Meer lesuren blijkt niet altijd beter

Uit een vergelijking van de efficiëntie van het onderwijsin 33 landen, uitgevoerd door het CBS, blijkt dat landen met een hoge efficiëntiescore doorgaans een relatief laag aantal verplichte lesuren kennen. De resultaten van deze kwantitatieve vergelijking maakt het CBS vandaag bekend. Het onderwijssysteem van een land is efficiënter naarmate de kosten voor onderwijs, gecorrigeerd voor onder andere koopkrachtverschillen, lager zijn en de scores op een internationale toets (PISA) hoger. Het lerarensalaris, het aantal leerlingen per klas en het aandeel leraren dat ouder is dan 50 jaar hebben geen significante relatie met de efficiëntie.

Nederlandse leerlingen veel verplichte uren in schoolbanken

Nederlandse leerlingen hebben internationaal gezien relatief veel verplichte lesuren, jaarlijks ongeveer 970 uur. Doordat Nederlandse leerlingen relatief hoog scoren op de internationale PISA-toets is de Nederlandse efficiëntiescore ook relatief hoog, ondanks dat er wel meer geld is uitgegeven aan onderwijs dan in de meeste andere landen. Leerlingen in landen met een hogere efficiëntiescore dan Nederland hadden minder verplichte lestijd, gemiddeld 768 uren. Ook het aantal uren dat Nederlandse leraren voor de klas staan is hoger dan het internationale gemiddelde. Nederlandse leraren verzorgden gemiddeld 840 uur verplichte les per jaar tegenover 693 uur door collega’s in landen met een hogere efficiëntiescore.

Meer huiswerk en bijles

Of het verlagen van het aantal verplichte lesuren ook in Nederland de efficiëntie van het onderwijs verder kan verhogen is zonder nader onderzoek niet vast te stellen. Het zal mede afhangen van de invulling die wordt gegeven aan de extra tijd die leerlingen en leraren daarmee krijgen. In Estland en Polen, landen met weinig verplichte lesuren, krijgen leerlingen bijvoorbeeld relatief veel huiswerk. In Korea, een land met een relatief efficiënt onderwijssysteem, hebben leerlingen veel bijlessen en weinig verplichte lesuren.

Andere factoren

In de vergelijking heeft het CBS zo goed mogelijk rekening gehouden met andere factoren die de efficiëntie van het onderwijs mede bepalen. Zo zijn mogelijke verschillen in de motivatie van leerlingen ook bekeken. Voor motivatie is gekeken naar het percentage leerlingen dat in de weken voor de PISA-toets weleens te laat was voor de les. Landen waar relatief veel leerlingen te laat kwamen, scoren significant lager op efficiëntie, ongeacht het aantal verplichte lesuren voor de leerlingen.

Bron: Kan het onderwijs in Nederland efficiënter?