Inflatie in februari blijft gelijk

Over dit onderwerp zijn nieuwere cijfers beschikbaar. Bekijk de laatste cijfers.
© ANP

De inflatie volgens de consumentenprijsindex (CPI) bedroeg in februari 0,6 procent. Ook in januari lagen de prijzen voor consumenten 0,6 procent hoger dan een jaar eerder. De inflatie ligt nu al zeven maanden op rij onder de 1 procent. Dat maakt CBS bekend.

Inflatie (CPI)

Benzineprijs verlaagt, bungalowparken verhogen inflatie

In februari had de prijsontwikkeling van benzine een verlagend effect op de inflatie. Een liter euroloodvrij kostte in februari gemiddeld 1,40 euro. Dit is de laagste prijs in ruim zes jaar tijd. In januari was de literprijs nog 1,43 euro.

Ook de prijsontwikkeling van vliegtickets had een neerwaarts effect op de inflatie. Daarentegen stuwde de prijsontwikkeling van bungalowparken en mobiele telefoons de inflatie, waardoor deze per saldo gelijk bleef.

Inflatie zonder energie, voeding, alcohol en tabak stijgt

Omdat de prijsontwikkeling van energie en voeding sterk fluctueert en de prijzen van alcohol en tabak vaak worden verhoogd door belastingmaatregelen, wordt ook gekeken naar de inflatie exclusief deze productgroepen. De inflatie volgens deze maatstaf is in februari uitgekomen op 1,3 procent. In januari was dit nog 1,0 procent.

Inflatie (CPI) en prijsontwikkeling onderliggende clusters

Inflatie in Nederland hoger dan in de eurozone

Naast de consumentenprijsindex (CPI) stelt CBS ook de Europees geharmoniseerde prijsindex (HICP) samen.

De Nederlandse inflatie volgens de HICP is in februari uitgekomen op 0,3 procent. Dat is iets hoger dan in januari, toen de inflatie nog 0,2 procent bedroeg. De inflatie in Nederland is hoger dan in de eurozone. De inflatie in de eurozone daalde in februari naar -0,2 procent. De negatieve inflatie in de eurozone komt vooral door de sterke daling van de energieprijzen. Exclusief energieprijzen komt de inflatie in de eurozone uit op 0,7 procent.

Inflatie (HICP)
 
De HICP wordt volgens de Europees geharmoniseerde methode berekend zodat deze kan worden vergeleken met andere lidstaten van de Europese Unie. De prijsindexcijfers voor de eurozone en de Europese Unie als geheel worden berekend uit de HICP’s van de afzonderlijke lidstaten. De Europese Centrale Bank gebruikt deze cijfers voor het monetaire beleid.

De HICP houdt in tegenstelling tot de CPI geen rekening met de kosten van het wonen in de eigen woning. In de CPI worden deze kosten berekend aan de hand van de prijsontwikkeling van huurwoningen. Omdat de huurstijging hoger is dan de gemiddelde prijsstijging van andere goederen en diensten, komt de Nederlandse inflatie volgens de CPI op dit moment hoger uit dan volgens de HICP.