Gezondheid, leefstijl, zorggebruik; 2000-2009

Gezondheid, leefstijl, zorggebruik; 2000-2009

Kenmerken gebruikers Cijfersoort Perioden Gezondheid en aandoeningen Subjectief ervaren gezondheidstoestand Zeer goed (%) Gezondheid en aandoeningen Subjectief ervaren gezondheidstoestand Goed (%) Gezondheid en aandoeningen Subjectief ervaren gezondheidstoestand Minder dan goed (%) Gezondheid en aandoeningen Generieke gezondheidsmaat (12+) Normscore fysiek (score) Gezondheid en aandoeningen Generieke gezondheidsmaat (12+) Normscore psychisch (score) Gezondheid en aandoeningen Generieke gezondheidsmaat (12+) Afzonderlijke items SF12 Lichamelijke gezondheid: minder bereikt (%) Gezondheid en aandoeningen Generieke gezondheidsmaat (12+) Afzonderlijke items SF12 Lichamelijke gezondheid: beperkt (%)
Totaal Percentages/aantallen 2009 28,8 52,7 18,6 50,3 52,9 18,3 18,3
Totaal Standaardfouten 2009 0,5 0,5 0,4 0,1 0,1 0,5 0,5
Mannen Percentages/aantallen 2009 31,3 52,9 15,8 51,2 53,7 15,0 14,5
Mannen Standaardfouten 2009 0,7 0,7 0,5 0,2 0,1 0,7 0,7
Vrouwen Percentages/aantallen 2009 26,3 52,4 21,3 49,5 52,2 21,2 21,8
Vrouwen Standaardfouten 2009 0,6 0,7 0,6 0,2 0,2 0,7 0,7
Leeftijd: 0 tot 15 jaar Percentages/aantallen 2009 45,6 49,5 4,9 54,4 55,1 3,4 2,3
Leeftijd: 0 tot 15 jaar Standaardfouten 2009 1,2 1,2 0,5 0,3 0,3 1,2 1,0
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Percentages/aantallen 2009 34,0 56,7 9,3 53,5 52,3 10,5 9,0
Leeftijd: 15 tot 25 jaar Standaardfouten 2009 1,4 1,5 0,9 0,2 0,3 1,1 1,1
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Percentages/aantallen 2009 33,0 54,1 12,8 52,3 52,2 13,3 12,4
Leeftijd: 25 tot 45 jaar Standaardfouten 2009 0,9 1,0 0,7 0,2 0,2 0,8 0,8
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Percentages/aantallen 2009 19,8 54,2 26,0 49,4 53,1 20,0 20,9
Leeftijd: 45 tot 65 jaar Standaardfouten 2009 0,8 1,0 0,9 0,2 0,2 0,9 0,9
Leeftijd: 65 jaar of ouder Percentages/aantallen 2009 12,4 47,6 40,0 44,9 53,9 31,5 32,9
Leeftijd: 65 jaar of ouder Standaardfouten 2009 0,9 1,4 1,4 0,4 0,3 1,4 1,4
Leeftijd: man 0 tot 15 jaar Percentages/aantallen 2009 45,1 49,6 5,3 53,9 55,6 3,3 2,4
Leeftijd: man 0 tot 15 jaar Standaardfouten 2009 1,7 1,7 0,8 0,5 0,4 1,6 1,4
Leeftijd: man 15 tot 25 jr Percentages/aantallen 2009 40,7 50,8 8,5 54,2 52,6 10,1 6,5
Leeftijd: man 15 tot 25 jr Standaardfouten 2009 2,1 2,1 1,2 0,3 0,4 1,6 1,3
Leeftijd: man 25 tot 45 jr Percentages/aantallen 2009 35,8 53,0 11,2 52,8 53,1 11,0 9,7
Leeftijd: man 25 tot 45 jr Standaardfouten 2009 1,3 1,4 0,9 0,2 0,3 1,0 1,0
Leeftijd: man 45 tot 65 jr Percentages/aantallen 2009 21,1 56,3 22,6 50,2 53,8 17,4 17,1
