Regionale kerncijfers; nationale rekeningen

Regionale kerncijfers; nationale rekeningen

Regio's Perioden Bbp (marktprijzen) (mln euro) Bbp per inwoner (euro) Bbp, volumemutaties (%) Bruto toegevoegde waarde, volumemutaties (%) Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen) (mln euro) Beloning van werknemers (mln euro) Arbeidsjaren Arbeidsjaren totaal (x 1 000) Arbeidsjaren Arbeidsjaren werknemers (x 1 000) Arbeidsjaren Arbeidsjaren zelfstandigen (x 1 000) Werkzame personen Werkzame personen totaal (x 1 000)
Nederland 2022* 958.549 54.671 4,3 4,8 859.803 . 8.144,2 6.755,4 1.388,8 10.156,9
Noord-Nederland (LD) 2022* 76.490 44.022 2,6 3,0 68.610 . 705,8 567,3 138,5 905,7
Oost-Nederland (LD) 2022* 165.891 44.784 3,9 4,3 148.802 . 1.607,4 1.323,0 284,4 2.036,1
West-Nederland (LD) 2022* 510.716 60.867 4,9 5,4 458.104 . 4.092,7 3.407,3 685,4 5.036,6
Zuid-Nederland (LD) 2022* 197.420 53.350 4,0 4,5 177.082 . 1.736,0 1.455,6 280,4 2.176,1
Extra-Regio (LD) 2022* 8.033 0 -8,0 -7,5 7.205 . 2,2 2,2 0,0 2,4
Groningen (PV) 2022* 32.566 55.332 1,7 2,1 29.211 . 248,3 205,6 42,6 317,3
Fryslân (PV) 2022* 25.490 39.052 3,5 4,0 22.864 . 263,6 205,8 57,8 338,1
Drenthe (PV) 2022* 18.434 37.146 2,8 3,2 16.535 . 193,9 155,8 38,1 250,4
Overijssel (PV) 2022* 53.172 45.476 3,8 4,2 47.694 . 527,3 442,3 85,1 663,6
Flevoland (PV) 2022* 17.303 40.100 4,3 4,8 15.521 . 161,0 127,6 33,4 201,2
Gelderland (PV) 2022* 95.416 45.360 3,8 4,3 85.586 . 919,1 753,2 166,0 1.171,3
Utrecht (PV) 2022* 88.660 64.928 4,0 4,5 79.527 . 722,7 613,2 109,4 883,0
Noord-Holland (PV) 2022* 203.766 70.285 6,7 7,2 182.774 . 1.517,6 1.259,8 257,8 1.858,0
Zuid-Holland (PV) 2022* 200.451 53.597 3,5 4,0 179.802 . 1.696,4 1.411,0 285,4 2.096,8
Zeeland (PV) 2022* 17.839 46.205 4,7 5,2 16.001 . 156,1 123,3 32,8 198,9
Noord-Brabant (PV) 2022* 143.315 55.475 4,4 4,9 128.552 . 1.248,1 1.045,3 202,7 1.555,4
Limburg (PV) 2022* 54.104 48.433 2,9 3,4 48.531 . 487,9 410,3 77,7 620,7
Oost-Groningen (CR) 2022* 3.987 29.268 2,3 2,7 3.576 . 45,0 35,5 9,4 58,6
Delfzijl en omgeving (CR) 2022* 2.113 46.452 -0,7 -0,2 1.895 . 16,0 12,8 3,2 19,9
Overig Groningen (CR) 2022* 26.466 65.052 1,8 2,2 23.740 . 187,3 157,3 30,0 238,8
Noord-Friesland (CR) 2022* 12.891 39.977 3,1 3,6 11.563 . 127,9 100,6 27,3 163,5
Zuidwest-Friesland (CR) 2022* 4.701 33.144 4,6 5,1 4.217 . 53,4 38,6 14,8 69,3
