Maatstaven gemeentefonds: Sociaal domein: diverse peildata; regio 2018

Maatstaven gemeentefonds: Sociaal domein: diverse peildata; regio 2018

Regio's Participatiewet Inwoners van 15 tot 65 jaar (aantal) Participatiewet Inwoners doelpopulatie (aantal) Participatiewet Beroepsbevolking vijfjaarsgemiddelde Totaal beroepsbevolking (x 1 000) Participatiewet Beroepsbevolking vijfjaarsgemiddelde Lager opgeleiden (x 1 000) Participatiewet Beroepsbevolking vijfjaarsgemiddelde Lager opgeleiden, percentage (%) Participatiewet Sociale zekerheid Instroom werkregeling Wajong (aantal) Participatiewet Sociale zekerheid Instroom wachtlijst WSW (aantal) Participatiewet Sociale zekerheid Instroom werkregeling Wajong excl. WSW (aantal) Participatiewet Sociale zekerheid Personen met bijstand tot AOW-leeftijd (aantal) Jeugdwet Inwoners tot 18 jaar (aantal)
Nederland 11.140.079 1.971.840 8.931 1.473 16 26.060 25.930 25.490 517.910 3.404.098
Aa en Hunze 15.408 2.650 13 2 14 20 30 20 470 4.582
Aalburg 8.350 1.220 8 2 30 20 20 20 150 3.102
Aalsmeer 19.794 2.180 17 3 20 30 10 30 280 7.073
Aalten 16.863 2.450 13 3 19 20 30 20 410 5.528
Achtkarspelen 17.579 3.390 14 4 28 30 30 30 900 6.264
Alblasserdam 12.197 1.940 9 2 19 20 30 20 400 4.725
Albrandswaard 16.300 2.340 13 2 15 60 30 60 400 5.637
Alkmaar 71.326 11.990 58 9 15 260 160 260 2.930 21.034
Almelo 46.583 10.190 36 7 19 180 260 180 3.530 15.096
Almere 141.191 24.170 110 18 16 270 290 270 7.140 47.332
Alphen aan den Rijn 70.623 10.250 60 9 16 140 170 140 2.080 23.020
Alphen-Chaam 6.361 810 7 1 19 0 0 0 120 1.915
Ameland 2.201 280 1 0 19 0 0 0 10 732
Amersfoort 102.949 15.060 83 10 12 160 190 160 4.130 35.879
Amstelveen 56.738 10.090 46 4 9 100 60 100 1.260 18.402
Amsterdam 615.648 132.130 473 44 9 1.110 1.580 1.110 47.590 148.849
Apeldoorn 101.920 17.890 80 14 17 270 260 270 4.460 32.036
Appingedam 7.318 1.710 5 1 23 20 40 20 530 2.237
Arnhem 107.478 24.850 82 10 12 530 550 530 9.270 30.328
Assen 43.190 8.560 34 5 14 140 160 140 2.540 14.367
Asten 10.634 1.470 9 2 22 0 30 0 240 3.239
Baarle-Nassau 3.977 650 3 1 29 10 10 10 110 1.117
Baarn 15.000 2.620 12 2 17 20 10 20 440 4.815
Barendrecht 31.150 4.080 26 3 12 40 20 40 620 11.558
Barneveld 35.235 5.180 29 6 23 60 20 60 700 14.766
Bedum 6.595 1.120 5 1 11 20 20 20 210 2.149
Beek (L.) 10.097 1.590 8 1 15 20 0 20 340 2.586
Beemster 5.832 810 5 1 12 10 10 10 90 1.867
Beesel 8.489 1.330 8 2 19 10 20 10 280 2.511
Berg en Dal 21.771 3.840 18 3 19 40 50 40 990 6.176
Bergeijk 11.657 1.540 9 2 20 10 40 10 180 3.514
Bergen (L.) 8.364 1.270 8 2 19 20 40 20 230 2.346
Bergen (NH.) 16.885 2.990 14 2 12 30 10 30 360 4.973
Bergen op Zoom 42.572 8.370 33 6 19 100 120 100 2.200 12.449
Berkelland 27.132 3.880 23 5 20 60 50 60 750 8.585
Bernheze 19.251 2.430 17 3 19 30 80 30 360 6.381
Best 19.096 2.750 14 2 14 20 50 20 530 6.075
Beuningen 16.916 2.320 14 2 17 30 40 30 500 4.976
Beverwijk 26.794 4.380 22 4 20 60 70 60 1.140 8.132
De Bilt 25.472 3.720 21 2 12 40 10 40 780 9.005
Binnenmaas 17.924 2.650 17 3 20 30 20 30 300 5.691
Bladel 12.758 1.670 11 3 23 10 70 10 190 3.975
Blaricum 5.814 1.010 5 1 14 0 0 0 130 2.100
Bloemendaal 12.816 2.240 11 1 9 20 10 20 240 5.101
Bodegraven-Reeuwijk 21.064 2.760 18 3 18 30 20 30 380 7.546
Boekel 6.767 810 6 1 23 10 30 10 130 2.249
Ten Boer 4.538 620 4 1 18 10 10 10 120 1.657
Borger-Odoorn 15.786 2.780 12 2 19 50 50 50 650 4.611
