Lopende transacties; sectoren, nationale rekeningen

Lopende transacties; sectoren, nationale rekeningen

Institutionele sectoren Niet-geconsolideerd/geconsolideerd Perioden Middelen Inkomen uit vermogen Winstuitkeringen Totaal (mln euro) Middelen Inkomen uit vermogen Winstuitkeringen Dividenden (mln euro) Middelen Inkomen uit vermogen Winstuitkeringen Inkomen onttrokken aan quasi-vennootsch. (mln euro) Middelen Sociale premies en uitkeringen Totaal (mln euro) Middelen Sociale premies en uitkeringen Sociale uitkeringen (in geld) Totaal (mln euro) Middelen Sociale premies en uitkeringen Sociale uitkeringen (in geld) Uitkeringen sociale zekerheid in geld (mln euro) Middelen Sociale premies en uitkeringen Sociale uitkeringen (in geld) Uitkeringen overige sociale verzekering (mln euro) Middelen Sociale premies en uitkeringen Sociale uitkeringen (in geld) Uitkeringen sociale voorziening in geld (mln euro) Middelen Overige inkomensoverdrachten Uitkeringen schadeverzekeringen (mln euro) Bestedingen Inkomen uit vermogen Winstuitkeringen Totaal (mln euro) Bestedingen Inkomen uit vermogen Winstuitkeringen Dividenden (mln euro) Bestedingen Inkomen uit vermogen Winstuitkeringen Inkomen onttrokken aan quasi-vennootsch. (mln euro) Bestedingen Sociale premies en uitkeringen Totaal (mln euro) Bestedingen Sociale premies en uitkeringen Sociale uitkeringen (in geld) Totaal (mln euro) Bestedingen Sociale premies en uitkeringen Sociale uitkeringen (in geld) Uitkeringen sociale zekerheid in geld (mln euro) Bestedingen Sociale premies en uitkeringen Sociale uitkeringen (in geld) Uitkeringen overige sociale verzekering (mln euro) Bestedingen Sociale premies en uitkeringen Sociale uitkeringen (in geld) Uitkeringen sociale voorziening in geld (mln euro) Bestedingen Overige inkomensoverdrachten Uitkeringen schadeverzekeringen (mln euro)
Totale binnenlandse sectoren Niet-geconsolideerd 2023* 334.258 331.095 3.163 396.182 173.691 67.034 74.442 32.215 18.769 301.340 297.141 4.199 395.374 177.080 69.401 75.404 32.275 18.100
Totale binnenlandse sectoren Geconsolideerd 2023* 223.752 220.589 3.163 4.963 240 240 0 0 1.330 190.834 186.635 4.199 4.155 3.629 2.607 962 60 661
Niet-financiële vennootschappen Niet-geconsolideerd 2023* 76.342 76.170 172 13.704 4.199 107.402 103.203 4.199 13.704 13.704 13.704
Niet-financiële vennootschappen Geconsolideerd 2023* 57.647 57.475 172 13.704 4.199 88.707 84.508 4.199 13.704 13.704 13.704
Financiële instellingen Niet-geconsolideerd 2023* 230.104 230.076 28 77.817 3.608 193.928 193.928 0 56.513 56.513 56.513 18.100
Financiële instellingen Geconsolideerd 2023* 181.601 181.573 28 77.817 1.119 145.425 145.425 0 56.513 56.513 56.513 15.611
Monetaire financiële instellingen Niet-geconsolideerd 2023* 4.416 4.416 0 433 131 8.361 8.361 0 433 433 433
Monetaire financiële instellingen Geconsolideerd 2023* 4.416 4.416 0 433 131 8.361 8.361 0 433 433 433
Centrale bank Niet-geconsolideerd 2023* 8 8 0 14 0 0 0 14 14 14
Centrale bank Geconsolideerd 2023* 8 8 0 14 0 0 0 14 14 14
Ov. deposito-instellingen en GMF's Niet-geconsolideerd 2023* 4.408 4.408 0 419 131 8.361 8.361 0 419 419 419
Ov. deposito-instellingen en GMF's Geconsolideerd 2023* 4.408 4.408 0 419 131 8.361 8.361 0 419 419 419
Overige financiële instellingen Niet-geconsolideerd 2023* 218.149 218.121 28 241 94 182.625 182.625 0 241 241 241
Overige financiële instellingen Geconsolideerd 2023* 179.792 179.764 28 241 94 144.268 144.268 0 241 241 241
Beleggingsfondsen m.u.v geldmarktfondsen Niet-geconsolideerd 2023* 7.004 7.004 0 0 4 0 0 0