Zuidoost-Friesland (CR) 2022* 7.898 41.915 3,5 3,9 7.084 . 82,3 66,6 15,8 105,2
Noord-Drenthe (CR) 2022* 7.035 36.402 3,2 3,7 6.310 . 74,5 59,9 14,6 96,2
Zuidoost-Drenthe (CR) 2022* 6.054 35.930 1,7 2,2 5.430 . 59,7 47,4 12,2 77,2
Zuidwest-Drenthe (CR) 2022* 5.345 39.739 3,3 3,7 4.794 . 59,7 48,4 11,3 77,0
Noord-Overijssel (CR) 2022* 18.444 48.716 3,4 3,8 16.544 . 186,2 155,6 30,6 232,6
Zuidwest-Overijssel (CR) 2022* 6.488 41.117 3,5 4,0 5.820 . 66,2 54,7 11,5 83,6
Twente (CR) 2022* 28.240 44.625 4,1 4,6 25.331 . 274,9 232,0 43,0 347,3
Veluwe (CR) 2022* 33.874 48.121 3,9 4,3 30.384 . 323,2 267,3 55,9 411,8
Achterhoek (CR) 2022* 15.739 39.072 3,8 4,2 14.118 . 163,0 130,1 32,9 209,9
Arnhem/Nijmegen (CR) 2022* 34.217 45.808 4,3 4,8 30.692 . 320,9 267,0 53,9 410,2
Zuidwest-Gelderland (CR) 2022* 11.586 46.377 2,5 3,0 10.392 . 112,1 88,8 23,3 139,4
Utrecht (CR) 2022* 88.660 64.928 4,0 4,5 79.527 . 722,7 613,2 109,4 883,0
Kop van Noord-Holland (CR) 2022* 13.652 35.909 3,9 4,4 12.246 . 148,9 115,1 33,8 188,4
Alkmaar en omgeving (CR) 2022* 10.011 39.798 3,8 4,3 8.980 . 98,3 78,2 20,1 127,1
IJmond (CR) 2022* 8.807 44.149 2,8 3,3 7.899 . 71,5 56,8 14,7 90,6
Agglomeratie Haarlem (CR) 2022* 8.858 38.344 5,5 5,9 7.946 . 84,3 63,7 20,6 110,0
Zaanstreek (CR) 2022* 6.398 36.899 3,8 4,3 5.739 . 61,9 48,7 13,2 78,9
Groot-Amsterdam (CR) 2022* 143.258 102.061 7,9 8,4 128.500 . 945,4 814,0 131,4 1.125,6
Het Gooi en Vechtstreek (CR) 2022* 12.781 49.179 3,9 4,4 11.464 . 107,2 83,3 23,9 137,4
Agglomeratie Leiden en Bollenstreek (CR) 2022* 18.672 43.116 4,8 5,2 16.748 . 175,4 143,1 32,3 224,6
Agglomeratie 's-Gravenhage (CR) 2022* 45.600 51.112 4,2 4,7 40.903 . 419,2 341,7 77,5 506,1
Delft en Westland (CR) 2022* 14.119 59.968 2,7 3,1 12.665 . 131,7 113,4 18,3 164,5
Oost-Zuid-Holland (CR) 2022* 13.182 38.869 3,3 3,8 11.824 . 129,1 101,6 27,4 164,0
Groot-Rijnmond (CR) 2022* 89.834 61.270 3,2 3,7 80.580 . 673,6 569,4 104,2 829,1
Zuidoost-Zuid-Holland (CR) 2022* 19.043 50.919 2,7 3,2 17.082 . 167,5 141,8 25,7 208,4
Zeeuwsch-Vlaanderen (CR) 2022* 5.308 50.461 3,4 3,8 4.761 . 42,5 34,2 8,3 53,5
Overig Zeeland (CR) 2022* 12.531 44.611 5,3 5,8 11.240 . 113,6 89,1 24,5 145,3
West-Noord-Brabant (CR) 2022* 35.162 55.066 2,6 3,1 31.540 . 294,6 247,2 47,5 367,9
Midden-Noord-Brabant (CR) 2022* 22.568 45.579 3,3 3,7 20.243 . 226,3 187,9 38,4 289,5
Noordoost-Noord-Brabant (CR) 2022* 35.182 53.145 4,2 4,6 31.557 . 318,7 263,3 55,4 396,3
