Nieuwbouwwoningen; inputprijsindex bouwkosten 2000=100, vanaf 1990

Nieuwbouwwoningen; inputprijsindex bouwkosten 2000=100, vanaf 1990

Perioden Bouwkosten totaal Prijsindex (2000=100) Bouwkosten totaal Mutaties tov dezelfde periode vorig jaar (%) Looncomponent Prijsindex (2000=100) Looncomponent Mutaties tov dezelfde periode vorig jaar (%) Materiaalcomponent Prijsindex (2000=100) Materiaalcomponent Mutaties tov dezelfde periode vorig jaar (%)
2023 februari* 187,5 8,4 176,7 3,2 200,8 13,1
2023 maart* 188,9 7,4 179,3 4,7 200,9 9,7
2023 april* 189,5 5,9 179,5 4,4 202,1 7,3
2023 mei* 189,7 5,4 179,5 4,4 202,4 6,4
2023 juni* 189,6 5,9 179,5 4,4 202,2 7,2
2023 juli* 190,0 5,2 181,7 5,6 200,9 5,0
2023 augustus* 189,5 4,8 181,7 5,6 199,8 4,2
2023 september* 189,5 4,1 181,7 4,3 199,9 3,9
2023 oktober* 189,4 3,7 181,7 4,3 199,7 3,2
2023 november* 189,2 3,8 181,7 4,3 199,2 3,3
2023 december* 189,3 3,9 181,7 4,3 199,4 3,5
2024 januari* 192,3 2,8 187,0 5,8 200,2 0,3
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


De historische reeks 'Nieuwbouwwoningen; inputprijsindex bouwkosten 2000=100, vanaf 1990' geeft de ontwikkeling weer van de kosten (loon en materiaal) die gemoeid zijn met de bouw van nieuwe woningen in Nederland.
Deze reeks is ontstaan door koppeling van onafhankelijk van elkaar berekende reeksen uit het verleden.
Een inputprijsindexcijfer wordt bepaald op basis van de prijsontwikkelingen van de verschillende kostencomponenten waaruit het te realiseren product -in dit geval een nieuwbouwwoning- is opgebouwd. Bij de samenstelling van deze index blijven de mutaties in de prijzen van materieel (gereedschap en machines), de algemene kosten en 'winst & risico' buiten beschouwing. Ook kosten voor energie en transport zijn niet in de berekening meegenomen omdat hun invloed op de uiteindelijke kostprijs relatief gering is. De prijsontwikkeling van grondkosten zijn eveneens in deze inputprijsindex niet inbegrepen.

Van 1990 tot en met december 1994 zijn uitsluitend cijfers beschikbaar van de materiaalcomponent. Vanaf 1995 is deze reeks uitgebreid met cijfers van de looncomponent. Vanaf die periode is er, door een gewogen optelling van deze beide reeksen, ook een reeks beschikbaar voor de totale bouwkosten.

Gegevens beschikbaar vanaf:
- Materiaalcomponent: januari 1990
- Looncomponent: januari 1995
- Totaal: januari 1995

Status van de cijfers:
De prijsindexcijfers van de lonen, de bouwmaterialen en de totale bouwkosten zijn definitief tot en met 2022.
De prijsindexcijfers van de materialen zijn definitief tot en met 6 maanden van de meest recente verslagmaand.

Wijzigingen per 29 februari 2024
Cijfers van januari 2024 zijn toegevoegd. De cijfers van de materiaalindex van augustus 2023 zijn definitief vastgesteld.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
De nieuwe cijfers worden circa 30 dagen na verslagmaand gepubliceerd.

Toelichting onderwerpen

Bouwkosten totaal
Dit prijsindexcijfer is (gewogen) samengesteld uit de loon- en
materiaalcomponent.
Prijsindex
Het Inputprijsindexcijfer nieuwe woningen geeft vanaf 1995 de
ontwikkeling weer van de bouwkosten van nieuwbouwwoningen, gezien vanuit de componenten waaruit het bouwen van woningen bestaat. In dit geval betreft het de twee belangrijkste kostenbestanddelen, namelijk de loonkosten en de materiaalkosten. Beide componenten worden samen gewogen tot één Inputprijsindexcijfer nieuwe woningen.
Mutaties in de prijzen van materieel (gereedschap en machines), algemene kosten en 'winst & risico' zijn in deze cijfers niet opgenomen.
Mutaties tov dezelfde periode vorig jaar
De mutaties van de maanden zijn berekend ten opzichte van 12 maanden terug. De mutaties van de jaarcijfers zijn berekend ten opzichte van een jaar terug.