Beleggingsfondsen m.u.v geldmarktfondsen Geconsolideerd 2023* 7.004 7.004 0 0 4 0 0 0
Ov. fin. inst. excl. beleggingsfondsen Niet-geconsolideerd 2023* 211.145 211.117 28 241 90 182.625 182.625 0 241 241 241
Ov. fin. inst. excl. beleggingsfondsen Geconsolideerd 2023* 172.855 172.827 28 241 90 144.335 144.335 0 241 241 241
Ov. fin. intermediairs en hulpbedrijven Niet-geconsolideerd 2023* 15.805 15.777 28 233 45 9.108 9.108 0 233 233 233
Ov. fin. intermediairs en hulpbedrijven Geconsolideerd 2023* 14.576 14.548 28 233 45 7.879 7.879 0 233 233 233
Fin. instellingen binnen concernverband Niet-geconsolideerd 2023* 195.340 195.340 0 8 45 173.517 173.517 0 8 8 8
Fin. instellingen binnen concernverband Geconsolideerd 2023* 158.294 158.294 0 8 45 136.471 136.471 0 8 8 8
Verzekeringsinstel. en pensioenfondsen Niet-geconsolideerd 2023* 7.539 7.539 0 77.143 3.383 2.942 2.942 0 55.839 55.839 55.839 18.100
Verzekeringsinstel. en pensioenfondsen Geconsolideerd 2023* 7.537 7.537 0 77.143 1.108 2.940 2.940 0 55.839 55.839 55.839 15.825
Verzekeringsinstellingen Niet-geconsolideerd 2023* 664 664 0 7.295 3.152 2.942 2.942 0 13.289 13.289 13.289 18.100
Verzekeringsinstellingen Geconsolideerd 2023* 662 662 0 7.295 1.107 2.940 2.940 0 13.289 13.289 13.289 16.055
Pensioenfondsen Niet-geconsolideerd 2023* 6.875 6.875 0 69.848 231 42.550 42.550 42.550
Pensioenfondsen Geconsolideerd 2023* 6.875 6.875 0 69.848 231 42.550 42.550 42.550
Overheid Niet-geconsolideerd 2023* 2.153 2.153 0 130.531 230 10 10 0 106.424 106.424 69.401 4.748 32.275 0
Overheid Geconsolideerd 2023* 2.143 2.143 0 130.531 230 0 0 0 106.424 106.424 69.401 4.748 32.275 0
Centrale overheid Niet-geconsolideerd 2023* 1.271 1.271 0 2.378 3 0 0 0 27.056 27.056 0 2.378 24.678 0
Centrale overheid Geconsolideerd 2023* 1.271 1.271 0 2.378 3 0 0 0 27.056 27.056 0 2.378 24.678 0
Lokale overheid Niet-geconsolideerd 2023* 882 882 0 2.314 227 10 10 0 9.911 9.911 0 2.314 7.597 0
Lokale overheid Geconsolideerd 2023* 872 872 0 2.314 227 0 0 0 9.911 9.911 0 2.314 7.597 0
Socialezekerheidsfondsen Niet-geconsolideerd 2023* 0 0 0 125.839 0 0 0 0 69.457 69.457 69.401 56 0
Socialezekerheidsfondsen Geconsolideerd 2023* 0 0 0 125.839 0 0 0 0 69.457 69.457 69.401 56 0
Huishoudens incl. IZW's t.b.v. huish. Niet-geconsolideerd 2023* 25.659 22.696 2.963 174.130 173.691 67.034 74.442 32.215 10.732 218.733 439 439
Huishoudens incl. IZW's t.b.v. huish. Geconsolideerd 2023* 25.659 22.696 2.963 173.252 173.252 67.034 74.003 32.215 10.732 217.855 0 0
Huishoudens Niet-geconsolideerd 2023* 25.626 22.663 2.963 174.100 173.691 67.034 74.442 32.215 10.690 218.703 409 409
Huishoudens Geconsolideerd 2023* 25.626 22.663 2.963 173.282 173.282 67.034 74.033 32.215 10.690 217.885 0 0
IZW's t.b.v. huishoudens Niet-geconsolideerd 2023* 33 33 0 30 42 30 30 30
IZW's t.b.v. huishoudens Geconsolideerd 2023* 33 33 0 30 42 30 30 30
Buitenland Niet-geconsolideerd 2023* 190.834 186.635 4.199 4.155 3.629 2.607 962 60 661 223.752 220.589 3.163 4.963 240 240 0 0 1.330
Buitenland Geconsolideerd 2023* 190.834 186.635 4.199 4.155 3.629 2.607 962 60 661 223.752 220.589 3.163 4.963 240 240 0 0 1.330
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel geeft een overzicht van de niet-financiële transacties van de institutionele sectoren van de Nederlandse economie. Niet-financiële transacties bestaan uit lopende transacties en transacties van de kapitaalrekening. De transacties worden ingedeeld naar middelen en bestedingen. Daarnaast worden ook de saldi van de sectoren weergegeven.