Zuidoost-Noord-Brabant (CR) 2022* 50.404 63.986 6,3 6,8 45.211 . 408,4 346,9 61,5 501,6
Noord-Limburg (CR) 2022* 13.985 49.199 3,8 4,2 12.544 . 139,6 119,4 20,2 175,4
Midden-Limburg (CR) 2022* 10.623 44.507 3,5 4,0 9.528 . 98,4 80,4 18,0 128,6
Zuid-Limburg (CR) 2022* 29.497 49.646 2,3 2,8 26.458 . 249,9 210,5 39,4 316,6
Flevoland (CR) 2022* 17.303 40.100 4,3 4,8 15.521 . 161,0 127,6 33,4 201,2
Utrecht-West (CP) 2022* 5.884 43.228 4,3 4,7 5.278 . 54,6 41,7 12,8 67,2
Stadsgewest Amersfoort (CP) 2022* 16.652 54.448 4,1 4,5 14.936 . 143,0 118,2 24,8 181,6
Stadsgewest Utrecht (CP) 2022* 59.002 77.988 4,0 4,4 52.924 . 458,7 400,1 58,6 550,9
Zuidoost-Utrecht (CP) 2022* 7.123 42.649 4,1 4,6 6.389 . 66,5 53,2 13,3 83,3
Amsterdam (CP) 2022* 99.403 113.217 7,0 7,5 89.163 . 635,4 545,0 90,4 751,8
Overig Agglomeratie Amsterdam (CP) 2022* 12.117 76.422 4,3 4,8 10.869 . 81,8 70,0 11,8 96,5
Edam-Volendam en omgeving (CP) 2022* 4.438 30.457 5,1 5,5 3.980 . 43,8 31,6 12,2 59,1
Haarlemmermeer en omgeving (CP) 2022* 27.301 123.313 13,4 13,9 24.488 . 184,3 167,4 16,9 218,2
Aggl.'s-Gravenhage excl. Zoetermeer (CP) 2022* 39.746 51.844 4,2 4,7 35.651 . 367,6 298,1 69,6 443,9
Zoetermeer (CP) 2022* 5.855 46.647 4,2 4,7 5.252 . 51,6 43,7 7,9 62,2
Rijnmond (CP) 2022* 82.772 64.586 3,3 3,7 74.245 . 609,0 519,1 90,0 746,5
Overig Groot-Rijnmond (CP) 2022* 7.063 38.255 2,7 3,2 6.335 . 64,5 50,3 14,2 82,6
Drechtsteden (CP) 2022* 12.761 53.059 2,3 2,8 11.447 . 109,7 94,0 15,7 136,6
Overig Zuidoost-Zuid-Holland (CP) 2022* 6.282 47.063 3,6 4,0 5.635 . 57,7 47,7 10,0 71,8
Stadsgewest 's-Hertogenbosch (CP) 2022* 17.304 58.521 4,2 4,6 15.521 . 154,0 129,1 24,8 189,7
Overig Noordoost-Noord-Brabant (CP) 2022* 17.878 48.805 4,2 4,6 16.036 . 164,8 134,2 30,6 206,6
Almere (CP) 2022* 8.269 38.234 4,2 4,7 7.417 . 71,8 56,8 15,0 90,2
Flevoland-Midden (CP) 2022* 6.110 41.831 5,1 5,6 5.480 . 56,4 45,2 11,2 69,8
Noordoostpolder en Urk (CP) 2022* 2.925 42.291 3,0 3,5 2.623 . 32,8 25,6 7,2 41,3
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Regionale rekeningen geven een op de nationale rekeningen aansluitende kwantitatieve beschrijving van het economisch proces van regio's binnen een land. Als onderdelen van het economisch proces worden in de nationale rekeningen productie, inkomensverdeling, bestedingen en financiering onderscheiden.
