Landbouw; investeringen en voorraden, nationale rekeningen
Verklaring van tekens
Tabeltoelichting
Deze tabel bevat gegevens uit de landbouwrekeningen. De cijfers hebben betrekking op de bruto investeringen en de veranderingen in voorraden.
Gegevens beschikbaar vanaf: 1995
Status van de cijfers:
De jaren in de periode 1995-2020 zijn definitief. Het meest recente verslagjaar 2021 heeft de status voorlopig.
Wijzigingen per 10 augustus 2022:
Gegevens van de voorlopige raming van 2021 zijn toegevoegd aan deze tabel.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Na afloop van het verslagjaar worden na ongeveer 6 maanden de voorlopige cijfers gepubliceerd. Na 18 maanden worden de definitieve cijfers gepubliceerd, tegelijkertijd met het verschijnen van de nationale rekeningen. In december komen de zeer voorlopige cijfers van het actuele jaar beschikbaar. Deze gegevens worden door het Landbouw Economisch Instituut in samenspraak met het CBS vastgesteld. Een update van de zeer voorlopige cijfers vindt in januari plaats.
Met ingang van medio 2016 is het publicatie- en revisiebeleid van de nationale rekeningen herzien. In paragraaf 3 wordt verwezen naar aanvullende informatie over deze veranderingen.
Toelichting onderwerpen
- Waarde in werkelijke prijzen
- De bedragen zijn uitgedrukt in prijzen van de betreffende verslagperiode. Dit in tegenstelling tot zogeheten constante prijzen, waarbij bedragen zijn uitgedrukt in prijzen van een bepaalde basisperiode.
- Bruto investeringen in vaste activa
- Uitgaven aan productiemiddelen die langer dan één jaar worden ingezet tijdens een productieproces. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om een gebouw, woning, vervoermiddel of een machine. Dit in tegenstelling tot goederen of diensten die tijdens het productieproces worden opgebruikt, zoals ijzererts, het intermediair verbruik. Vaste activa kunnen in de loop der jaren in waarde verminderen door slijtage of omdat bijvoorbeeld de techniek veroudert (economische veroudering). Dit wordt verbruik van vaste activa genoemd (ook wel afschrijvingen genoemd). Bij bruto-investeringen zijn deze niet afgehaald van de waarde van de investeringen, bij netto-investeringen is dit wel het geval.
De volgende investeringsgoederen worden onderscheiden: bouwwerken, vervoermiddelen, machines en installaties, telecommunicatieapparatuur , wapensystemen (inbegrepen bij machines), computers, software, onderzoek en ontwikkeling, in cultuur gebrachte activa (bv. vee en bomen), exploratie en evaluatie van minerale reserves, kosten van eigendomsoverdracht voor niet-geproduceerde activa en intellectuele-eigendommen.- Landbouwproducten
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa door de landbouw, totaal.
- Totaal
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa door de landbouw, totaal.
- Aanplantingen
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa in de vorm van aanplantingen die herhaaldelijk vrucht opleveren.
- Dieren
- Omvat de waardering van de veranderingen in de veestapel.
- Niet-landbouwproducten
- Omvat de investeringen in gebouwen, personenauto's, ov.wegvervoermiddelen computers (landbouw-)machines, installaties en overige materiële activa, totaal.
- Totaal
- Omvat de investeringen in gebouwen, personenauto's, ov. wegvervoermiddelen, computers, (landbouw-)machines, installaties en overige materiële activa, totaal.
- Waarde prijsniveau 2015
- De bedragen zijn uitgedrukt in prijzen van het basisjaar 2015. Hiertoe zijn inflatiecorrecties gebruikt. Zonder dergelijke correcties spreekt men van waarde in werkelijke prijzen.
- Bruto investeringen in vaste activa
- Uitgaven aan productiemiddelen die langer dan één jaar worden ingezet tijdens een productieproces. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om een gebouw, woning, vervoermiddel of een machine. Dit in tegenstelling tot goederen of diensten die tijdens het productieproces worden opgebruikt, zoals ijzererts, het intermediair verbruik. Vaste activa kunnen in de loop der jaren in waarde verminderen door slijtage of omdat bijvoorbeeld de techniek veroudert (economische veroudering). Dit wordt verbruik van vaste activa genoemd (ook wel afschrijvingen genoemd). Bij bruto-investeringen zijn deze niet afgehaald van de waarde van de investeringen, bij netto-investeringen is dit wel het geval.
De volgende investeringsgoederen worden onderscheiden: bouwwerken, vervoermiddelen, machines en installaties, telecommunicatieapparatuur , wapensystemen (inbegrepen bij machines), computers, software, onderzoek en ontwikkeling, in cultuur gebrachte activa (bv. vee en bomen), exploratie en evaluatie van minerale reserves, kosten van eigendomsoverdracht voor niet-geproduceerde activa en intellectuele-eigendommen.- Landbouwproducten
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa door de landbouw, totaal.