Borne 14.076 2.170 12 1 12 20 30 20 420 4.906
Borsele 14.335 2.010 13 3 23 10 30 10 280 4.947
Boxmeer 18.372 2.740 18 3 18 30 100 30 430 5.419
Boxtel 19.297 3.080 16 3 16 50 180 50 500 6.201
Breda 120.995 20.460 98 15 16 220 320 220 5.780 35.432
Brielle 10.776 1.680 8 1 14 10 10 10 280 3.060
Bronckhorst 22.234 3.090 19 3 17 40 50 40 450 6.861
Brummen 12.864 1.940 10 2 23 30 30 30 380 3.800
Brunssum 18.022 3.900 15 3 19 60 50 60 1.070 4.632
Bunnik 9.145 1.030 9 1 8 10 0 10 170 3.332
Bunschoten 13.581 1.550 11 3 27 20 0 20 210 5.035
Buren 17.052 2.460 14 3 22 30 30 30 300 5.457
Capelle aan den IJssel 42.876 8.300 34 5 15 120 40 120 2.600 13.317
Castricum 21.516 2.780 18 2 12 50 10 50 410 6.687
Coevorden 21.784 4.030 19 4 21 60 40 60 1.070 6.873
Cranendonck 12.992 2.160 11 2 19 10 40 10 330 3.783
Cromstrijen 8.014 1.090 8 1 17 20 0 20 120 2.386
Cuijk 15.839 2.390 13 2 18 40 90 40 510 4.833
Culemborg 18.210 2.880 15 3 20 40 60 40 730 6.040
Dalfsen 17.481 2.090 15 3 17 30 20 30 320 6.172
Dantumadiel 11.795 2.490 10 2 26 20 20 20 630 3.981
Delft 72.956 14.820 54 6 11 190 200 190 3.720 15.431
Delfzijl 15.419 3.780 13 3 21 50 60 50 1.150 4.406
Deurne 20.573 3.070 17 4 22 30 90 30 540 6.151
Deventer 65.127 11.880 52 8 15 220 370 220 3.580 20.707
Diemen 18.866 3.110 13 1 10 40 30 40 610 4.942
Dinkelland 16.567 1.890 14 2 16 20 10 20 290 5.484
Doesburg 7.169 1.460 6 1 21 20 20 20 390 2.069
Doetinchem 36.472 6.560 29 5 18 100 120 100 1.540 11.452
Dongen 16.367 2.180 14 3 23 10 30 10 380 4.957
Dongeradeel 14.750 2.990 13 3 20 30 20 30 770 5.147
Dordrecht 77.865 15.720 62 10 16 310 250 310 4.890 23.524
Drechterland 12.260 1.600 13 3 21 30 0 30 190 4.077
Drimmelen 17.238 2.380 14 3 21 10 30 10 240 4.971
Dronten 26.794 4.400 21 3 16 20 40 20 840 8.862
Druten 12.187 1.900 10 2 20 20 30 20 340 3.831
Duiven 17.045 2.390 13 2 13 40 30 40 560 5.238
Echt-Susteren 20.209 3.680 16 3 18 30 50 30 590 5.053
Edam-Volendam 22.735 2.650 18 4 23 30 20 30 390 7.520
Ede 72.750 12.010 60 9 16 240 120 240 2.350 25.540
Eemnes 5.713 740 5 1 10 10 0 10 110 1.934
Eemsmond 9.743 2.080 9 2 22 30 50 30 540 3.078
Eersel 11.794 1.760 9 2 18 10 40 10 190 3.498
Eijsden-Margraten 15.912 2.200 12 2 15 50 30 50 270 4.479
Eindhoven 155.813 28.820 119 16 13 210 700 210 8.570 40.081
Elburg 14.285 2.290 12 3 26 30 50 30 310 5.428
Emmen 68.048 14.600 52 13 25 220 170 220 4.530 20.456
Enkhuizen 11.776 1.930 11 2 19 50 10 50 410 3.615
Enschede 106.443 24.460 82 14 17 360 230 360 8.530 29.826
Epe 19.756 3.240 16 3 21 50 30 50 550 6.177
Ermelo 16.508 2.980 11 2 19 40 40 40 420 5.188
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Gemeenten ontvangen geld van de Rijksoverheid uit het gemeentefonds. Hiermee betalen zij een deel van hun uitgaven. Sinds 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de uitvoering van de Jeugdwet, Participatiewet en WMO (Sociaal domein). Voor de verdeling van het landelijke budget voor de uitvoering van deze drie wetten over de gemeenten zijn verdeelmodellen ontwikkeld. In opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) stelt CBS cijfers samen waarmee deze verdeelmodellen doorgerekend kunnen worden. Deze tabel bevat gegevens die als grondslag dienen bij het bepalen van de verdeling van het landelijk budget over de gemeenten ten behoeve van de Jeugdwet, Participatiewet en Wmo.

