Verkiezingen; Historische uitslagen Provinciale Staten

Tabeltoelichting


Deze tabel bevat cijfers over de historische uitslagen van de verkiezingen
van de Provinciale Staten vanaf 1946.
In deze tabel zijn de gegevens uit te splitsen naar de volgende kenmerken:
- kiesgerechtigden, opkomst en uitgebrachte stemmen;
- geldige stemmen per politieke groepering;
- zetelverdeling per politieke groepering.

Gegevens beschikbaar vanaf: 1946
Frequentie: een maal per vier jaar

Status van de cijfers
Alle in de tabel opgenomen cijfers zijn definitieve cijfers.

Wijzigingen ten opzichte van de vorige versie
3 mei 2007
- Verkiezingsuitslagen 2007 toegevoegd.

Wanneer komen er nieuwe cijfers?
Binnen een maand nadat de verkiezingen van de Provinciale Staten zijn
gehouden worden de resultaten in deze publicatie opgenomen.

Toelichting onderwerpen

Kiesgerechtigden, opkomst en stemmen
Kiesgerechtigden
Kiesgerechtigden
Volgens de grondwet mag iedere Nederlander kiezen en gekozen worden. Het
begrip 'Nederlander' wordt uitgelegd als 'Nederlands staatsburger'.
Kiesrecht is dus gebonden aan staatsburgerschap, in tegenstelling tot
veel andere grondrechten. Toch mogen niet alle Nederlandse staatsburgers
stemmen. Want bij wet zijn uitgezonderd de Nederlanders:
- die op de dag van stemming jonger dan 18 jaar zijn;
- die van het kiesrecht zijn ontzet bij een rechterlijke uitspraak;
- die op grond van een rechterlijke uitspraak wegens een geestelijke
stoornis onbekwaam zijn rechtshandelingen te verrichten.
 
Nederlanders die niet in Nederland wonen hebben wel stemrecht voor de
Europese en Tweede Kamerverkiezingen.
Opkomst
Uitgebrachte stemmen per honderd kiesgerechtigden.
Totaal stemmen
Totaal geldige en ongeldige stemmen.
Geldige stemmen: stemmen uitgebracht door kiesgerechtigde personen.
Ongeldige stemmen
Een stem(biljet) is ongeldig wanneer:
a. er andere stembiljetten zijn gebruikt dan de stembiljetten die zijn
toegestaan door de Kieswet;
b. onduidelijk is op welke kandidaat een kiezer zijn stem heeft
uitgebracht;
c. er bijvoegingen zijn geplaatst op een stembiljet waardoor de kiezer
kan worden geïdentificeerd.
Geldige stemmen
Geldige stemmen: stemmen uitgebracht door kiesgerechtigde personen.
Zetelverdeling per partij
Totaal aantal zetels
CDA
Christen Democratisch Appèl.
Partij die in in 1980 is ontstaan uit de Anti-Revolutionaire Partij (ARP),
Christelijk-Historische Unie (CHU) en Katholieke Volkspartij (KVP). In
1973 hadden deze partijen al een federatie opgericht onder dezelfde naam.
In 1970 Combinatie van Christelijke Partijen (CCP), bestaande uit ARP, CHU
en KVP.
Op provinciaal niveau in 1974 ontstaan uit ARP, CHU en KVP.
SGP
Staatkundig Gereformeerde Partij.
Partij die werd opgericht in 1918. In 1974 SGP en SGP/Nederlands
Evangelisch Verbond.
Partij die in 1990 is ontstaan door samenvoeging van de Pacifistisch-
Socialistische Partij (PSP), de Politieke Partij Radicalen (PPR), de
Evangelische Volkspartij (EVP) en de Communistische Partij van Nederland
(CPN). In 1989 vormden de vier partijen al een gezamenlijke kieslijst
voor de Tweede-Kamerverkiezingen onder de naam GROENLINKS.
In 1991 GROENLINKS en De Groenen.
In 1995 GROENLINKS en De Groenen.
In 1999 GROENLINKS/DELTA ANDERS.
SP
Socialistische Partij
Partij die in 1971 ontstond uit de Kommunistiese Partij Nederland/
Marxisties Leninisties (KPN/ML). Dit was een afsplitsing van de
Kommunistiese Eenheidsbeweging Nederland/marxistisch-leninistisch (KEN of
KEN(ml)). De KEN(ml) was op haar beurt ontstaan als een afsplitsing van
de Communistische Partij van Nederland (CPN). KPN/ML heeft in 1972 haar
naam veranderd in Socialistiese Partij (SP, sinds maart 1993 geschreven
als Socialistische Partij).
VVD
Volkspartij voor Vrijheid en Democratie.
Partij die in 1948 is opgericht door de Partij van de Vrijheid (PvdV) en
oud-leden van de Vrijzinnige Democratische Bond (VDB). De VDB was daaraan
voorafgaand opgegaan in de Partij van de Arbeid (PvdA). Enkele leden van
de VDB waren het hier niet mee eens. Het grootste deel van de partij werd
gevormd door de organisatie van de PvdV. De PvdV is in 1946 opgericht als
naoorlogse voortzetting van de Liberale Staatspartij (LSP).