Niet-financiële transacties worden geraamd voor de hoofdsectoren van de economie: niet-financiële vennootschappen, financiële instellingen, overheid, huishoudens, instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van huishoudens en het buitenland. De sectoren financiële instellingen en overheid zijn bovendien nog naar subsectoren uitgesplitst. Sectoren worden zowel geconsolideerd als niet-geconsolideerd gepresenteerd.

Gegevens beschikbaar vanaf:
Jaargegevens vanaf 1995.
Kwartaalgegevens vanaf het eerste kwartaal 1999.

Status van de cijfers:
De gegevens van 1995 tot en met 2020 zijn definitief. Gegevens van 2021, 2022 en 2023 hebben de status voorlopig.

Wijzigingen per 25 maart 2024:
Cijfers over het vierde kwartaal van 2023 en het jaar 2023 zijn beschikbaar.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Jaarcijfers:
De eerste jaarcijfers komen beschikbaar 85 dagen na afloop van het verslagjaar als som van de cijfers van de vier kwartalen van het betreffende jaar. Vervolgens worden na 6 en 18 maanden respectievelijk de voorlopige en definitieve jaarramingen gepubliceerd. Hiernaast worden bij de sectorrekeningen de financiële rekeningen en balansen voor alle verslagperioden jaarlijks gereviseerd. De cijfers komen jaarlijks in juni beschikbaar op StatLine, de elektronische database van het CBS. Daarnaast worden de cijfers jaarlijks in juli in ‘de Nationale rekeningen tabellenset' gepubliceerd.
Kwartaalcijfers:
85 dagen na afloop van een verslagkwartaal komt de eerste kwartaalraming beschikbaar. Mocht daarna nog nieuwe kwartaalinformatie beschikbaar komen, dan kan in september het eerste, en in december het tweede kwartaal nog worden herzien. In maart kunnen de eerste drie kwartalen nog worden bijgesteld. Als in juni nieuwe jaarcijfers beschikbaar komen, dan worden de kwartaalcijfers opnieuw herzien zodat ze aansluiten op die jaarcijfers.
Hiernaast kunnen er tussentijdse actualisaties plaatsvinden om eind maart en eind september de meest actuele gegevens over de overheid aan de Europese Commissie te verstrekken. De gegevens over de kwartalen worden aangesloten op de bijgestelde jaarcijfers.

Toelichting onderwerpen

Middelen
Middelen bestaan uit transacties die de economische waarde van sectoren verhogen (oftewel de inkomsten door sectoren).
Inkomen uit vermogen
Inkomen uit vermogen ontstaat wanneer de eigenaren van financiële activa of van natuurlijke hulpbronnen deze ter beschikking stellen aan andere institutionele eenheden. Het inkomen dat voor het gebruik van financiële activa verschuldigd is, wordt inkomen uit beleggingen genoemd, terwijl het inkomen dat voor het gebruik van natuurlijke hulpbronnen verschuldigd is, inkomen uit natuurlijke hulpbronnen wordt genoemd. Inkomen uit vermogen is de som van inkomen uit beleggingen en inkomen uit natuurlijke hulpbronnen.
Winstuitkeringen
Winstuitkeringen bestaan uit dividenden en inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen.
Totaal
Dividenden
Dividend is een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend. Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootsch.
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan quasi-vennootschappen.
Dit zijn delen van juridische eenheden die, omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld bij de niet-financiële vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren, als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen. De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid. Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Sociale premies en uitkeringen
Sociale premies en sociale uitkeringen zijn inkomensoverdrachten in geld of in natura, die via collectieve regelingen of, buiten dergelijke regelingen om, door overheidseenheden en izw's t.b.v. huishoudens aan huishoudens worden verstrekt, teneinde de financiële lasten te verlichten die voor die huishoudens voortvloeien uit een aantal risico's en behoeften. Zij omvatten ook betalingen van de overheid aan producenten voor goederen en diensten die in het kader van sociale risico's en behoeften individueel aan huishoudens ten goede komen.