Gegevens beschikbaar voor 2018

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief, maar samengesteld op basis van gegevens uit verschillende bronnen, en berekend op verschillende basisjaren. Dit wil zeggen dat de cijfers niet zondermeer vergelijkbaar zijn met reeds gepubliceerde cijfers op StatLine. In de toelichting bij de onderwerpen wordt dit nader verklaard.

Wijzigingen per 31 mei 2018:
Deze tabel is een update van de tabel Maatstaven gemeentefonds; regio 2017.
Ten opzichte van de vorige tabel is de indicator ‘Eenouderhuishoudens met minderjarige kinderen met bijstand’ komen te vervallen.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
De nieuwe cijfers komen naar verwachting in mei 2019 beschikbaar.

Toelichting onderwerpen

Participatiewet
De wet regelt in Nederland de ondersteuning bij arbeidsinschakeling en het verlenen van bijstand door gemeenten voor mensen die weinig of geen ander inkomen (waaronder andere uitkeringen) hebben en ook weinig of geen vermogen.
Werk gaat voor inkomen: oogmerk is om mensen met of zonder arbeidsbeperking op de kortste weg naar betaald werk te kunnen zetten.
De gemeenten voeren de wet uit en bepalen, binnen de wettelijke grenzen, hun eigen beleid.
De participatiewet vervangt sinds 1 januari 2015 de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (wet Wajong).
Onder dit onderwerp zijn in deze tabel de gegevens terug te vinden die als grondslag dienen bij het bepalen van de verdeling van het landelijk budget over de gemeenten ten behoeve van de Participatiewet.

Inwoners van 15 tot 65 jaar
Het aantal inwoners van 15 tot 65 jaar op 31 december 2016 voor de gemeentelijke indeling van 1-1-2018.

De cijfers over het aantal inwoners in deze tabel kunnen afwijken van soortgelijke cijfers op StatLine over het aantal inwoners. Dit komt doordat in deze tabel de gemeentelijke indeling van 2018 is toegepast maar de definitieve cijfers ten behoeve van de Participatiewet over 31 december 2016 gaan.
Inwoners doelpopulatie
Het aantal personen dat behoort tot de doelgroep van de Participatiewet voordat deze daadwerkelijk in werking treedt in 2015.

De doelgroep van de Participatiewet, weergegeven in deze tabel, bestaat uit:
- Werkenden met steun van de gemeente (WSW, Wet inschakeling werkzoekenden (Wiw) en het Besluit in- en doorstroombanen (ID), Loonkostensubsidie);
- Niet-werkenden met een uitkering van de gemeente (Wet Werk en Bijstand (WWB));
- Niet-werkenden zonder uitkering (niet-uitkeringsgerechtigden en inactieven);
- Personen met een Wajong-uitkering.

