Veel steun voor stemmen per volmacht

In Nederland wordt massaal gebruik gemaakt van het stemmen per volmacht. Bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2010 had 8 procent van de stemmers iemand gemachtigd om voor hem of haar te stemmen. Dat is wel minder dan bij de verkiezingen van 2006, toen nog 12 procent per volmacht stemde.

Minder volmachtstemmers na aanscherpen regelgeving

In 2010 is de regelgeving voor het stemmen per volmacht aangescherpt. Dit is sindsdien alleen toegestaan als een kopie van het identiteitsbewijs van de volmachtgever kan worden overlegd. Mogelijk heeft dat ertoe geleid dat het aantal volmachtstemmen met 4 procentpunten is gedaald. Dit kan ook de forse daling van de opkomst, met 5 procentpunten tot 75,4 procent, mede verklaren. De strengere regelgeving kan ook een dempend effect hebben op de aankomende verkiezingen voor de Provinciale Staten.

Opkomst bij verkiezingen

Opkomst bij verkiezingen

Veel steun voor stemmen per volmacht

In de meeste Europese landen is het niet toegestaan om per volmacht te stemmen. Iedere stemgerechtigde moet zelf naar de stembus. Dat moet onregelmatigheden als het opkopen van stemmen en het dwingen van kiezers om hun stempas af te geven voorkomen.

Een grote meerderheid van 84 procent van de Nederlandse stemgerechtigden vindt dat het stemmen per volmacht mogelijk moet blijven. Daarentegen is 9 procent van mening dat iedereen zijn stem zelf zou moeten uitbrengen. Verder heeft 6 procent daar geen duidelijke mening over. Met de verplichting voor kiezers om zich te legitimeren met een paspoort of rijbewijs is 91 procent het eens.

Ouderen sceptischer over eerlijke verkiezingen

Van de stemgerechtigden heeft 72 procent veel tot zeer veel vertrouwen in een eerlijk verloop van de verkiezingen; 11 procent heeft daarin weinig tot zeer weinig vertrouwen. De rest, 17 procent, neemt een neutrale positie in. Het aandeel met vertrouwen in een eerlijk verloop van de verkiezingen is onder ouderen kleiner dan onder jongere kiezers. Van de kiezers in de leeftijdsgroepen tot 54 jaar heeft maximaal één op de tien weinig vertrouwen in een eerlijk verloop van de verkiezingen. De 55-plussers zijn beduidend sceptischer.

Vertrouwen in eerlijk verloop van verkiezingen naar leeftijd, 2010

Vertrouwen in eerlijk verloop van verkiezingen naar leeftijd, 2010

Hans Schmeets

Bron: Sociale Samenhang: Participatie, Vertrouwen en Integratie, hoofdstuk 6