Leeftijd: man 45 tot 65 jr Standaardfouten 2009 1,1 1,4 1,2 0,3 0,3 1,2 1,2
Leeftijd: man 65 jr of ouder Percentages/aantallen 2009 14,9 52,2 32,9 47,1 55,0 23,6 26,2
Leeftijd: man 65 jr of ouder Standaardfouten 2009 1,5 2,1 1,9 0,5 0,4 1,9 2,0
Leeftijd: vrouw 0 tot 15 jaar Percentages/aantallen 2009 46,1 49,4 4,6 54,8 54,5 3,6 2,2
Leeftijd: vrouw 0 tot 15 jaar Standaardfouten 2009 1,8 1,8 0,7 0,4 0,5 1,7 1,3
Leeftijd: vrouw 15 tot 25 jr Percentages/aantallen 2009 27,0 62,7 10,2 52,9 51,9 10,9 11,4
Leeftijd: vrouw 15 tot 25 jr Standaardfouten 2009 1,9 2,1 1,3 0,3 0,4 1,6 1,6
Leeftijd: vrouw 25 tot 45 jr Percentages/aantallen 2009 30,3 55,3 14,5 51,9 51,4 15,4 14,9
Leeftijd: vrouw 25 tot 45 jr Standaardfouten 2009 1,3 1,4 1,0 0,3 0,3 1,2 1,1
Leeftijd: vrouw 45 tot 65 jr Percentages/aantallen 2009 18,6 52,0 29,4 48,6 52,3 22,6 24,5
Leeftijd: vrouw 45 tot 65 jr Standaardfouten 2009 1,1 1,4 1,3 0,3 0,3 1,3 1,3
Leeftijd: vrouw 65 jr of ouder Percentages/aantallen 2009 10,4 43,9 45,7 43,0 52,9 38,0 38,5
Leeftijd: vrouw 65 jr of ouder Standaardfouten 2009 1,1 1,8 1,8 0,6 0,4 2,0 2,0
Leeftijd: 0 tot 12 jaar Percentages/aantallen 2009 47,4 47,8 4,8 . . . .
Leeftijd: 0 tot 12 jaar Standaardfouten 2009 1,4 1,4 0,6 . . . .
Leeftijd: 12 tot 18 jaar Percentages/aantallen 2009 37,1 56,1 6,8 54,0 54,2 5,9 5,0
Leeftijd: 12 tot 18 jaar Standaardfouten 2009 1,9 1,9 1,0 0,2 0,3 1,1 1,0
Leeftijd: 18 tot 25 jaar Percentages/aantallen 2009 33,2 57,0 9,9 53,4 51,9 11,4 9,4
Leeftijd: 18 tot 25 jaar Standaardfouten 2009 1,7 1,8 1,1 0,3 0,4 1,4 1,3
Leeftijd: 25 tot 35 jaar Percentages/aantallen 2009 36,0 51,8 12,2 53,0 52,0 12,3 11,3
Leeftijd: 25 tot 35 jaar Standaardfouten 2009 1,4 1,5 1,0 0,2 0,3 1,2 1,1
Leeftijd: 35 tot 45 jaar Percentages/aantallen 2009 30,7 56,0 13,3 51,9 52,4 14,1 13,2
Leeftijd: 35 tot 45 jaar Standaardfouten 2009 1,2 1,3 0,9 0,2 0,3 1,1 1,0
Leeftijd: 45 tot 55 jaar Percentages/aantallen 2009 21,5 55,2 23,3 50,0 52,5 19,3 19,5
Leeftijd: 45 tot 55 jaar Standaardfouten 2009 1,1 1,4 1,2 0,3 0,3 1,2 1,2
Leeftijd: 55 tot 65 jaar Percentages/aantallen 2009 17,9 53,0 29,1 48,8 53,6 20,8 22,4
Leeftijd: 55 tot 65 jaar Standaardfouten 2009 1,1 1,5 1,3 0,3 0,3 1,2 1,3
Leeftijd: 65 tot 75 jaar Percentages/aantallen 2009 14,8 51,8 33,4 47,6 54,5 24,8 24,7
Leeftijd: 65 tot 75 jaar Standaardfouten 2009 1,3 1,8 1,7 0,4 0,3 1,7 1,7
Leeftijd: 75 jaar of ouder Percentages/aantallen 2009 9,2 42,0 48,7 40,6 53,0 41,7 45,4
Leeftijd: 75 jaar of ouder Standaardfouten 2009 1,2 2,1 2,1 0,7 0,5 2,4 2,4
Leeftijd: man 0 tot 12 jaar Percentages/aantallen 2009 47,3 47,6 5,0 . . . .