Omdat het CBS geen registratie van niet-uitkeringsgerechtigden of inactieven heeft, is de totale bevolking in de leeftijd van 15 jaar tot aan de AOW-leeftijd 'afgepeld' om tot de omvang van deze subgroep te komen. Op basis van de BRP is de omvang van de bevolking in de leeftijd van 15 jaar tot aan de AOW-leeftijd op 31 december 2016 bepaald voor de gemeentelijke indeling van 1 januari 2018. De volgende groepen zijn vervolgens van deze bevolking afgepeld om tot de uiteindelijke doelgroep van de Participatiewet te komen:
- Personen met een baan in loondienst in Nederland ultimo 2016, ongeacht de omvang van de baan, met uitzondering van de werkenden met steun van de gemeente (WSW, Wet inschakeling werkzoekenden (Wiw) en het Besluit in- en doorstroombanen (ID), Loonkostensubsidie);
- Personen met inkomsten uit een baan in het buitenland in 2016;
- Personen met inkomsten uit overige arbeid in 2016;
- Personen met inkomsten als zelfstandige in 2016;
- Personen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)/Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) of de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) ultimo 2016;
- Personen met een uitkering in het kader van de werkloosheidswet (WW) ultimo 2016;
- Personen van 15 tot 30 jaar die ultimo 2016 regulier onderwijs volgen.
Beroepsbevolking vijfjaarsgemiddelde
Tot de beroepsbevolking horen personen:
- die betaald werk hebben (werkzame beroepsbevolking), of
- die geen betaald werk hebben, recent naar betaald werk hebben gezocht en daarvoor direct beschikbaar zijn (werkloze beroepsbevolking).
Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar. Bij betaald werk gaat het om werkzaamheden ongeacht de arbeidsduur.
Het gaat hier om een vijfjaarsgemiddelde van de beroepsbevolking.
Totaal beroepsbevolking
Vijfjaarsgemiddelde van het totaal aantal personen in de beroepsbevolking voor de jaren 2013 tot en met 2017 voor de gemeentelijke indeling van 1-1-2018.

Beroepsbevolking
Personen:
- die betaald werk hebben (werkzame beroepsbevolking), of
- die geen betaald werk hebben, recent naar betaald werk hebben gezocht en daarvoor direct beschikbaar zijn (werkloze beroepsbevolking).
Deze definitie heeft betrekking op personen die in Nederland wonen (exclusief de institutionele bevolking). De gegevens worden meestal gepresenteerd voor de bevolking van 15 tot 75 jaar. Bij betaald werk gaat het om werkzaamheden ongeacht de arbeidsduur.


Lager opgeleiden
Vijfjaarsgemiddelde van het aantal lager opgeleiden in de beroepsbevolking voor de jaren 2013 tot en met 2017 voor de gemeentelijke indeling van 1-1-2018.

De lager opgeleiden in deze tabel wijken af van de standaard CBS-indeling van de laag opgeleiden. In deze tabel worden personen met de volgende hoogstbehaalde opleidingen volgens de Standaard Onderwijsindeling (SOI) tot de laag opgeleiden gerekend:
- 111 Basisonderwijs:
01001 geen onderwijs gevolgd
01002 onderwijs aan kleuters
01003 basisonderwijs groep 3-8
01004 (basis)educatie
- 121 VMBO-basisberoep/kaderberoeps, mbo1:
01006 praktijkonderwijs
01016 overige beroepsopleiding of cursus met lager niveau
01007 assistentenopleiding (web) bol
01008 assistentenopleiding (web) bbl (incl. geen aanduiding leerweg)
01005 gemeenschappelijke leerjaren avo
01013 vmbo basis- en kaderberoepsgerichte leerweg
01015 lbo, vbo.
Ten opzichte van de standaard CBS-indeling van laag opgeleiden worden de personen met de volgende hoogstbehaalde opleidingen niet tot de lager opgeleiden gerekend:
- 122 VMBO-gemengd/theoretisch, avo onderbouw:
01009 havo, vwo leerjaar 1-3
01010 mms, hbs, gymnasium leerjaar 1-3
01011 voortgezet speciaal onderwijs
01012 mavo
01014 vmbo theoretische- of gemengde leerweg.
Lager opgeleiden, percentage
Vijfjaarsgemiddelde van het percentage lager opgeleiden in de beroepsbevolking voor de jaren 2013 tot en met 2017 voor de gemeentelijke indeling van 1-1-2018.