De sociale uitkeringen worden aan huishoudens toegekend om financiële zekerheid te bieden tegen een aantal risico's (zoals ziekte, invaliditeit, arbeidsongeschiktheid, ouderdom, het overlijden van naasten en werkloosheid) of om in bepaalde behoeftes te voorzien (zoals huisvesting en onderwijs).
Totaal
Sociale uitkeringen (in geld)
Deze uitkeringen worden aan huishoudens toegekend om financiële zekerheid te bieden tegen een aantal risico's (zoals ziekte, invaliditeit, arbeidsongeschiktheid, ouderdom, het overlijden van naasten en werkloosheid) of om in bepaalde behoeftes te voorzien (zoals huisvesting en onderwijs). Hieronder vallen de uitkeringen wettelijke sociale verzekering, uitkeringen sociale voorziening, pensioenuitkeringen, overige particuliere sociale premies en uitkeringen rechtstreeks door werkgevers.
Totaal
Uitkeringen sociale zekerheid in geld
Uitkeringen sociale zekerheid in geld zijn uitkeringen sociale verzekering die door sociale zekerheidsfondsen in geld worden betaald aan huishoudens. Vergoedingen vallen hier niet onder; deze worden geregistreerd als sociale overdrachten in natura.
Uitkeringen overige sociale verzekering
Uitkeringen overige sociale verzekering zijn uitkeringen die werkgevers moeten betalen in het kader van overige werkgerelateerde socialeverzekeringsregelingen.
Voorbeelden zijn:
- doorbetaling van het normale loon, of een gedeelte ervan, tijdens periode van afwezigheid van het werk wegens ziekte, ongeval, zwangerschap enz.
- betaling van ouderdoms- of nabestaandepensioen aan voormalige werknemers of hun nabestaanden en uitkeringen aan werknemers of hun nabestaanden in geval van ontslag, arbeidsongeschiktheid, ongeval met dodelijke afloop enz. (in relatie met een collectieve arbeidsovereenkomst).
Uitkeringen sociale voorziening in geld
Uitkeringen sociale voorziening in geld zijn inkomensoverdrachten die aan huishoudens worden betaald door overheidsinstellingen of izw's t.b.v. huishoudens, teneinde tegemoet te komen aan dezelfde behoeften als in geval van uitkeringen sociale verzekering; deze uitkeringen vinden echter niet plaats in het kader van een sociale verzekeringsregeling waaraan normaal gesproken met sociale premies moet worden bijgedragen.
Enkele voorbeelden zijn:
- doorbetaling bij ziekte;
- wachtgelden voormalig overheidspersoneel;
- eigen pensioen militairen.
Overige inkomensoverdrachten
Hieronder vallen inkomensoverdrachten die niet in de andere categorieën zijn ingedeeld.
Uitkeringen schadeverzekeringen
Uitkeringen die betaald worden ter compensatie van schade als gevolg van bijvoorbeeld een ongeval, ziekte, diefstal of aanrijding. De uitkeringen worden betaald door verzekeringsinstellingen aan polishouders.
Bestedingen
Bestedingen bestaan uit transacties die de economische waarde van sectoren verminderen (oftewel de uitgaven door sectoren).
Inkomen uit vermogen
Inkomen uit vermogen ontstaat wanneer de eigenaren van financiële activa of van natuurlijke hulpbronnen deze ter beschikking stellen aan andere institutionele eenheden. Het inkomen dat voor het gebruik van financiële activa verschuldigd is, wordt inkomen uit beleggingen genoemd, terwijl het inkomen dat voor het gebruik van natuurlijke hulpbronnen verschuldigd is, inkomen uit natuurlijke hulpbronnen wordt genoemd. Inkomen uit vermogen is de som van inkomen uit beleggingen en inkomen uit natuurlijke hulpbronnen.
Winstuitkeringen
Winstuitkeringen bestaan uit dividenden en inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen.
Totaal
Dividenden
Dividend is een uitkering van een vennootschap aan diegenen die vermogen beschikbaar hebben gesteld in de vorm van aandelenkapitaal. Tot het dividend behoren de contante dividenden, het stockdividend alsmede het keuzedividend. Bonusuitkeringen vallen echter niet onder het dividend.
Dividend wordt bruto geregistreerd, dat wil zeggen inclusief de door de vennootschappen als voorheffing ingehouden dividendbelasting. Dit geldt ook voor de dividendbetalingen van en naar het buitenland.