Leeftijd: man 0 tot 12 jaar Standaardfouten 2009 1,9 1,9 0,8 . . . .
Leeftijd: man 12 tot 18 jaar Percentages/aantallen 2009 39,1 54,1 6,8 53,9 55,0 5,5 4,7
Leeftijd: man 12 tot 18 jaar Standaardfouten 2009 2,7 2,7 1,4 0,3 0,4 1,5 1,4
Leeftijd: man 18 tot 25 jaar Percentages/aantallen 2009 40,2 50,8 8,9 54,2 51,8 11,1 6,1
Leeftijd: man 18 tot 25 jaar Standaardfouten 2009 2,5 2,5 1,4 0,3 0,6 2,0 1,6
Leeftijd: man 25 tot 35 jaar Percentages/aantallen 2009 37,2 51,3 11,4 53,4 52,5 10,5 8,5
Leeftijd: man 25 tot 35 jaar Standaardfouten 2009 2,0 2,1 1,3 0,3 0,4 1,6 1,4
Leeftijd: man 35 tot 45 jaar Percentages/aantallen 2009 34,6 54,4 11,0 52,4 53,5 11,4 10,6
Leeftijd: man 35 tot 45 jaar Standaardfouten 2009 1,8 1,9 1,2 0,3 0,3 1,4 1,4
Leeftijd: man 45 tot 55 jaar Percentages/aantallen 2009 23,5 56,3 20,3 50,9 53,4 17,2 15,0
Leeftijd: man 45 tot 55 jaar Standaardfouten 2009 1,6 1,9 1,5 0,4 0,4 1,6 1,5
Leeftijd: man 55 tot 65 jaar Percentages/aantallen 2009 18,4 56,3 25,3 49,5 54,2 17,7 19,4
Leeftijd: man 55 tot 65 jaar Standaardfouten 2009 1,6 2,0 1,8 0,4 0,3 1,7 1,7
Leeftijd: man 65 tot 75 jaar Percentages/aantallen 2009 17,1 56,5 26,4 48,8 55,3 18,8 19,0
Leeftijd: man 65 tot 75 jaar Standaardfouten 2009 2,0 2,6 2,3 0,6 0,4 2,2 2,2
Leeftijd: man 75 jr of ouder Percentages/aantallen 2009 11,2 45,2 43,5 44,0 54,4 32,0 38,8
Leeftijd: man 75 jr of ouder Standaardfouten 2009 2,1 3,3 3,3 0,9 0,6 3,5 3,7
Leeftijd: vrouw 0 tot 12 jr Percentages/aantallen 2009 47,5 47,9 4,6 . . . .
Leeftijd: vrouw 0 tot 12 jr Standaardfouten 2009 2,0 2,0 0,8 . . . .
