Lagere rentelast ondanks toegenomen schuld

De overheidsschuld kwam in het tweede kwartaal van 2011 uit op 383 miljard euro. Hoewel de schuld fors hoger ligt dan voor het uitbreken van de kredietcrisis in 2007, is de rentelast op jaarbasis afgenomen. In vergelijking met de andere eurolanden is de rentelast in Nederland betrekkelijk laag.

Laagste rentelast sinds 1983

In de eerste helft van 2011 was de overheidsschuld ongeveer 120 miljard euro hoger dan eind 2007. De rentelast op jaarbasis was in de eerste helft van dit jaar echter ruim 1 miljard euro lager. Dit komt doordat de Nederlandse overheid, onder meer als gevolg van de grote vraag naar Nederlandse staatsobligaties, tegen historisch lage rentetarieven kan lenen. Ondanks de toegenomen schuld is de totale rentelast hierdoor toch gedaald. De rentelast was in de eerste helft van 2011 zelfs de laagste sinds 1983.

Overheidsschuld en rentelast

Overheidsschuld en rentelast

Rentedruk in Nederland onder het gemiddelde in de eurozone

Ook uitgedrukt als percentage van de totale overheidsuitgaven was er sprake van een lagere rentelast vergeleken met vóór de crisis. Zo waren de rentebetalingen in het tweede kwartaal van 2007 nog goed voor 4,5 procent van de totale uitgaven, in het tweede kwartaal van dit jaar was dat 3,8 procent. Hiermee zit Nederland ruim onder het gemiddelde van de eurolanden van 5,9 procent.

Rentelast in de eurolanden

Rentelast in de eurolanden

Grote verschillen in de eurozone

De ontwikkeling van de rentelast in crisistijd loopt in de landen van de eurozone sterk uiteen. Tegenover landen als Duitsland, België, Finland en Oostenrijk, waar de rentedruk op de totale lasten verminderde, staan Griekenland, Ierland en Portugal waar deze juist sterk opliep.

Griekenland heeft met afstand de zwaarste last op de overheidsfinanciën door renteverplichtingen: die maakten 15 procent van de totale uitgaven uit in het eerste kwartaal. Opmerkelijk is dat het land met de op één na hoogste druk, Italië, zijn rentelast ten opzichte van de totale overheidsuitgaven juist zag dalen.

Floris Jansen en Arjan Neef

Bron: Eurostat