Lange vakanties in Nederland naar achtergrondkenmerken, 2000-2016

Lange vakanties in Nederland naar achtergrondkenmerken, 2000-2016

Achtergrondkenmerken Perioden Algemene gegevens Totaal aantal vakanties (x 1000) Algemene gegevens Gemiddelde vakantieduur (dagen) Meest gebruikte soorten verblijf Seizoenrecreatieve logiesvormen Totaal seizoenrecreatieve logiesvormen (x 1000) Meest gebruikte soorten verblijf Toeristische logiesvormen Totaal toeristische logiesvormen (x 1000) Gemiddelde uitgaven per vakantieganger (euro)
Totaal achtergrondkenmerken 2016 8.065 9,9 1.486 6.579 233
Mannen 2016 3.935 10,2 760 3.175 232
Vrouwen 2016 4.130 9,6 726 3.404 234
0 tot 6 jarigen 2016 . . . . .
6 tot 15 jarigen 2016 . . . . .
15 tot 19 jarigen 2016 . . . . .
19 tot 25 jarigen 2016 . . . . .
25 tot 30 jarigen 2016 . . . . .
30 tot 40 jarigen 2016 . . . . .
40 tot 50 jarigen 2016 . . . . .
50 tot 65 jarigen 2016 . . . . .
65 tot 75 jarigen 2016 . . . . .
75 jarigen of ouder 2016 . . . . .
0 tot 6 jarigen 2016 619 8,6 70 549 183
6 tot 13 jarigen 2016 896 9,8 138 758 168
13 tot 18 jarigen 2016 414 10,2 62 352 185
18 tot 25 jarigen 2016 345 8,3 63 282 220
25 tot 35 jarigen 2016 690 8,7 86 604 219
35 tot 45 jarigen 2016 987 10,1 151 836 230
45 tot 55 jarigen 2016 1.030 9,6 126 904 282
55 tot 65 jarigen 2016 1.244 10,1 259 984 275
65 tot 75 jarigen 2016 1.310 11,1 399 910 221
75 jarigen of ouder 2016 530 10,0 131 399 305
Alleenstaande 2016 484 8,9 61 422 307
Huishouden met jongste kind 0 tot 6 jaar 2016 1.634 9,2 192 1.442 187
Huish. met jongste kind 6 tot 13 jaar 2016 1.330 9,8 189 1.140 192
Huish. met jongste kind 13 tot 18 jaar 2016 572 9,8 100 472 222
Huishouden met uitsl. meerderjarigen 2016 4.045 10,2 942 3.103 257
Bruto huishoudensinkomen:tot 17.500 euro 2016 663 10,1 170 491 214
Bruto hh.-inkomen:17.500 tot 23.000 euro 2016 826 9,9 107 722 221
Bruto hh.-inkomen:23.000 tot 28.500 euro 2016 954 10,0 179 774 223
Bruto hh.-inkomen:28.500 tot 34.000 euro 2016 1.089 9,8 239 848 214
Bruto hh.-inkomen:34.000 tot 45.000 euro 2016 1.586 10,0 219 1.370 243
Bruto hh.-inkomen:45.000 tot 56.000 euro 2016 1.207 10,2 233 973 236
Bruto hh.-inkomen: 56.000 euro en meer 2016 1.740 9,3 338 1.401 251
Sociale groep: n.v.t. (0 tot 16 jaar) 2016 1.826 9,5 256 1.570 176
Sociale groep: totaal betaald beroep 2016 3.256 9,5 529 2.727 255
Sociale groep: zelfstandigen 2016 424 10,8 123 300 251
Sociale groep: hogere employÚs 2016 407 8,2 50 357 228
Sociale groep: middelbare employÚs 2016 1.168 9,3 168 1.000 258
Sociale groep: lagere employÚs 2016 1.257 9,7 187 1.070 263
Sociale groep: arbeidsongesch., bijstand 2016 245 10,9 30 216 265
Sociale groep: gepen., renten., AOW, VUT 2016 2.030 10,8 587 1.441 243
Sociale groep: huisvr./-man z. a. beroep 2016 354 10,1 45 309 233
Sociale groep: studerend, schoolgaand 2016 199 8,9 23 177 239
Andere sociale groep 2016 155 8,6 16 139 239
Onderwijsniveau: n.v.t. (0 tot 16 jaar) 2016 1.826 9,5 256 1.570 176
Onderwijsniveau: basis/lager onderwijs 2016 468 10,3 138 331 251
Onderwijsniveau: uitgeb. l.o.: algemeen 2016 749 10,5 115 633 247
Onderwijsniveau: uitgebr. l.o.: beroeps 2016 775 10,9 186 590 238
Onderwijsniveau: mid. onderw.: algemeen 2016 609 9,5 126 483 264
Onderwijsniveau: mid. onderw: beroeps 2016 1.613 10,4 360 1.253 247
Onderwijsniveau: semi-hoger onderwijs 2016 1.392 9,2 215 1.175 256
Onderwijsniveau: hoger onderwijs 2016 632 8,9 88 544 241
Onderkomen met vaste stand- of ligplaats 2016 1.771 12,1 1.208 562 158
Alleen onderkomen zonder vaste plaats 2016 2.085 10,5 134 1.950 223
Niet in bezit van recreatief onderkomen 2016 4.210 8,6 143 4.067 269
Woonprovincie: Groningen 2016 272 9,6 81 191 214
Woonprovincie: Friesland 2016 438 9,7 157 282 192
Woonprovincie: Drenthe 2016 255 8,7 37 218 245
Woonprovincie: Overijssel 2016 644 9,6 130 514 236
Woonprovincie: Flevoland 2016 199 9,7 52 146 221
Woonprovincie: Gelderland 2016 935 10,2 115 819 267
Woonprovincie: Utrecht 2016 565 9,0 67 498 226
Woonprovincie: Noord-Holland 2016 1.190 10,8 238 952 241
Woonprovincie: Zuid-Holland 2016 1.908 9,9 361 1.547 236
Woonprovincie: Zeeland 2016 197 9,3 37 160 183
Woonprovincie: Noord Brabant 2016 1.076 9,9 184 892 223
Woonprovincie: Limburg 2016 387 9,0 27 360 223
Stedelijkheid: zeer sterk stedelijk 2016 1.703 10,0 343 1.360 234
Stedelijkheid: sterk stedelijk 2016 2.478 9,6 363 2.115 242
Stedelijkheid: matig stedelijk 2016 1.500 10,1 300 1.200 231
Stedelijkheid: weinig stedelijk 2016 1.691 10,0 359 1.332 221
Stedelijkheid: niet stedelijk 2016 693 9,5 120 573 230
Bron: CBS.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat de cijfers over het aantal lange vakanties in Nederland naar achtergrond- en vakantiekenmerken.