Leeftijd: vrouw 12 tot 18 jr Percentages/aantallen 2009 35,0 58,3 6,7 54,1 53,3 6,2 5,2
Leeftijd: vrouw 12 tot 18 jr Standaardfouten 2009 2,7 2,7 1,4 0,4 0,4 1,6 1,5
Leeftijd: vrouw 18 tot 25 jr Percentages/aantallen 2009 25,9 63,3 10,8 52,7 51,9 11,6 12,4
Leeftijd: vrouw 18 tot 25 jr Standaardfouten 2009 2,2 2,5 1,6 0,4 0,5 1,9 2,0
Leeftijd: vrouw 25 tot 35 jr Percentages/aantallen 2009 34,7 52,3 13,0 52,6 51,5 13,9 13,7
Leeftijd: vrouw 25 tot 35 jr Standaardfouten 2009 2,0 2,1 1,4 0,4 0,4 1,7 1,7
Leeftijd: vrouw 35 tot 45 jr Percentages/aantallen 2009 26,8 57,6 15,6 51,4 51,4 16,6 15,8
Leeftijd: vrouw 35 tot 45 jr Standaardfouten 2009 1,7 1,9 1,4 0,4 0,4 1,6 1,6
Leeftijd: vrouw 45 tot 55 jr Percentages/aantallen 2009 19,5 54,1 26,4 49,1 51,7 21,4 23,8
Leeftijd: vrouw 45 tot 55 jr Standaardfouten 2009 1,5 1,9 1,7 0,4 0,4 1,7 1,8
Leeftijd: vrouw 55 tot 65 jr Percentages/aantallen 2009 17,5 49,7 32,8 48,0 53,1 23,9 25,4
Leeftijd: vrouw 55 tot 65 jr Standaardfouten 2009 1,6 2,1 1,9 0,5 0,4 1,8 1,9
Leeftijd: vrouw 65 tot 75 jr Percentages/aantallen 2009 12,6 47,4 40,0 46,4 53,7 30,2 29,8
Leeftijd: vrouw 65 tot 75 jr Standaardfouten 2009 1,7 2,5 2,5 0,6 0,5 2,5 2,5
Leeftijd: vrouw 75 jr of ouder Percentages/aantallen 2009 8,0 39,9 52,1 38,1 51,9 48,5 50,0
Leeftijd: vrouw 75 jr of ouder Standaardfouten 2009 1,5 2,6 2,7 0,9 0,7 3,1 3,1
Ziekenfonds verzekerd (t/m 2005) Percentages/aantallen 2009
Ziekenfonds verzekerd (t/m 2005) Standaardfouten 2009
Particulier verzekerd (t/m 2005) Percentages/aantallen 2009
Particulier verzekerd (t/m 2005) Standaardfouten 2009
Onderwijsniveau: basisonderwijs Percentages/aantallen 2009 20,7 48,2 31,1 48,2 52,4 23,8 25,1
Onderwijsniveau: basisonderwijs Standaardfouten 2009 1,0 1,3 1,2 0,4 0,3 1,3 1,3
Onderwijsniveau: vmbo b/k, mbo 1 Percentages/aantallen 2009 18,8 52,4 28,8 48,5 52,2 21,6 24,2
Onderwijsniveau: vmbo b/k, mbo 1 Standaardfouten 2009 1,2 1,6 1,4 0,4 0,3 1,5 1,5
Onderwijsniv: vmbo g/t,havo-vwo onderb. Percentages/aantallen 2009 20,3 54,4 25,3 48,8 53,2 21,2 21,8
Onderwijsniv: vmbo g/t,havo-vwo onderb. Standaardfouten 2009 1,5 1,9 1,6 0,5 0,4 1,8 1,8
Bron: cbs.
Verklaring van tekens

Tabeltoelichting

Deze tabel bevat het merendeel van de uitkomsten van de jaarlijkse module gezondheidsenquête uit het Permanent LeefSituatie Onderzoek (POLS). Het CBS houdt deze enquête met het doel een zo volledig mogelijk overzicht te geven van ontwikkelingen in de gezondheid, medische consumptie, leefstijl en het preventieve gedrag van de Nederlandse
bevolking. Er worden onder andere vragen gesteld over algemene gezondheid, chronische aandoeningen, lichamelijke beperkingen, contacten met huisarts, fysiotherapeut, specialist en tandarts, ziekenhuisopnamen, medicijngebruik, roken, alcoholgebruik, lichamelijke activiteit, griepvaccinatie, cervix uitstrijkjes en mammografieën. In de tabel zijn de gegevens uit te splitsen naar de volgende kenmerken:
- geslacht
- leeftijdsklasse (2x)
- geslacht x leeftijdsklasse (2x)
- soort ziektekostenverzekering (tot 2006)
- opleidingsniveau
- sociaal economische groep
- samenstelling huishouden
- stedelijkheid woonplaats

Gegevens beschikbaar vanaf: 2000 of 2001 tot en met 2009.

