ekehaar 13 8 5 0 10 0 60
Amen 3 0 3 0 10 0 20
Verspreide huizen Ekehaar 6 0 6 0 0 0 30
Aalsmeer 35 24 12 250 910 380 5.440
Wijk 00 Aalsmeer 41 24 17 130 380 130 2.930
Centrum 42 19 22 10 40 30 750
Stommeer 41 27 14 100 240 80 1.310
Hornmeer 43 30 14 20 80 30 700
Uiterweg 28 0 28 0 10 10 180
Wijk 01 Kudelstraat en Kalslagen 35 28 7 80 290 110 1.310
Kudelstaart 35 28 7 80 290 110 1.310
Wijk 02 Oosteinde 27 19 8 40 240 130 1.200
Bovenlanden 25 0 25 0 30 10 180
Greenpark 19 0 19 0 20 10 140
Oosteinde 29 25 5 40 180 110 790
Schinkelpolder 13 0 13 0 10 0 90
Aalten 29 19 10 310 1.130 270 5.540
Wijk 01 Buitengebied Aalten 14 0 14 10 100 30 700
Barlo-Kern 0 0 0 0 0 0 10
Verspreide huizen Barlo 14 0 14 0 10 0 80
Verspreide huizen Heurne 16 0 16 0 10 0 60
Verspreide huizen IJzerlo 18 0 18 0 10 0 70
IJzerlo-kern 12 0 12 0 0 0 30
Lintelo-kern 6 5 2 0 10 0 30
Verspreide huizen ten westen van Aalten 15 0 15 0 0 0 50
Verspreide huizen Lintelo 17 0 17 0 20 10 110
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Overzicht van statistische gegevens van gemeenten, wijken en buurten in Nederland.

Gegevens beschikbaar over: 2019.

Status van de cijfers:
Definitief, tenzij in de toelichting bij het onderwerp expliciet is vermeld dat het voorlopige cijfers betreft.

Wijzigingen per december 2023
Binnen het thema wonen zijn definitieve cijfers over de gemiddelde woningwaarde opgenomen. Binnen het thema inkomen zijn de cijfers over het mediane vermogen van particuliere huishoudens herzien naar aanleiding van een fout in de bronbestanden van de studieschulden (=vermogen). Dit levert voor 2019 en 2020 geringe verschillen op in het mediane vermogen.

Wijzigingen per juni 2023
Binnen het thema motorvoertuigen zijn de gegevens vanaf 2019 herzien. Deze zijn nu berekend op basis van de nieuwe verbeterde selectiemethode, waarbij alleen voertuigen zijn meegenomen die op basis van verzekering deel mochten nemen aan het verkeer. Voorheen werden ook enkele niet-verzekerde voertuigen meegenomen. In paragraaf 4 staat een koppeling naar het methoderapport waarin de verschillen tussen de oude en nieuwe selectiemethode worden uitgelegd en gekwantificeerd.
Binnen het thema bevolking zijn gecorrigeerde cijfers toegevoegd. De correctie is het gevolg van een wijziging in de methode van afronden. Deze afronding hoort aselect te zijn, wat onafhankelijk en willekeurig gebeurt. Dit was niet geheel het geval, omdat door een fout in de toepassing van de methode de cijfers vaker naar beneden dan naar boven werden afgerond. Bij het maken van tellingen over afgeronde aantallen gaf dit in sommige gevallen een vertekend beeld. Er zijn tevens hier en daar zeer kleine verschuivingen in de cijfers van wijken en buurten door de ‘kennis van nu’: daar waar aanvankelijk geen waarnemingen waren en op het moment van correctie wel.
De cijfers, met uitzondering van relatieve cijfers, zijn voor wijken en buurten gecorrigeerd. De correctie heeft geen gevolgen voor de landelijke of gemeentelijke aantallen met betrekking tot de genoemde onderwerpen. De correctie heeft ook geen gevolgen voor aantallen van andere onderwerpen in de tabel.


Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Voor deze tabel zijn geen nadere updates meer te verwachten.

