Kerncijfers wijken en buurten 2009-2012

Tabeltoelichting


Overzicht van statistische gegevens op regionaal niveau van gemeenten, wijken en buurten.

Gegevens beschikbaar: van 2009 tot en met 2012.

Status van de cijfers
Definitief, tenzij in de toelichting bij het onderwerp expliciet is vermeld dat het voorlopige cijfers betreft.

Wijzigingen per 31 maart 2016
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Regiocodering
De gemeenten zijn onderverdeeld in wijken en buurten. Een buurt is een onderdeel van een gemeente, dat vanuit bebouwingsoogpunt of sociaal-economische structuur homogeen is afgebakend. Homogeen wil zeggen dat één functie dominant is, bijvoorbeeld woonfunctie (woongebied), werkfunctie (industriegebied) of recreatieve functie (natuurgebied). Een gemengdheid van functies kan echter ook voorkomen. Buurten vormen het laagste regionale niveau. Wijken zijn optellingen van één of meer aaneengesloten buurten. De gemeente bepaalt zelf de indeling in wijken en buurten. Het CBS coördineert landelijk deze indeling.







Gemeentenaam
De naam van de bestuurlijke gemeente. Deze naam volgt de officiële schrijfwijze.
Soort regio
De gekozen regioaanduiding betreft gemeente, wijk of buurt.
Energie
Vanaf het verslagjaar 2011 is de toekenning van aardgasverbruik voor blokverwarming geoptimaliseerd. Blokverwarming is de verwarming van woningen (meestal flatappartementen) door een centrale verwarmingsketel. Daardoor is het in meer gevallen mogelijk een betrouwbaar gemiddeld aardgasverbruik te berekenen voor aangesloten woningen. Dit heeft in een aantal gevallen effect op het gepubliceerde cijfer voor aardgas van met name appartementen.
Voor het verslagjaar 2010 zijn de cijfers vanaf gemeenteniveau ook volgens de nieuwe methodiek berekend en gepubliceerd in de bovengemeentelijke tabel: Energieverbruik particuliere woningen; woningtype en regio's
Gemiddeld aardgasverbruik
Het gemiddeld jaarverbruik voor aardgas van particuliere woningen berekend uit gegevens van de aansluitingenregisters van de energienetbedrijven.
De berekening is inclusief woningen die zijn aangesloten op stadsverwarming. Deze woningen hebben een zeer laag of zelfs nulverbuik voor aardgas. Hierdoor valt in gebieden waar stadsverwarming aanwezig is het gemiddeld aardgasverbruik van woningen lager uit dan in gebieden zonder stadsverwarming.
De cijfers zijn afgerond op vijftigtallen en worden vermeld bij 6 of meer (bewoonde) woningen per woningtype.






Totaal
Het gemiddeld aardgasverbruik voor alle woningtypen samen.
Naar woningtype
De volgende typen worden onderscheiden: appartement, tussenwoning, hoekwoning, twee-onder-één-kap-woning en vrijstaande woning.
De typering wordt bepaald door het Kadaster.
Appartement
Een geheel van bij elkaar horende vertrekken als afzonderlijke woongelegenheid binnen een grotere woning waarbij de opdeling van het gebouw heeft plaatsgevonden volgens het appartementsrecht.
Tussenwoning
Hoekwoning
Twee-onder-één-kap-woning
Vrijstaande woning
Woningtype onbekend
Percentage woningen met stadsverwarming
Het percentage woningen dat is aangesloten op warmtedistributie (stadsverwarming). Warmtedistributie is een verwarmingssysteem waarbij de woningen in een wijk worden verwarmd via een ondergronds netwerk van warmwaterleidingen. In veel gevallen maakt warmtedistributie gebruik van restwarmte van bijvoorbeeld elektriciteitscentrales. Het aardgasverbruik van deze woningen is in veel gevallen zeer laag of zelfs nul. De hoeveelheid warmte die door aangesloten woningen in een jaar wordt afgenomen van de warmtedistributie is niet beschikbaar.
Het percentage wordt vermeld bij 10 of meer (bewoonde) woningen.


Gemiddeld elektriciteitsverbruik
Het gemiddeld jaarverbruik voor elektriciteit op individuele aansluitingen van particuliere woningen, berekend uit gegevens van de aansluitingenregisters van de energienetbedrijven. Collectieve verbruiken van bijvoorbeeld liftinstallaties of hal-/galerijverlichting zijn hierbij niet inbegrepen. Het verbruik is exclusief elektriciteit die eventueel in de particuliere woningen zelf wordt opgewekt bijvoorbeeld door zonnepanelen.
De cijfers zijn afgerond op vijftigtallen en worden vermeld bij 6 of meer (bewoonde) woningen per woningtype.

Totaal
Het gemiddeld elektriciteitsverbruik voor alle woningtypen samen.
Naar woningtype
De volgende typen worden onderscheiden: appartement, tussenwoning, hoekwoning, twee-onder-één-kap-woning en vrijstaande woning.
De typering wordt bepaald door het Kadaster.
Appartement
Een geheel van bij elkaar horende vertrekken als afzonderlijke woongelegenheid binnen een grotere woning waarbij de opdeling van het gebouw heeft plaatsgevonden volgens het appartementsrecht.
Tussenwoning
Hoekwoning
Twee-onder-één-kap-woning
Vrijstaande woning
Woningtype onbekend