Status van de cijfers: Definitief

Wijzigingen per 14 oktober 2016:
De Verklaring van symbolen is vereenvoudigd. Dit heeft tot gevolg dat in deze tabel alle aanwezige streepjes (nihil) en kruisjes (geheim) in de cijfervelden zijn vervangen door een punt (het cijfer is onbekend, onvoldoende betrouwbaar of geheim).

Wanneer komen er nieuwe cijfers? Tabel is stopgezet.

Toelichting onderwerpen

Gezondheid en aandoeningen
Subjectief ervaren gezondheidstoestand
Cijfers betreffen antwoorden op de vraag: Hoe is over het algemeen uw gezondheidstoestand?
Zeer goed
% personen (0+) met antwoordcategorie "zeer goed" op de vraag naar de algemene gezondheidstoestand.
Goed
% personen (0+) met antwoordcategorie "goed" op de vraag naar de algemene gezondheidstoestand.
Minder dan goed
Tot en met 2000:
% personen (0+) met:
of de antwoordcategorie "gaat wel"
of de antwoordcategorie "soms goed en soms slecht"
of de antwoordcategorie "slecht?"
op de vraag naar de algemene gezondheidstoestand.
Vanaf 2001:
% personen (0+) met:
of de antwoordcategorie "gaat wel"
of de antwoordcategorie "slecht"
of de antwoordcategorie "zeer slecht"
op de vraag naar de algemene gezondheidstoestand.
Generieke gezondheidsmaat (12+)
Generieke gezondheidsmaat voor adolescenten en volwassenen De cijfers hebben betrekking op de zogeheten 'Short Format 12' ofwel 'SF-12'. De SF-12 is een veelgebruikte internationale standaard van een generieke gezondheidsmaat en is in de Verenigde Staten ontwikkeld door Ware e.a. (1995). De SF-12 bestaat uit 12 meerkeuzevragen en betreft een selectie uit de meer uitvoerige internationale standaard SF-36. De vragen van de Nederlandse versie van de SF-12 zijn alleen aan personen van 12 jaar of ouder gesteld in het schriftelijke deel van de module 'Gezondheid en Arbeid'. De vragen refereren naar de verschillende aspecten van gezondheid. Zeven vragen verwijzen naar de functionele status, waaronder fysiek en sociaal functioneren en fysieke en emotionele rolbeperkingen. Vier vragen verwijzen naar het welbevinden, waaronder mentale gezondheid (2 vragen), vitaliteit en pijn. Een vraag betreft de algemene evaluatie van de eigen gezondheid. Op basis van de SF-12 kan een samenvattende maat voor de fysieke gezondheid en een samenvattende maat voor de psychische gezondheid worden samengesteld. In beginsel kunnen ook nog verschillende deelschalen worden afgeleid. In de tabellen staan gegevens van de overkoepelende fysieke en psychische gezondheid weergegeven (normscore fysiek en normscore psychisch). Daarnaast zijn gegevens opgenomen van zes afzonderlijke vragen naar functionele status en van twee vragen naar welbevinden. Om methodologische redenen wordt vooralsnog afgezien van presentatie van samengestelde scores voor de afzonderlijke deelschalen. Ware J.E., Kosinski M., Keller S.D. SF-12: How to score the SF-12 Physical and Mental Health Summary Scales. Boston, MA: The Health Institute, New England Medical Center, Second Edition, 1995.