Bij de regionale rekeningen ligt de nadruk echter op de beschrijving van de productieprocessen in de verscheidene regio's.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1995

Status van de cijfers:
De cijfers van de verslagjaren tot en met 2020 zijn definitief. De cijfers van het verslagjaar 2021 zijn ook definitief met uitzondering van de variabelen arbeidsjaren, werkzame personen en gewerkte uren. Door de late beschikbaarheid van de jaargegevens over zelfstandigen wordt een uitzondering gemaakt voor cijfers over arbeidsjaren, werkzame personen en gewerkte uren. Deze gegevens worden pas een jaar later als definitief gepubliceerd. De cijfers van het verslagjaar 2022 zijn nog voorlopig.

Wijzigingen per 22 december 2023:
De cijfers gepubliceerd op 25 oktober 2023 bevatten onjuiste cijfers voor de COROP-regio Zuidoost-Noord-Brabant en de COROP-plusregio Amsterdam, alsmede de gebieden waar deze regio's onderdeel van uitmaken. In de publicatie van 22 december 2023 zijn deze fouten gecorrigeerd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
In oktober 2024 komen nieuwe cijfers beschikbaar over de verslagjaren 2021, 2022 en 2023.

Toelichting onderwerpen

Bbp (marktprijzen)
Het bruto binnenlands product (bbp) is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld. De toegevoegde waarde (basisprijzen) per bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen). De onverdeelde transacties betreffen het saldo van productgebonden belastingen en subsidies en het verschil toegerekende en afgedragen btw (belasting over de toegevoegde waarde). Het bbp is ook gelijk aan de waarde van het in Nederland gevormde inkomen.
Bbp per inwoner
Het bruto binnenlands product (bbp) is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld. De toegevoegde waarde (basisprijzen) per bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen). Het bbp per inwoner is het bbp gedeeld door het gemiddeld aantal inwoners van Nederland of de betreffende regio in de verslagperiode.
Bbp, volumemutaties
Bbp, volumemutaties
Volumegroei van het bruto binnenlands product (bbp). Het bruto binnenlands product (bbp) is een maat voor de omvang van de economie. De verandering van het volume van het bbp in een bepaalde tijdsperiode is een maat voor de groei (of krimp) van de economie. Het bruto binnenlands product tegen marktprijzen is het eindresultaat van de productieve activiteiten van ingezeten productie-eenheden. Het kan op twee manieren worden gedefinieerd:
- vanuit het oogpunt van de productie: het bbp is de som van de bruto toegevoegde waarde van alle institutionele sectoren of bedrijfstakken en het saldo van productgebonden belastingen en subsidies (die niet aan sectoren en bedrijfstakken worden toegerekend). Het is eveneens de sluitpost van de productierekening van de totale economie;
- vanuit het oogpunt van het inkomen: het bbp is de som van de bestedingen in de inkomensvormingsrekening van de totale economie (beloning van werknemers, belastingen op productie en invoer exclusief subsidies, bruto-exploitatieoverschot en gemengd inkomen van de totale economie).
Door het bbp te verminderen met het verbruik van vaste activa, wordt het netto binnenlands product (nbp) tegen marktprijzen verkregen.
Bruto toegevoegde waarde, volumemutaties
Volumegroei van de toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen).
De waarde van alle geproduceerde goederen en diensten (de productiewaarde of output) minus de waarde van goederen en diensten die tijdens deze productie zijn opgebruikt ( het intermediair verbruik). De toegevoegde waarde is daarbij uitgedrukt in basisprijzen, de prijzen zijn die door producenten zijn ervaren. Inbegrepen is de toegevoegde waarde van alle in Nederland opererende bedrijfseenheden, dus ook degenen die in buitenlandse handen zijn. Ook overheidsinstanties en andere niet-commerciële instanties behoren hiertoe.
