Windenergie op land; productie en capaciteit per provincie

Windenergie op land; productie en capaciteit per provincie

Regio's Perioden Elektriciteitsproductie Genormaliseerde productie (mln kWh) Elektriciteitsproductie Niet-genormaliseerde productie (mln kWh) Elektriciteitsproductie Productiefactor (%) Elektriciteitsproductie Productie per rotoroppervlak (kWh per m2) Elektriciteitsproductie Aantal vollasturen (uur)
Nederland 2022** 12.978 13.386 26,9 863 2.355
Groningen (PV) 2022** 1.966 2.027 28,7 954 2.518
Fryslân (PV) 2022** 1.633 1.684 32,4 977 2.838
Drenthe (PV) 2022** 623 643 32,9 871 2.881
Overijssel (PV) 2022** 153 158 24,2 794 2.118
Flevoland (PV) 2022** 2.924 3.016 23,5 810 2.058
Gelderland (PV) 2022** 437 451 23,5 677 2.057
Utrecht (PV) 2022** 75 77 25,9 684 2.267
Noord-Holland (PV) 2022** 1.792 1.849 30,3 961 2.655
Zuid-Holland (PV) 2022** 1.311 1.352 25,2 819 2.209
Zeeland (PV) 2022** 1.278 1.318 26,5 877 2.324
Noord-Brabant (PV) 2022** 591 610 23,0 716 2.013
Limburg (PV) 2022** 194 201 25,4 674 2.225
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


In deze tabel zijn cijfers per provincie opgenomen over de capaciteit van windmolens en de gerealiseerde elektriciteitsproductie. De gegevens zijn exclusief de in zee opgestelde windmolens.

Gegevens beschikbaar vanaf:
1990, jaarlijks

Status van de cijfers:
Deze tabel geeft definitieve cijfers tot en met 2021 en nader voorlopige cijfers over 2022.

Wijzigingen per 14 november 2023:
Cijfers voor 2021 zijn definitief. Cijfers over 2022 zijn geactualiseerd.

Wijzigingen per 15 juni 2023:
Nader voorlopige cijfers over 2022 zijn toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers:
Nader voorlopige cijfers over het voorafgaande jaar verschijnen elk jaar in juni. Deze cijfers worden daarna bijgesteld in december en blijven nader voorlopig.
Definitieve cijfers verschijnen in december in tweede jaar na het verslagjaar.


Toelichting onderwerpen

Elektriciteitsproductie
Binnenlandse productie van hernieuwbare elektriciteit.
Genormaliseerde productie
De genormaliseerde elektriciteitsproductie is uitgerekend volgens definities uit de EU-Richtlijn Hernieuwbare Energie. Het doel is de productie te corrigeren voor veranderingen in weersomstandigheden, en daarmee de fluctuaties in het windaanbod te neutraliseren. De genormaliseerde productie voor alle windenergie in Nederland in een bepaald verslagjaar wordt als volgt berekend: het gemiddelde van de capaciteit aan het begin en einde van een verslagjaar vermenigvuldigd met de gemiddelde productie per eenheid capaciteit in de afgelopen vijf jaar. Vanaf verslagjaar 2021 wordt deze berekening apart gedaan voor wind op land en wind op zee. Zie voor een rekenvoorbeeld Protocol Monitoring Hernieuwbare Energie RVO CBS.
Niet-genormaliseerde productie
Daadwerkelijke (gemeten) hernieuwbare elektriciteitsproductie in een verslagperiode, niet gecorrigeerd voor weersomstandigheden.
Productiefactor
De gerealiseerde productie gedeeld door de maximale productie berekend op basis van de capaciteit van de windmolens. In perioden met meer wind is de productiefactor hoger. Bij de berekening van de maximale productie telt het vermogen van de windmolens naar rato van het aantal maanden in een jaar dat de windmolens in gebruik zijn. De productiefactor is recht evenredig met het aantal vollasturen.
Productie per rotoroppervlak
De elektriciteitsproductie per rotoroppervlak is berekend door de productie te delen door het gemiddelde rotoroppervlak gedurende een jaar. Het gemiddelde rotoroppervlak gedurende een jaar is berekend als het gemiddelde van de rotoroppervlakten aan het einde van elke maand, waarbij gewogen is met het aantal dagen per maand.
Aantal vollasturen
Het aantal uren per jaar dat de windmolens op vol vermogen zouden moeten draaien om de gerealiseerde productie te halen. Bij de berekening van het aantal vollasturen telt het vermogen van de windmolens naar rato van de periode in een jaar dat de windmolens in gebruik zijn. Het aantal vollasturen is recht evenredig met de productiefactor.