Inkomensrekening sector huishoudens, regio; nationale rekeningen 1995-2015

Inkomensrekening sector huishoudens, regio; nationale rekeningen 1995-2015

Regio's Perioden Transacties in mln euro Inkomensverdeling (primaire verdeling) Middelen Gemengd inkomen (netto) (mln euro) Transacties in mln euro Inkomensverdeling (primaire verdeling) Middelen Beloning van werknemers (mln euro) Transacties in mln euro Inkomensverdeling (primaire verdeling) Middelen Inkomen uit vermogen (ontvangsten) (mln euro) Transacties in mln euro Inkomensverdeling (primaire verdeling) Bestedingen Inkomen uit vermogen (betaald) (mln euro) Transacties in mln euro Inkomensverdeling (primaire verdeling) Bestedingen Primair inkomen (netto) (mln euro) Transacties per hoofd van de bevolking Inkomensverdeling (primaire verdeling) Middelen Gemengd inkomen (netto) (euro) Transacties per hoofd van de bevolking Inkomensverdeling (primaire verdeling) Middelen Beloning van werknemers (euro) Transacties per hoofd van de bevolking Inkomensverdeling (primaire verdeling) Middelen Inkomen uit vermogen (ontvangen) (euro) Transacties per hoofd van de bevolking Inkomensverdeling (primaire verdeling) Bestedingen Inkomen uit vermogen (betaald) (euro) Transacties per hoofd van de bevolking Inkomensverdeling (primaire verdeling) Bestedingen Primair inkomen (netto) (euro)
Nederland 2015* 38.546 325.153 49.559 6.070 407.188 2.270 19.150 2.919 357 23.982
Noord-Nederland 2015* 4.118 27.358 4.432 520 35.388 2.397 15.920 2.579 303 20.594
Oost-Nederland 2015* 8.275 64.408 10.000 1.278 81.405 2.309 17.972 2.790 357 22.715
West-Nederland 2015* 18.788 166.567 24.551 2.965 206.942 2.330 20.661 3.045 368 25.669
Zuid-Nederland 2015* 7.365 66.820 10.576 1.307 83.453 2.037 18.484 2.925 362 23.085
Groningen 2015* 1.414 9.056 1.274 166 11.578 2.423 15.514 2.183 285 19.835
Friesland 2015* 1.611 10.023 1.853 197 13.290 2.493 15.514 2.869 304 20.571
Drenthe 2015* 1.093 8.279 1.305 158 10.520 2.237 16.944 2.670 323 21.529
Overijssel 2015* 2.526 19.640 2.940 377 24.730 2.207 17.164 2.570 329 21.611
Flevoland 2015* 1.063 7.778 878 156 9.562 2.630 19.249 2.172 386 23.664
Gelderland 2015* 4.686 36.990 6.182 745 47.114 2.302 18.174 3.038 366 23.148
Utrecht 2015* 3.103 28.571 3.933 534 35.073 2.437 22.433 3.088 419 27.538
Noord-Holland 2015* 7.403 59.149 8.657 1.060 74.149 2.658 21.240 3.109 381 26.626
Zuid-Holland 2015* 7.304 72.132 10.810 1.249 88.997 2.016 19.913 2.984 345 24.569
Zeeland 2015* 978 6.715 1.151 122 8.723 2.566 17.613 3.020 321 22.879
Noord-Brabant 2015* 5.543 47.629 7.500 938 59.734 2.218 19.061 3.001 375 23.905
Limburg 2015* 1.821 19.191 3.076 369 23.719 1.632 17.193 2.755 331 21.249
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


De regionale rekeningen voor huishoudens in deze tabel beschrijvende primaire en de secundaire verdeling van de inkomensrekening van de sector huishoudens.
Deze rekeningen kunnen worden gebruikt voor het maken van interregionale vergelijkingen van de belangrijkste transacties waarbij huishoudens betrokken zijn.
De sector huishoudens bevat alle natuurlijke personen die langer dan een jaar in Nederland verblijven, ongeacht hun nationaliteit. Naast de op zichzelf of in gezinsverband wonende personen, worden ook personen in verpleeginrichtingen, bejaardentehuizen, gevangenissen, internaten e.d. tot de huishoudens gerekend. Indien de tot de huishoudens gerekende personen een eigen bedrijf hebben, wordt dit bedrijf ook tot de huishoudens gerekend. Dit is het geval bij de zelfstandigen en de eigenwoningbezitters.

Gegevens beschikbaar van 1995 tot en met 2015.

Status van de cijfers:
De gegevens van de jaren 1995-2014 zijn definitief en van het jaar 2015 zijn voorlopig. Aangezien deze tabel is stopgezet, worden de gegevens niet meer definitief gemaakt.