De lager opgeleiden in deze tabel wijken af van de standaard CBS-indeling van de laag opgeleiden. In deze tabel worden personen met de volgende hoogstbehaalde opleidingen tot de laag opgeleiden gerekend:
- 111 Basisonderwijs:
01001 geen onderwijs gevolgd
01002 onderwijs aan kleuters
01003 basisonderwijs groep 3-8
01004 (basis)educatie
- 121 VMBO-basisberoep/kaderberoeps, mbo1:
01006 praktijkonderwijs
01016 overige beroepsopleiding of cursus met lager niveau
01007 assistentenopleiding (web) bol
01008 assistentenopleiding (web) bbl (incl. geen aanduiding leerweg)
01005 gemeenschappelijke leerjaren avo
01013 vmbo basis- en kaderberoepsgerichte leerweg
01015 lbo, vbo.
Ten opzichte van de standaard CBS-indeling van laag opgeleiden worden de personen met de volgende hoogstbehaalde opleidingen niet tot de lager opgeleiden gerekend:
- 122 VMBO-gemengd/theoretisch, avo onderbouw:
01009 havo, vwo leerjaar 1-3
01010 mms, hbs, gymnasium leerjaar 1-3
01011 voortgezet speciaal onderwijs
01012 mavo
01014 vmbo theoretische- of gemengde leerweg.

Sociale zekerheid
Het publieke stelsel dat bedoeld is om inkomen en/of verzorging te garanderen voor natuurlijke personen ten tijde van pensioen, ziekte, arbeidsongeschiktheid, overlijden of werkloosheid.
Het bestaat uit werknemersverzekeringen, volksverzekeringen en sociale voorzieningen. De werknemersverzekeringen en de volksverzekeringen worden samen aangeduid als sociale verzekeringen.
Instroom werkregeling Wajong
De cumulatieve omvang van de instroom in de werkregeling van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong) in de jaren 2012 tot en met 2014 voor de gemeentelijke indeling van 1-1-2018.

Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong):
Wettelijke voorziening in de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid van mensen die geen aanspraak kunnen maken op de WAO/WIA omdat er geen arbeidsverleden is opgebouwd.
Dit zijn mensen die arbeidsongeschikt zijn voor de dag dat zij 17 jaar worden of na hun 17e jaar arbeidsongeschikt worden én een opleiding/studie volgen.
Met het van kracht worden van de Participatiewet m.i.v. januari 2015 kunnen alleen jonggehandicapten, die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn, nog instromen in de wet Wajong. Jonggehandicapten die nog kunnen werken, kunnen vanaf januari 2015 voor ondersteuning bij het zoeken naar werk terecht bij gemeenten.
Jongeren die vóór 2015 al een Wajong-uitkering hadden, houden deze uitkering.

Wet Werkregeling Wajong:
Om zoveel mogelijk Wajongers aan het werk te krijgen en te houden geldt vanaf 2010 de Wet Wajong voor nieuwe arbeidsongeschikte jongeren. Kort samengevat: vanaf het 18de jaar bekijkt men welke mogelijkheden er zijn om te werken. Die mogelijkheden worden vastgelegd in een participatieplan en de jongeren komen na school in de werkregeling Wajong. Op het 27ste jaar vindt een definitieve beoordeling plaats.

Instroom wachtlijst WSW
De cumulatieve omvang van de instroom op de wachtlijst van de Wet sociale werkvoorziening (WSW) in de jaren 2012 tot en met 2014 voor de gemeentelijke indeling van 1-1-2018.

Wet sociale werkvoorziening (WSW)
Mensen met een lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap kunnen vaak moeilijk een baan vinden. Zij hebben een hoge mate van begeleiding nodig.
Met de WSW geeft de overheid deze mensen de kans om toch te werken en in hun eigen onderhoud te voorzien. Om in aanmerking te komen voor de WSW moet je een WSW-indicatie hebben.
Mensen met een WSW-indicatie kunnen in aanmerking komen voor een WSW-dienstbetrekking of een begeleid werken dienstbetrekking. Bij een WSW-dienstbetrekking zijn zij in dienst van een gemeente (sociale werkplaats).
Bij een begeleid werken dienstbetrekking is er sprake van een arbeidsovereenkomst bij een reguliere werkgever (WSW regulier dienstverband). Vaak kunnen mensen nadat zij een WSW-indicatie hebben gekregen niet direct aan de slag maar staan ze eerst een tijdje op de wachtlijst (WSW wachtlijst).