Toelichting onderwerpen

Wonen
Woningen naar eigendom
Informatie over huur- en koopwoningen wordt samengesteld uit een koppeling tussen verschillende bronnen.
Huurwoningen
Woningen die niet bewoond worden door de eigenaar van de woning. Bij woningen waar geen bewoner geregistreerd is, gaat het om woningen waarvan het aannemelijk is dat de woning bestemd is voor de huurmarkt.
Huurwoningen totaal
Peildatum: 1 januari van het desbetreffende jaar.
Het aantal is vermeld als percentage van het totaal aantal woningen en vermeld bij 20 woningen of meer per buurt en wanneer het aandeel woningen met eigendom onbekend 50 procent of minder bedroeg.
In bezit woningcorporatie
Huurwoningen in eigendom van 'toegelaten instellingen volkshuisvesting'. Het betreft het aantal huurwoningen waarvan is vastgesteld dat de eigenaar een toegelaten instelling is. Het betreft niet het aantal sociale huurwoningen, omdat er alleen is vastgesteld wie de eigenaar is en er niet is gekeken naar de hoogte van de huurprijs.
Toegelaten instellingen: woningbouwvereniging, woningstichting, woningcorporatie.
Sociale huurwoningen: woningen met een huur onder de liberalisatiegrens.

Peildatum: 1 januari van het desbetreffende jaar.
Het aantal is vermeld als percentage van het totaal aantal woningen en vermeld bij 20 woningen of meer per buurt en wanneer het aandeel woningen met eigendom onbekend 50 procent of minder bedroeg.

In bezit overige verhuurders
Een huurwoning in eigendom van onder andere bedrijven, particulieren en institutionele beleggers. Huurwoningen waarvan het eigendom wel kon worden vastgesteld maar de eigenaar niet vallen hier ook onder.
Bedrijven: alle instellingen met een bedrijfsmatig karakter zoals bv's en nv's, zelfstandige ondernemers, makelaars en vastgoedhandelsmaatschappijen.
Particulieren: alle natuurlijke personen.
Institutionele beleggers: pensioenfondsen, beurs-, beleggings- en verzekeringsmaatschappijen.

Peildatum: 1 januari van het desbetreffende jaar.
Het aantal is vermeld als percentage van het totaal aantal woningen en vermeld bij 20 woningen of meer per buurt en wanneer het aandeel woningen met eigendom onbekend 50 procent of minder bedroeg.

Sociale zekerheid
Deze variabelen geven per gemeente, wijk en buurt inzicht in het aantal personen dat een uitkering ontvangt op grond van arbeidsongeschiktheid, bijstand, werkloosheid en ouderdom.
Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee uitkeringen op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)) of twee uitkeringen van verschillende soort (zoals een uitkering op grond van de Werkloosheidswet en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld, in het eerste geval slechts één keer (bij de WAO).

Personen per soort uitkering; Bijstand
Personen die een bijstandsuitkering op grond van de Participatiewet ontvangen.
Personen met een uitkering die verblijven in een instelling, de elders verzorgden, zijn niet inbegrepen. Ook dak- en thuislozen met bijstand zijn niet inbegrepen.

Participatiewet
De Participatiewet vervangt sinds 1 januari 2015 de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet Sociale Werkvoorziening (WsW) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong).De Participatiewet komt vrijwel overeen met de WWB, maar nog sterker wordt de nadruk gelegd op participatie aan het arbeidsproces.
De wet regelt in Nederland de ondersteuning bij arbeidsinschakeling en het verlenen van bijstand door gemeenten voor mensen die weinig of geen ander inkomen (waaronder andere uitkeringen) hebben en ook weinig of geen vermogen. Gemeenten voeren de wet uit en bepalen, binnen de wettelijke grenzen, hun eigen beleid.

Het betreft voorlopige cijfers.

Op het gebied van sociale zekerheid vinden er regelmatig revisies plaats. Via het thema sociale zekerheid in StatLine vindt u altijd de meest recente cijfers.
Personen per soort uitkering; AO
Personen die een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ), Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong) en de Wet werk en Inkomen naar arbeidsvermogen (WIA).

Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)
Wet die als doel heeft om personen in loondienst te verzekeren van een loonvervangende uitkering bij langdurige arbeidsongeschiktheid. De WAO is met ingang van 29 december 2005 vervangen door de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), maar blijft bestaan voor mensen die al een WAO-uitkering hadden of binnen 5 jaar na het beëindigen van de uitkering opnieuw arbeidsongeschikt worden door dezelfde oorzaak.

Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ)
Een verplichte verzekering voor zelfstandigen, beroepsbeoefenaren, directeuren-grootaandeelhouders en meewerkende echtgenoten tegen de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid.
De WAZ is met ingang van 1 augustus 2004 geblokkeerd, maar blijft bestaan voor mensen die al een WAZ-uitkering hadden.

Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong)
Wettelijke voorziening in de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid van mensen die geen aanspraak kunnen maken op de WAO/WIA omdat er geen arbeidsverleden is opgebouwd.
Dit zijn mensen die arbeidsongeschikt zijn voor de dag dat zij 17 jaar worden of na hun 17e jaar arbeidsongeschikt worden en een opleiding of studie volgen.

Met ingang van 1 januari 2010 is de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong) in werking getreden, ter vervanging van de oude Wajong.
In tegenstelling tot de 'oude' Wajong hebben jongeren met een ziekte of handicap in de eerste plaats recht op hulp bij het vinden en houden van werk. Daaraan gekoppeld kunnen ze een inkomensondersteuning krijgen. De 'oude' Wajong blijft gelden voor jongeren die voor 1 januari 2010 een uitkering hebben aangevraagd.

Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
De wet geeft werknemers die na een wachttijd van twee jaar nog minstens 35 procent arbeidsongeschikt zijn, recht op een uitkering.
De wet is zo opgezet dat een persoon gestimuleerd wordt om naar vermogen te werken.
De WIA kent twee regelingen: de regeling inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten (IVA) en de regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).
De IVA regelt een loonvervangende uitkering voor werknemers die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn.
De WGA regelt een aanvulling op het met arbeid verdiende inkomen of een minimumuitkering als men niet of onvoldoende werkt.

Het betreft voorlopige cijfers.

Op het gebied van sociale zekerheid vinden er regelmatig revisies plaats. Via het thema sociale zekerheid in StatLine vindt u altijd de meest recente cijfers.
Personen per soort uitkering; WW
Personen die een uitkering ontvangen op grond van de Werkloosheidswet (WW).

Werkloosheidswet (WW)
De wet heeft tot doel werknemers te verzekeren tegen de financiële gevolgen van werkloosheid.
De wet voorziet in een uitkering die gerelateerd is aan het laatstverdiende inkomen uit dienstbetrekking. De duur van de uitkering is afhankelijk van het arbeidsverleden van de verzekerde. Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) beoordeelt of men voor een WW-uitkering in aanmerking komt.

Het betreft voorlopige cijfers.

Op het gebied van sociale zekerheid vinden er regelmatig revisies plaats. Via het thema sociale zekerheid in StatLine vindt u altijd de meest recente cijfers.
Personen per soort uitkering; AOW
Het aantal personen dat een uitkering ontvangt in het kader van de Algemene ouderdomswet (AOW).

Algemene ouderdomswet (AOW)
De AOW is een algemene, de gehele bevolking omvattende, verplichte verzekering die personen met de AOW-gerechtigde leeftijd een inkomen garandeert. In het Nederlandse sociale zekerheidsstelsel is dit een volksverzekering. In principe is iedereen die nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont, verzekerd voor de AOW. Ook degenen die niet in Nederland wonen, maar in Nederland in dienstbetrekking arbeid verrichten waarover loonbelasting wordt betaald, zijn verzekerd. Voor perioden die men in het buitenland woont, kan men zich verzekeren tegen verlies van aanspraak op een AOW-uitkering. Een uitkering kan, binnen het kader van de wet Beperking export uitkeringen (wet BEU), naar het buitenland worden overgemaakt.

AOW-gerechtigde leeftijd (AOW-leeftijd)
De AOW-leeftijd is de leeftijd waarop het AOW-pensioen ingaat. De AOW-leeftijd is tot en met 2024 als volgt:
Tot 2013: 65 jaar
2013: 65 jaar en 1 maand
2014: 65 jaar en 2 maanden
2015: 65 jaar en 3 maanden
2016: 65 jaar en 6 maanden
2017: 65 jaar en 9 maanden
2018: 66 jaar
2019-2021: 66 jaar en 4 maanden
2022: 66 jaar en 7 maanden
2023: 66 jaar en 10 maanden
2024: 67 jaar.

Na 2024 zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate.

Het betreft voorlopige cijfers.

Op het gebied van sociale zekerheid vinden er regelmatig revisies plaats. Via het thema sociale zekerheid in StatLine vindt u altijd de meest recente cijfers.