Wijzigingen per 18 januari 2019.
Geen, deze tabel is stopgezet.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft onlangs een revisie uitgevoerd van de nationale rekeningen. Hierbij worden nieuwe statistische bronnen en ramingsmethoden gebruikt. Deze tabel met gegevens voor revisie is vervangen door tabel Inkomensrekening sector huishoudens naar regio; nationale rekeningen. Voor aanvullende informatie zie paragraaf 3.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Transacties in mln euro
Veranderingen in vermogenscomponenten (bezittingen en schulden) van Nederlandse huishoudens. Bedragen in miljoen euro.
Inkomensverdeling (primaire verdeling)
De primaire inkomensverdelingsrekening beschrijft de verdeling van de toegevoegde waarde over de deelnemers (d.w.z. de leveranciers van de productiefactoren arbeid en kapitaal) aan het productieproces.
Middelen
Ontvangen bedragen.
Gemengd inkomen (netto)
Het netto gemengd inkomen is het exploitatieoverschot (exclusief de afschrijvingen) dat resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie. Bij zelfstandigen wordt dit exploitatieoverschot gemengd inkomen genoemd, omdat het ook de beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Binnen de sector huishoudens bestaat het gemengd inkomen ook nog uit de geproduceerde woondiensten voor eigen gebruik van huiseigenaren.
Beloning van werknemers
De beloning van werknemers heeft betrekking op de beloning voor geleverde arbeid. Als werknemer zijn aangemerkt alle ingezeten en niet-ingezeten personen die in dienstbetrekking werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers, dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen. Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen.
De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en sociale premies t.l.v. werkgevers anderzijds.
Inkomen uit vermogen (ontvangsten)
Inkomen uit vermogen bestaat uit:
Rente + dividenden + inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen + ingehouden winst op directe buitenlandse investeringen + inkomen uit grond en minerale reserves.
Bestedingen
Betaalde bedragen.
Inkomen uit vermogen (betaald)
Rente + Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen + Inkomen uit grond en minerale reserves.
Primair inkomen (netto)
Het inkomen dat ingezetenen ontvangen voor hun directe deelname aan het productieproces, alsmede het inkomen dat zij ontvangen in ruil voor het beschikbaar stellen van financiële middelen, grond en dergelijke.
---
Het primaire inkomen wordt als volgt berekend:
+ Gemengd Inkomen (netto)
+ Beloning van werknemers
+ Inkomen uit vermogen (netto)
Transacties per hoofd van de bevolking
Voor de berekening van de cijfers per hoofd van de bevolking, zijn de waardebedragen per regio gedeeld door de aantallen personen in de desbetreffende regio.
Inkomensverdeling (primaire verdeling)
De primaire inkomensverdelingsrekening beschrijft de verdeling van de toegevoegde waarde over de deelnemers (d.w.z. de leveranciers van de productiefactoren arbeid en kapitaal) aan het productieproces.
Middelen
Ontvangen bedragen.
Gemengd inkomen (netto)
Het netto gemengd inkomen is het exploitatieoverschot (exclusief de afschrijvingen) dat resteert nadat de toegevoegde waarde tegen basisprijzen is verminderd met de beloning van werknemers en het saldo van niet-productgebonden belastingen op productie en niet-productgebonden subsidies op productie. Bij zelfstandigen wordt dit exploitatieoverschot gemengd inkomen genoemd, omdat het ook de beloning voor de door hen geleverde arbeid bevat.
Binnen de sector huishoudens bestaat het gemengd inkomen ook nog uit de geproduceerde woondiensten voor eigen gebruik van huiseigenaren.
Beloning van werknemers
De beloning van werknemers heeft betrekking op de beloning voor geleverde arbeid. Als werknemer zijn aangemerkt alle ingezeten en niet-ingezeten personen die in dienstbetrekking werkzaam zijn. Ook directeuren van nv's en bv's behoren tot de werknemers, dus hun salarissen zijn ook in de beloning van werknemers begrepen. Hetzelfde geldt voor medewerkers van sociale werkplaatsen. De beloning van werknemers heeft twee componenten: lonen enerzijds en sociale premies t.l.v. werkgevers anderzijds.
Inkomen uit vermogen (ontvangen)
Rente + dividenden + inkomen onttrokken aan quasi-vennotschappen + ingehouden winst op directe buitenlandse investeringen + inkomen uit grond en minerale reserves.
Bestedingen
Betaalde bedragen.
Inkomen uit vermogen (betaald)
Rente + Inkomen onttrokken aan quasi-vennootschappen + Inkomen uit grond en minerale reserves.
Primair inkomen (netto)
Het inkomen dat ingezetenen ontvangen voor hun directe deelname aan het productieproces, alsmede het inkomen dat zij ontvangen in ruil voor het beschikbaar stellen van financiële middelen, grond en dergelijke.
---
Het primaire inkomen wordt als volgt berekend
+ Gemengd Inkomen (netto)
+ Beloning van werknemers
+ Inkomen uit vermogen (netto)