Tot en met 2012 is de jaar-op-jaar ontwikkeling van de prijsindexcijfers van de reeks 2000=100 berekend op basis van afgeronde prijsindexcijfers. Hierdoor kan deze ontwikkeling tot verslagperiode 2013 afwijken van de percentages die genoemd zijn in de tabel met 2010 als basisjaar. Vanaf 2013 zijn de jaar-op-jaar ontwikkelingen berekend met niet-afgeronde prijsindexcijfers.
Looncomponent
De looncomponent geeft het kostenverloop weer van het loon in de
bouwnijverheid, specifiek van de Burgerlijke & Utiliteitsbouw.
Prijsindex
De loonkostencomponent geeft het kostenverloop weer van het loon in de bouwnijverheid, specifiek gezegd van de Burgerlijke & Utiliteitsbouw.
Van 1995 tot en met 2004 is hiervoor de geactualiseerde loonkosten in de Bouwnijverheid gebruikt. Voor zover deze gegevens nog niet beschikbaar waren is de ontwikkeling van de CAO-lonen per gewerkt uur gebruikt. Na 2004 is gebruik gemaakt van de statistiek Contractuele loonkosten (clk). De clk is een maandcijfer dat het verloop weergeeft van de loonkosten zoals deze in de Cao's zijn vastgelegd. De clk hanteert een loonkostenconcept dat goed past bij een inputprijsindexcijfer. Zo
wordt bijvoorbeeld het werkgeversgedeelte van de loonkosten
meegenomen in de berekening, en spelen kwaliteitsveranderingen zoals wijzigingen in de personeelsstructuur geen rol.
Mutaties tov dezelfde periode vorig jaar
De mutaties van de maanden zijn berekend ten opzichte van 12 maanden terug. De mutaties van de jaarcijfers zijn berekend ten opzichte van een jaar terug.

Tot en met 2012 is de jaar-op-jaar ontwikkeling van de prijsindexcijfers van de reeks 2000=100 berekend op basis van afgeronde prijsindexcijfers. Hierdoor kan deze ontwikkeling tot verslagperiode 2013 afwijken van de percentages die genoemd zijn in de tabel met 2010 als basisjaar. Vanaf 2013 zijn de jaar-op-jaar ontwikkelingen berekend met niet-afgeronde prijsindexcijfers.
Materiaalcomponent
De materiaalcomponent geeft het kostenverloop weer van de materialen die gemiddeld in de woningbouw worden toegepast.
Prijsindex
De materiaalcomponent geeft het prijsverloop weer van de belangrijkste materialen die gebruikt worden in de woningbouw. De berekening van het prijsindexcijfer is tot en met september 1998 vastgesteld op basis van het gemiddeld materiaalverbruik van 3 typen woningen, te weten: appartementen, vrijstaande woningen en rijtjeswoningen. Daarna, vanaf oktober 1998, op begrotingen van acht verschillende woningbouwprojecten, waarin de kosten en hoeveelheden van de benodigde materialen zijn te vinden. Ieder project representeert één van de vier onderscheiden woningtypes: koop- en huurappartementen en koop- en huureengezinswoningen.
Mutaties tov dezelfde periode vorig jaar
De mutaties van de maanden zijn berekend ten opzichte van 12 maanden terug. De mutaties van de jaarcijfers zijn berekend ten opzichte van een jaar terug.

Tot en met 2012 is de jaar-op-jaar ontwikkeling van de prijsindexcijfers van de reeks 2000=100 berekend op basis van afgeronde prijsindexcijfers. Hierdoor kan deze ontwikkeling tot verslagperiode 2013 afwijken van de percentages die genoemd zijn in de tabel met 2010 als basisjaar. Vanaf 2013 zijn de jaar-op-jaar ontwikkelingen berekend met niet-afgeronde prijsindexcijfers.