Normscore fysiek
Normscore fysiek voor personen van 12 jaar of ouder. De samenvattende fysieke gezondheidsmaat betreft een gewogen combinatie van de antwoorden op alle 12 onderliggende vragen.
In de berekening zijn de door Ware e.a. (1995) ontwikkelde gewichten gebruikt. Ware gebruikte de gemiddelde gezondheidssituatie in de Amerikaanse populatie als norm voor de ontwikkeling van de gewichten. Toepassing van deze normgewichten bewerkstelligt dat in de Amerikaanse populatie de gemiddelde waarden voor fysieke gezondheid precies 50 bedraagt. Gemiddelde waarden voor subgroepen of andere populaties onder de 50 wijzen op een minder goede gezondheid dan in de normpopulatie en waarden boven de 50 op een betere gezondheid. Voor de gehele, beschouwde Nederlandse populatie geldt dat vooral het gemiddelde van de fysieke normscore iets hoger ligt dan 50. Dat betekent dat gemiddeld de fysieke gezondheid in Nederland iets beter is dan die in de (Amerikaanse) referentiepopulatie. Voor interpretatie doeleinden kunnen de gemiddelden van de in de tabellen onderscheiden groepen natuurlijk ook gewoon onderling en met het totale Nederlandse gemiddelde worden vergeleken. De SF-12 vragen lopen vanaf 2001 mee in de module 'Gezondheid en Arbeid'. Ware J.E., Kosinski M., Keller S.D. SF-12: How to score the SF-12 Physical and Mental Health Summary Scales. Boston, MA: The Health Institute, New England Medical Center, Second Edition, 1995.
Normscore psychisch
Normscore psychisch voor personen van 12 jaar of ouder.
De samenvattende psychische gezondheidsmaat betreft een gewogen combinatie van de antwoorden op alle 12 onderliggende vragen. In de berekening zijn de door Ware e.a. (1995) ontwikkelde gewichten
gebruikt. Ware gebruikte de gemiddelde gezondheidssituatie in de Amerikaanse populatie als norm voor de ontwikkeling van de gewichten. Toepassing van deze normgewichten bewerkstelligt dat in de Amerikaanse populatie de gemiddelde waarden voor psychische gezondheid precies 50 bedraagt. Gemiddelde waarden voor subgroepen of andere populaties onder de 50 wijzen op een minder goede gezondheid dan in de normpopulatie en waarden boven de 50 op een betere gezondheid. Voor de gehele, beschouwde Nederlandse populatie geldt dat vooral het gemiddelde van de psychische normscore hoger ligt dan 50. Dat betekent dat gemiddeld de psychische gezondheid in Nederland beter is dan die in de (Amerikaanse) referentiepopulatie. Voor interpretatie doeleinden kunnen de gemiddelden van de in de tabellen onderscheiden groepen natuurlijk ook gewoon onderling en met het totale Nederlandse gemiddelde worden vergeleken. De SF-12 vragen lopen vanaf 2001 mee in de module 'Gezondheid en Arbeid'. Ware J.E., Kosinski M., Keller S.D. SF-12: How to score the SF-12 Physical and Mental Health Summary Scales. Boston, MA: The Health Institute, New England Medical Center, Second Edition, 1995.
Afzonderlijke items SF12
De SF-12 vragen lopen vanaf 2001 mee in de module 'Gezondheid en Arbeid'.
Lichamelijke gezondheid: minder bereikt
Gevraagd is of men vanwege de lichamelijke gezondheid in de afgelopen 4 weken bij het werk of andere dagelijkse bezigheden minder bereikt heeft dan men zou willen. De vraag kan beantwoord worden met 'ja' of 'nee'. Weergegeven is het % dat 'ja' antwoordt.
Lichamelijke gezondheid: beperkt
Gevraagd is of men vanwege de lichamelijke gezondheid in de afgelopen 4 weken beperkt was in het soort werk of soort bezigheden. De vraag kan beantwoord worden met 'ja' of 'nee'. Weergegeven is het % dat 'ja' antwoordt.