In de nationale rekeningen betekent 'bruto' vóór aftrek van het verbruik van vaste activa (afschrijvingen) en 'netto' na aftrek van het verbruik van vaste activa.
Toegevoegde waarde (bruto, basisprijzen)
Bruto toegevoegde waarde basisprijzen De toegevoegde waarde is gelijk aan het verschil tussen de productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen) van een bedrijfseenheid. De som van de toegevoegde waarde van alle bedrijfseenheden is een belangrijke component van het bruto binnenlands product (bbp). De toegevoegde waarde wordt gewaardeerd tegen basisprijzen. Bruto is inclusief afschrijvingen.
Beloning van werknemers
De beloning voor geleverde arbeid door werknemers. Werknemers zijn alle ingezeten en niet-ingezeten personen die in Nederland in dienstbetrekking werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers, dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen. Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen. De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en sociale premies ten laste van werkgevers anderzijds. De lonen zijn inclusief de door de werkgever ingehouden loonbelasting en de sociale premies die ten laste komen van de werknemers. Verder omvatten de lonen naast het periodiek, direct aan werknemers betaalde loon ook de aanvullingen hierop (zoals bonussen, overwerkvergoeding, fooien en provisie), het loon in natura (zoals vrij wonen, vrije voeding, 'auto van de zaak', korting op kinderopvang, rentevoordeel, voordelig reizen) en het vakantiegeld. Ook bepaalde vergoedingen voor kosten die door werknemers zijn gemaakt in verband met de dienstbetrekking, zoals vergoeding voor de kosten van het woon-werkverkeer, zijn tot de lonen gerekend. De sociale premies zijn de premies wettelijke sociale verzekering, pensioenpremies, overige particuliere sociale premies en toegerekende sociale premies. Deze premies komen ten laste van werkgevers, werknemers, zelfstandigen of niet-werkenden.
Arbeidsjaren
Een maatstaf voor het arbeidsvolume, die wordt berekend door alle banen (voltijd en deeltijd) om te rekenen naar voltijdbanen, ook wel voltijdequivalenten (vte) genoemd. Zo leveren twee halve banen (elk 0,5 vte) samen een arbeidsvolume van één arbeidsjaar op.
Arbeidsjaren totaal
Arbeidsjaren werknemers
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door werknemers die in een bepaalde periode is ingezet. Werknemers zijn personen die in een bepaalde periode arbeid verrichten voor loon of salaris, in geld of in natura, op grond van een arbeidsovereenkomst voor een economische eenheid.
Arbeidsjaren zelfstandigen
De hoeveelheid arbeid uitgevoerd door zelfstandigen die in een bepaalde periode is ingezet. Zelfstandigen zijn personen die een inkomen ontvangen door voor eigen rekening of risico arbeid te verrichten in het bedrijf of het beroep dat zij zelfstandig uitoefenen. Ook meewerkende gezinsleden worden tot zelfstandigen gerekend, tenzij zij een arbeidsovereenkomst zijn aangegaan.
Werkzame personen
Alle personen die één of meerdere banen hebben als werknemer en/of zelfstandige bij een in Nederland gevestigde economische eenheid.
Tot de werkzame personen behoren alle personen die betaalde arbeid verrichten, ook al is het maar voor één of enkele uren per week, ook als zij:
- arbeid verrichten die op zichzelf genomen legaal is, maar waarvan de beloning aan de registratie door de fiscus of sociale zekerheidsautoriteiten wordt onttrokken ('zwarte arbeid');
- tijdelijk geen arbeid verrichten, maar wel doorbetaald krijgen (bijvoorbeeld bij ziekte of vorstverlet);
- tijdelijk onbetaald verlof hebben opgenomen.
Werkzame personen kunnen worden onderscheiden in werknemers en zelfstandigen. Ze kunnen woonachtig zijn in Nederland maar ook in het buitenland. In deze tabel wordt het gemiddeld aantal werkzame personen over de verslagperiode gegeven.
Werkzame personen totaal