Gegevens beschikbaar van 2000 tot en met 2016.

Status van de cijfers:
De cijfers in deze tabel zijn definitief

Wijzigingen per 23 juli 2019:
Geen, deze tabel is stopgezet.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Niet meer van toepassing.

Toelichting onderwerpen

Algemene gegevens
Totaal aantal vakanties
Gemiddelde vakantieduur
Meest gebruikte soorten verblijf
Als er van meerdere logiesvormen gebruik is gemaakt, wordt die
logiesvorm genoteerd waarin de meeste nachten zijn doorgebracht.
Seizoenrecreatieve logiesvormen
Tot seizoenrecreatieve logiesvormen worden gerekend: een zomerhuisje,
vakantiebungalow, tweede woning, stacaravan, volkstuinhuisje of
kajuitboot in het bezit van het huishouden en een eigen tent,
bungalowtent, tourcaravan, vouwcaravan of vouwwagen op een vaste
seizoen- of jaarplaats. Alle andere overnachtingsgelegenheden zijn als
toeristische logiesvorm aangemerkt.
Totaal seizoenrecreatieve logiesvormen
Toeristische logiesvormen
Bij de toeristische logiesvormen zijn tot en met 2001 ondergebracht:
hotel en pension, appartement, kamer zonder pension, gehuurd
zomerhuisje, bungalow, tweede woning, eerste woning van een
particulier, gehuurde caravan of vouwwagen, tent, kampeerauto,
kamphuis, jeugdherberg, kampeerboerderij, gehuurde boot, overige
logiesvormen.
Met ingang van 2002 worden de toeristische logiesvormen als volgt
ingedeeld:
Woning van familie, vrienden of kennissen,
Woning van een andere particulier,
Hotel,
Pension, bed & breakfast,
Appartement,
Zomerhuisje, vakantiebungalow (gehuurd),
Tent, bungalowtent,
Caravan, vouwwagen, camper,
Overige logiesvormen.
Totaal toeristische logiesvormen
Gemiddelde uitgaven per vakantieganger
Dit zijn de specifieke kosten die gemaakt zijn voor de vakantie zelf,
dat wil zeggen reiskosten, verblijfkosten, uitgaven aan voeding en
overige kosten die rechtstreeks verband houden met de vakantie,
zoals verzekeringen, entrees, souvenirs, foto- en filmmateriaal.
De uitgaven aan duurzame recreatiegoederen, zoals caravan, tent,
boot, kampeeruitrusting en dergelijke zijn buiten beschouwing
gelaten, omdat ze niet aan één vakantie kunnen worden
toegerekend. Dit geldt ook voor de huur van een vaste stand- of
ligplaats, die eveneens voor een onbekend aantal vakanties wordt
benut.
Het gaat hier om de gemiddelde uitgaven per persoon per vakantie.

Met ingang van 2012 is respondenten gevraagd de kosten van de vakantie nader uit te splitsen naar vervoerskosten, verblijfskosten, bestedingen in horecagelegenheden, boodschappen, etc. Vóór 2012 werd alleen naar het totale bedrag aan vakantie-uitgaven gevraagd. Hierdoor zijn de cijfers vanaf 2012 niet goed vergelijkbaar met die van vóór 2012.