- Totaal
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa door de landbouw, totaal.
- Aanplantingen
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa in de vorm van aanplantingen die herhaaldelijk vrucht opleveren.
- Dieren
- Omvat de waardering van de veranderingen in de veestapel.
- Niet-landbouwproducten
- Omvat de investeringen in gebouwen, personenauto's, ov.wegvervoermiddelen, computers, (landbouw-)machines, installaties en overige materiële activa, totaal.
- Totaal
- Omvat de investeringen in gebouwen, personenauto's, ov.wegvervoermiddelen, computers, (landbouw-)machines, installaties en overige materiële activa, totaal.
- Volumemutatie t.o.v. voorafgaand jaar
- Het gewogen gemiddelde van de veranderingen in de hoeveelheid en de kwaliteit van de onderdelen van een bepaalde goederen- of dienstentransactie of salditransactie, jaarlijkse procentuele veranderingen.
- Bruto investeringen in vaste activa
- Uitgaven aan productiemiddelen die langer dan één jaar worden ingezet tijdens een productieproces. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om een gebouw, woning, vervoermiddel of een machine. Dit in tegenstelling tot goederen of diensten die tijdens het productieproces worden opgebruikt, zoals ijzererts, het intermediair verbruik. Vaste activa kunnen in de loop der jaren in waarde verminderen door slijtage of omdat bijvoorbeeld de techniek veroudert (economische veroudering). Dit wordt verbruik van vaste activa genoemd (ook wel afschrijvingen genoemd). Bij bruto-investeringen zijn deze niet afgehaald van de waarde van de investeringen, bij netto-investeringen is dit wel het geval.
De volgende investeringsgoederen worden onderscheiden: bouwwerken, vervoermiddelen, machines en installaties, telecommunicatieapparatuur , wapensystemen (inbegrepen bij machines), computers, software, onderzoek en ontwikkeling, in cultuur gebrachte activa (bv. vee en bomen), exploratie en evaluatie van minerale reserves, kosten van eigendomsoverdracht voor niet-geproduceerde activa en intellectuele-eigendommen.- Landbouwproducten
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa door de landbouw, totaal.
- Totaal
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa door de landbouw, totaal.
- Aanplantingen
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa in de vorm van aanplantingen die herhaaldelijk vrucht opleveren.
- Dieren
- Omvat de waardering van de veranderingen in de veestapel.
- Niet-landbouwproducten
- Omvat de investeringen in gebouwen, personenauto's, ov.wegvervoermiddelen, computers, (landbouw-)machines, installaties en overige materiële activa, totaal.
- Totaal
- Omvat de investeringen in gebouwen, personenauto's, ov.wegvervoermiddelen, computers, (landbouw-)machines, installaties en overige materiële activa, totaal.
- Prijsindexcijfers
- Het gewogen gemiddelde van de prijsveranderingen van de onderdelen van een bepaalde variabele. Deflatoren ten opzichte van het referentiejaar 2015.
- Bruto investeringen in vaste activa
- Uitgaven aan productiemiddelen die langer dan één jaar worden ingezet tijdens een productieproces. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om een gebouw, woning, vervoermiddel of een machine. Dit in tegenstelling tot goederen of diensten die tijdens het productieproces worden opgebruikt, zoals ijzererts, het intermediair verbruik. Vaste activa kunnen in de loop der jaren in waarde verminderen door slijtage of omdat bijvoorbeeld de techniek veroudert (economische veroudering). Dit wordt verbruik van vaste activa genoemd (ook wel afschrijvingen genoemd). Bij bruto-investeringen zijn deze niet afgehaald van de waarde van de investeringen, bij netto-investeringen is dit wel het geval.
De volgende investeringsgoederen worden onderscheiden: bouwwerken, vervoermiddelen, machines en installaties, telecommunicatieapparatuur , wapensystemen (inbegrepen bij machines), computers, software, onderzoek en ontwikkeling, in cultuur gebrachte activa (bv. vee en bomen), exploratie en evaluatie van minerale reserves, kosten van eigendomsoverdracht voor niet-geproduceerde activa en intellectuele-eigendommen.- Landbouwproducten
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa door de landbouw, totaal.
- Totaal
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa door de landbouw, totaal.
- Aanplantingen
- Omvat de waardering van de veranderingen van de in cultuur gebrachte activa in de vorm van aanplantingen die herhaaldelijk vrucht opleveren.
- Dieren
- Omvat de waardering van de veranderingen in de veestapel.
- Niet-landbouwproducten
- Omvat de investeringen in gebouwen, personenauto's, ov.wegvervoermiddelen, computers, (landbouw-)machines, installaties en overige materiële activa, totaal.
- Totaal
- Omvat de investeringen in gebouwen, personenauto's, ov.wegvervoermiddelen, computers, (landbouw-)machines, installaties en overige materiële activa, totaal.