WSW-registratie.
De bron voor deze indicator is de WSW-registratie van Panteia. In de WSW-registratie zijn gegevens verzameld van alle personen die geïndiceerd zijn voor de WSW, op de wachtlijst staan, een dienstbetrekking hebben en werken onder begeleiding bij een reguliere werkgever. Deze registratie wordt door CBS niet gebruikt om reguliere statistieken mee te publiceren, maar alleen in maatwerkonderzoek gebruikt. CBS voert geen controles uit op de kwaliteit van de gegevens in deze registratie en kan dus ook niet instaan voor de kwaliteit van de gegevens in de registratie. Het CBS heeft toestemming gekregen van het ministerie van SZW om deze gegevens in dit maatwerkonderzoek te gebruiken.
Instroom werkregeling Wajong excl. WSW
De cumulatieve omvang van de instroom in de werkregeling Wajong gecorrigeerd voor de instroom De cumulatieve omvang van de instroom in de werkregeling Wajong gecorrigeerd voor de instroom op de wachtlijst van de Wet sociale werkvoorziening (WSW) in de jaren 2012 tot en met 2014, per gemeente voor de gemeentelijke indeling van 1-1-2018.
Als iemand zowel instroomt in de werkregeling Wajong als op de wachtlijst van de WSW dan wordt deze persoon niet meegeteld in dit cijfer.
Personen met bijstand tot AOW-leeftijd
Het aantal personen tot de pensioengerechtigde (AOW-)leeftijd met een bijstands(gerelateerde) uitkering op 31-12-2016 voor de gemeentelijke indeling van 1-1-2018.
Inbegrepen zijn uitkeringen in het kader van:
- de Wet werk en bijstand (WWB);
- de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW);
- de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);
- het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz) en
- Bijstand aan (overige) adreslozen.

De cijfers over het aantal personen met een bijstandsuitkering in deze tabel kunnen afwijken van soortgelijke cijfers op Statline over het aantal personen met een bijstandsuitkering. Dit komt doordat in deze tabel de gemeentelijke indeling van 2018 is toegepast maar de definitieve cijfers ten behoeve van de Participatiewet over 31 december 2016 gaan.
Jeugdwet
Wettelijke verplichting voor gemeenten om zorg aan jongeren te bieden.
De Jeugdwet wordt op 1 januari 2015 ingevoerd als samenvoeging van de Wet op de jeugdzorg (Wjz), de langdurige jeugd-gehandicaptenzorg en -geestelijke gezondheidszorg uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en de jeugd-geestelijke gezondheidszorg uit de Zorgverzekeringswet (Zvw). De Jeugdwet regelt de ondersteuning, hulp en zorg voor jeugdigen met opvoed- en opgroeiproblemen, met psychische en psychiatrische problemen of met een lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke beperking. Daarnaast regelt de wet de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen en de jeugdreclassering.
In de Jeugdwet is de leeftijdsgrens gesteld op 18 jaar voor jeugdhulp en de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen. Jeugdhulp kan doorlopen tot maximaal het 23ste levensjaar, voor zover deze hulp niet onder een ander wettelijk kader valt. Voor jeugdhulp die verstrekt wordt in verband met een psychische stoornis of een verstandelijke beperking die voorheen viel onder zorg als bedoeld bij of krachtens de AWBZ of Zvw geldt echter de leeftijdsgrens van 18 jaar. Voor jeugdreclassering en jeugdhulp die voortvloeit uit een strafrechtelijke beslissing geldt op basis van het wetsvoorstel Jeugdwet geen leeftijdsgrens.
Onder dit onderwerp zijn in deze tabel de gegevens terug te vinden die als grondslag dienen bij het bepalen van de verdeling van het landelijk budget over de gemeenten ten behoeve van de Jeugdwet.
Inwoners tot 18 jaar
Het aantal inwoners tot 18 jaar op 1 januari 2017 voor de gemeentelijke indeling van 1-1-2018.

De cijfers over het aantal inwoners in deze tabel kunnen afwijken van soortgelijke cijfers op Statline over het aantal inwoners. Dit komt doordat in deze tabel de gemeentelijke indeling van 2018 is toegepast maar de definitieve cijfers ten behoeve van de Participatiewet over 1 januari 2017 gaan.