Dividenden worden geregistreerd op het moment dat zij betaalbaar worden gesteld.
Inkomen onttrokken aan quasi-vennootsch.
Inkomen uit vermogen dat door de eigenaars wordt onttrokken aan quasi-vennootschappen.
Dit zijn delen van juridische eenheden die, omdat zij zich gedragen als vennootschappen (nv's, bv's), als afzonderlijke economische eenheden worden opgevat. Zij worden ingedeeld bij de niet-financiële vennootschappen of de financiële instellingen.
Overheidsbedrijven zijn, hoewel ze administratief tot de overheid behoren, als quasi-vennootschappen bij de vennootschappen opgenomen. De winsten van de overheidsbedrijven worden in de vorm van inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen en teruggeboekt naar de overheid. Het spiegelbeeld hiervan, overheidsbijdragen in tekorten van overheidsbedrijven, worden daarentegen als subsidies geboekt.
Sociale premies en uitkeringen
Sociale premies en sociale uitkeringen zijn inkomensoverdrachten in geld of in natura, die via collectieve regelingen of, buiten dergelijke regelingen om, door overheidseenheden en izw's t.b.v. huishoudens aan huishoudens worden verstrekt, teneinde de financiële lasten te verlichten die voor die huishoudens voortvloeien uit een aantal risico's en behoeften. Zij omvatten ook betalingen van de overheid aan producenten voor goederen en diensten die in het kader van sociale risico's en behoeften individueel aan huishoudens ten goede komen.
De sociale uitkeringen worden aan huishoudens toegekend om financiële zekerheid te bieden tegen een aantal risico's (zoals ziekte, invaliditeit, arbeidsongeschiktheid, ouderdom, het overlijden van naasten en werkloosheid) of om in bepaalde behoeftes te voorzien (zoals huisvesting en onderwijs).
Totaal
Sociale uitkeringen (in geld)
Deze uitkeringen worden aan huishoudens toegekend om financiële zekerheid te bieden tegen een aantal risico's (zoals ziekte, invaliditeit, arbeidsongeschiktheid, ouderdom, het overlijden van naasten en werkloosheid) of om in bepaalde behoeftes te voorzien (zoals huisvesting en onderwijs). Hieronder vallen de uitkeringen wettelijke sociale verzekering, uitkeringen sociale voorziening, pensioenuitkeringen, overige particuliere sociale premies en uitkeringen rechtstreeks door werkgevers.
Totaal
Uitkeringen sociale zekerheid in geld
Uitkeringen sociale zekerheid in geld zijn uitkeringen sociale verzekering die door sociale zekerheidsfondsen in geld worden betaald aan huishoudens. Vergoedingen vallen hier niet onder; deze worden geregistreerd als sociale overdrachten in natura.
Uitkeringen overige sociale verzekering
Uitkeringen overige sociale verzekering zijn uitkeringen die werkgevers moeten betalen in het kader van overige werkgerelateerde socialeverzekeringsregelingen.
Voorbeelden zijn:
- doorbetaling van het normale loon, of een gedeelte ervan, tijdens periode van afwezigheid van het werk wegens ziekte, ongeval, zwangerschap enz.
- betaling van ouderdoms- of nabestaandepensioen aan voormalige werknemers of hun nabestaanden en uitkeringen aan werknemers of hun nabestaanden in geval van ontslag, arbeidsongeschiktheid, ongeval met dodelijke afloop enz. (in relatie met een collectieve arbeidsovereenkomst).
Uitkeringen sociale voorziening in geld
Uitkeringen sociale voorziening in geld zijn inkomensoverdrachten die aan huishoudens worden betaald door overheidsinstellingen of izw's t.b.v. huishoudens, teneinde tegemoet te komen aan dezelfde behoeften als in geval van uitkeringen sociale verzekering; deze uitkeringen vinden echter niet plaats in het kader van een sociale verzekeringsregeling waaraan normaal gesproken met sociale premies moet worden bijgedragen.
Enkele voorbeelden zijn:
- doorbetaling bij ziekte;
- wachtgelden voormalig overheidspersoneel;
- eigen pensioen militairen.
Overige inkomensoverdrachten
Hieronder vallen inkomensoverdrachten die niet in de andere categorieën zijn ingedeeld.
Uitkeringen schadeverzekeringen
die betaald worden ter compensatie van schade als gevolg van bijvoorbeeld een ongeval, ziekte, diefstal of aanrijding. De uitkeringen worden betaald door verzekeringsinstellingen aan polishouders.