Personen met een uitkering; uitkeringsontvangers per regio
Regio's | Perioden | Uitkeringsontvangers per soort uitkering Arbeidsongeschiktheid WIA-uitkering: WGA-regeling (aantal personen) |
---|---|---|
Nederland | 2022 juli** | 229.040 |
Nederland | 2022 augustus** | 229.910 |
Nederland | 2022 september** | 230.970 |
Nederland | 2022 oktober** | 233.220 |
Nederland | 2022 november** | 233.720 |
Nederland | 2022 december** | 234.100 |
Nederland | 2023 januari** | 235.860 |
Nederland | 2023 februari** | 239.360 |
Nederland | 2023 maart** | 241.180 |
Nederland | 2023 april** | 242.310 |
Nederland | 2023 mei** | 243.360 |
Nederland | 2023 juni** | 241.310 |
Noord-Nederland (LD) | 2022 juli** | 16.880 |
Noord-Nederland (LD) | 2022 augustus** | 17.000 |
Noord-Nederland (LD) | 2022 september** | 17.170 |
Noord-Nederland (LD) | 2022 oktober** | 17.380 |
Noord-Nederland (LD) | 2022 november** | 17.420 |
Noord-Nederland (LD) | 2022 december** | 17.420 |
Noord-Nederland (LD) | 2023 januari** | 17.520 |
Noord-Nederland (LD) | 2023 februari** | 17.810 |
Noord-Nederland (LD) | 2023 maart** | 17.960 |
Noord-Nederland (LD) | 2023 april** | 18.090 |
Noord-Nederland (LD) | 2023 mei** | 18.220 |
Noord-Nederland (LD) | 2023 juni** | 18.060 |
Oost-Nederland (LD) | 2022 juli** | 44.990 |
Oost-Nederland (LD) | 2022 augustus** | 45.200 |
Oost-Nederland (LD) | 2022 september** | 45.470 |
Oost-Nederland (LD) | 2022 oktober** | 45.920 |
Oost-Nederland (LD) | 2022 november** | 46.030 |
Oost-Nederland (LD) | 2022 december** | 46.150 |
Oost-Nederland (LD) | 2023 januari** | 46.530 |
Oost-Nederland (LD) | 2023 februari** | 47.170 |
Oost-Nederland (LD) | 2023 maart** | 47.480 |
Oost-Nederland (LD) | 2023 april** | 47.620 |
Oost-Nederland (LD) | 2023 mei** | 47.810 |
Oost-Nederland (LD) | 2023 juni** | 47.400 |
West-Nederland (LD) | 2022 juli** | 106.380 |
West-Nederland (LD) | 2022 augustus** | 106.770 |
West-Nederland (LD) | 2022 september** | 107.100 |
West-Nederland (LD) | 2022 oktober** | 108.070 |
West-Nederland (LD) | 2022 november** | 108.340 |
West-Nederland (LD) | 2022 december** | 108.460 |
West-Nederland (LD) | 2023 januari** | 109.250 |
West-Nederland (LD) | 2023 februari** | 110.910 |
West-Nederland (LD) | 2023 maart** | 111.750 |
West-Nederland (LD) | 2023 april** | 112.300 |
West-Nederland (LD) | 2023 mei** | 112.710 |
West-Nederland (LD) | 2023 juni** | 111.550 |
Zuid-Nederland (LD) | 2022 juli** | 53.240 |
Zuid-Nederland (LD) | 2022 augustus** | 53.290 |
Zuid-Nederland (LD) | 2022 september** | 53.500 |
Zuid-Nederland (LD) | 2022 oktober** | 54.000 |
Zuid-Nederland (LD) | 2022 november** | 54.080 |
Zuid-Nederland (LD) | 2022 december** | 54.160 |
Zuid-Nederland (LD) | 2023 januari** | 54.600 |
Zuid-Nederland (LD) | 2023 februari** | 55.380 |
Zuid-Nederland (LD) | 2023 maart** | 55.860 |
Zuid-Nederland (LD) | 2023 april** | 56.130 |
Zuid-Nederland (LD) | 2023 mei** | 56.390 |
Zuid-Nederland (LD) | 2023 juni** | 56.080 |
Groningen (PV) | 2022 juli** | 5.970 |
Groningen (PV) | 2022 augustus** | 5.990 |
Groningen (PV) | 2022 september** | 6.040 |
Groningen (PV) | 2022 oktober** | 6.110 |
Groningen (PV) | 2022 november** | 6.130 |
Groningen (PV) | 2022 december** | 6.120 |
Groningen (PV) | 2023 januari** | 6.170 |
Groningen (PV) | 2023 februari** | 6.260 |
Groningen (PV) | 2023 maart** | 6.310 |
Groningen (PV) | 2023 april** | 6.340 |
Groningen (PV) | 2023 mei** | 6.380 |
Groningen (PV) | 2023 juni** | 6.310 |
Fryslân (PV) | 2022 juli** | 5.150 |
Fryslân (PV) | 2022 augustus** | 5.210 |
Fryslân (PV) | 2022 september** | 5.280 |
Fryslân (PV) | 2022 oktober** | 5.360 |
Fryslân (PV) | 2022 november** | 5.390 |
Fryslân (PV) | 2022 december** | 5.400 |
Fryslân (PV) | 2023 januari** | 5.440 |
Fryslân (PV) | 2023 februari** | 5.550 |
Fryslân (PV) | 2023 maart** | 5.610 |
Fryslân (PV) | 2023 april** | 5.680 |
Fryslân (PV) | 2023 mei** | 5.760 |
Fryslân (PV) | 2023 juni** | 5.700 |
Drenthe (PV) | 2022 juli** | 5.760 |
Drenthe (PV) | 2022 augustus** | 5.800 |
Drenthe (PV) | 2022 september** | 5.850 |
Drenthe (PV) | 2022 oktober** | 5.920 |
Drenthe (PV) | 2022 november** | 5.900 |
Drenthe (PV) | 2022 december** | 5.900 |
Drenthe (PV) | 2023 januari** | 5.910 |
Drenthe (PV) | 2023 februari** | 6.000 |
Drenthe (PV) | 2023 maart** | 6.040 |
Drenthe (PV) | 2023 april** | 6.070 |
Drenthe (PV) | 2023 mei** | 6.080 |
Drenthe (PV) | 2023 juni** | 6.050 |
Overijssel (PV) | 2022 juli** | 13.080 |
Overijssel (PV) | 2022 augustus** | 13.150 |
Overijssel (PV) | 2022 september** | 13.200 |
Overijssel (PV) | 2022 oktober** | 13.320 |
Bron: CBS. |
Tabeltoelichting
De tabel geeft inzicht in het aantal personen met een sociale zekerheidsuitkering. Deze personen kunnen zowel in Nederland als in het buitenland woonachtig zijn. Het betreft de personen met een uitkering voor arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, ouderdom, bijstand en bijstandsgerelateerde uitkeringen.
De personen met een uitkering in het kader van arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, bijstand en bijstandsgerelateerde uitkeringen zijn vanaf 2007 beschikbaar. Het aantal personen dat een uitkering voor ouderdom ontvangt is vanaf 2013 in de tabel opgenomen.
Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meerdere uitkeringen.
Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee arbeidsongeschiktheidsuitkeringen: WIA, WAZ, Wajong of WAO) of uitkeringen van verschillend type (zoals een uitkering in het kader van de Werkloosheidswet (WW) en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen).
Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.
Vanaf oktober 2021 is een stijging te zien van het aantal WGA-uitkeringen. De oorzaak hiervan is een kwaliteitsverbetering van het proces waardoor een groep eigenrisicodragers die eerder ontbraken nu wel meegenomen wordt. Het gaat niet om een stijging in het reguliere aantal WGA-uitkeringen, maar om een stijging in "personen met een WGA-uitkering".
De aantallen zijn uitgesplitst naar verschillende regio's in Nederland en hebben betrekking op de laatste dag van de verslagperiode.
De cijfers over aantallen personen met een uitkering per buurt, wijk of gemeente kunnen in geringe mate afwijken van elders op StatLine gepubliceerde cijfers, doordat gebruik wordt gemaakt van de meest recente gegevens uit de Basisregistratie Personen (BRP). Omdat verschillende StatLine-tabellen op verschillende momenten geactualiseerd worden, kan het voorkomen dat voor de ene tabel een andere versie van de BRP wordt gebruikt dan voor een andere tabel. De laatst gepubliceerde cijfers zijn in dat geval het meest accuraat. De cijfers hebben betrekking op de laatste dag van de verslagmaand.
Status van de cijfers
De cijfers kunnen zowel een nader voorlopig als definitief karakter hebben. De maandcijfers zijn ultimo standcijfers. Na een tot twee jaar worden de cijfers definitief.
Wijzigingen per: 29 december 2023:
De nader voorlopige cijfers van april tot en met juni 2023 zijn toegevoegd.
Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Nieuwe cijfers komen in: april/mei 2024.
Toelichting onderwerpen
- Uitkeringsontvangers per soort uitkering
- Het aantal personen dat een sociale zekerheidsuitkering ontvangt uitgesplitst naar de soort uitkering.
Het gaat hier om werkloosheidsuitkeringen, bijstandsuitkeringen, bijstandsgerelateerde uitkeringen, arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en AOW-uitkeringen.
Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering. In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard ook maar één keer geteld.- Arbeidsongeschiktheid
- Het aantal personen dat een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt in het kader van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ),
de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) en de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wet Wajong).
Het recht op een uitkering in het kader van een van bovengenoemde wetten vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
Het is mogelijk dat een persoon aanspraak maakt op meer dan één uitkering. Dat kunnen uitkeringen zijn van eenzelfde soort (bijvoorbeeld twee WAO-uitkeringen) of twee uitkeringen van verschillend type (zoals een WW en een bijstandsuitkering). In het laatste geval wordt de persoon bij beide soorten uitkeringen meegeteld. In het eerste geval slechts één keer (bij de WAO). Bij de totaaltellingen wordt de persoon uiteraard maar één keer geteld.- WIA-uitkering: WGA-regeling
- Het aantal personen met een lopende WGA-uitkering waar ook daadwerkelijk een bedrag uitgekeerd wordt dat een uitkering ontvangt in het kader van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).
Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
De WIA geeft werknemers die na een wachttijd van twee jaar nog minstens 35 procent arbeidsongeschikt zijn, recht op een uitkering. De wet is zó opgezet dat men gestimuleerd wordt om naar vermogen te werken.
De wet kent twee regelingen: de regeling Inkomensverzekering volledig arbeidsongeschikten (IVA) en de regeling Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA).
De IVA regelt een uitkering voor werknemers die langdurig en volledig arbeidsongeschikt zijn. De WGA geeft recht op een loonaanvullende uitkering als een werknemer gedeeltelijk arbeidsongeschikt is.
De WIA vervangt per 29 december 2005 de WAO.
Het recht op een WIA-uitkering vervalt bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.